U.2 bezittelijk voornaamwoord

Bezittelijk voornaamwoord
Belangrijk bij het bezittelijk voornaamwoord is dat je goed let op vrouwelijk / mannelijk / meervoud 
van het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort
1 / 21
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Bezittelijk voornaamwoord
Belangrijk bij het bezittelijk voornaamwoord is dat je goed let op vrouwelijk / mannelijk / meervoud 
van het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Slide

Klinkerbotsing
Ook bij het bezittelijk voornaamwoord moet je opletten voor klinkerbotsing, dit geldt alleen bij vrouwelijke woorden:

mijn school > ma école > mon école
haar adres > sa adresse > son adresse
jouw vriendin > ma amie > mon amie

Slide 4 - Slide

Het bezittelijk voornaamwoord staat voor een...
A
...werkwoord
B
...een lidwoord
C
...zelfstandig naamwoord
D
...een voorzetsel

Slide 5 - Quiz

mannelijk
vrouwelijk
meervoud
sa
son
ses
ta
mes
mon
tes
ton
ma

Slide 6 - Drag question

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (mijn) frère
A
mon
B
ma
C
son
D
sa

Slide 7 - Quiz

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (jouw) père
A
sa
B
ta
C
son
D
ton

Slide 8 - Quiz

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

______________(mijn) amies
A
mes
B
mon
C
ma
D
ton

Slide 9 - Quiz

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (zijn) oncles
A
ton
B
tes
C
son
D
ses

Slide 10 - Quiz

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (mijn) tante
A
ma
B
ta
C
mon
D
son

Slide 11 - Quiz

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (jouw) kind
A
ma
B
ta
C
ton
D
son

Slide 12 - Quiz

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (Jouw) parents sont super cool
A
tes
B
ton
C
son
D
ta

Slide 13 - Quiz

mijn hond

Slide 14 - Open question

jouw buurvrouw

Slide 15 - Open question

zijn zus

Slide 16 - Open question

jouw zoon

Slide 17 - Open question

mijn grootouders

Slide 18 - Open question

Quizlet
Ga nu voca oefenen via quizlet, link op volgende slide, 
 je kunt kiezen voor :

appr. 1 FN/NF
appr 2 FN + appr. 4 FN
avoir / être
bezittelijk voornaamwoord

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

HUISWERK
ex. 16b page 63,
ex. 16c+ 16d page 64-65  

Slide 21 - Slide