Project binask voeding en cultuur plusweek 4

• Binask
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Project Binask 

Voeding & Cultuur

WOENSDAG

Hier denk ik aan bij de woorden 'voeding' en 'cultuur'

Wat ga je doen?

Vandaag ga je onderzoek doen naar je eigen eetpatroon

Je leert onder andere: 

• wat het verschil is tussen voedingsmiddelen en voedingstoffen
• wat een etiket is en hoe je een etiket moet aflezen
• wat de Schijf van Vijf is en hoe je die kunt gebruiken
• wat kilocalorieën (kcal) zijn
• hoeveel kilocalorieën (kcal) je per dag nodig hebt

Waarom ga je dit doen?

Het is belangrijk dat jij leert over voeding, zodat je weet wat gezond eten is en hoe je ziektes kunt voorkomen. Zo kun je goede keuzes maken die je helpen om je goed te voelen en gezond te blijven!

Voedingsmiddel en voedingstof

Voedingsmiddel: Is iets wat je eet of drinkt. 

Bijvoorbeeld een appel, melk of frikandelbroodje

Kun jij nog een voorbeeld van een voedingsmiddel noemen?

Voedingsmiddel en voedingstof

Voedingsstof: zit in een voedingsmiddel. 

                                                                                         Er zijn 6 soorten voedingstoffen:

         In vlees zit veel eiwit

Waar zijn voedingstoffen goed voor?

1. Koolhydraten: Geven je lichaam energie.

2. Eiwitten: Helpen je lichaam te groeien en te herstellen.

3. Vetten: Bieden energie en beschermen je organen.

4. Vitaminen: Ondersteunen je gezondheid en helpen bij groei.

5. Mineralen: Versterken je botten en helpen je lichaam goed te werken.

6. Water: Houdt je lichaam vochtig en helpt bij de spijsvertering.

Even een kleine quiz :)

Weten jullie nu het verschil 

tussen een voedingstof en voedingsmiddel?!

Voedingstof of voedingsmiddel:

Koolhydraten

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Voedingstof of voedingsmiddel:

Eiwitten

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Voedingstof of voedingsmiddel:

Brood

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Voedingstof of voedingsmiddel:

Frisdrank

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Voedingstof of voedingsmiddel:

Vitaminen

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Voedingstof of voedingsmiddel:

Vetten

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Voedingstof of voedingsmiddel:

Kaas

1. Voedingsmiddel
2. Voedingsstof

Hoe weet je welke voedingstoffen er in een voedingsmiddel zitten?

Meestal staat dit op de verpakking! Dit noemen we een voedingsetiket.

Komt het je bekend voor?

                                                       Hier zie je een voedingsetiket van sinaasappelsap.

Hoe weet je wat voor voedingstoffen er in een voedingsmiddel zitten?

Zoek de verschillen. Wat zou je beter kunnen eten/drinken als je wilt groeien?

                                                           

Kaas

Sinaasappelsap

Hoeveel energie heb je nodig?

Op de verpakking van een voedingsmiddel staat ook hoeveel energie er in het voedingsmiddel zit per 100 gram. Dit wordt aangegeven met het woord kilocalorie (kcal).

Hoeveel kcal heb je per dag nodig?

Jongen van 14: 2500 kcal

Meisje van 14: 2200 kcal

Als je veel beweegt op een dag heb je ook meer energie / kcal nodig!

Opdracht 1 - voedingsetiketten

Pak bladzijde 4 van het opdrachtenboekje voor je.

We gaan de opdracht klassikaal lezen, zodat je weet wat je moet doen.

Wat: voedingsetiketten bekijken. 

Hoe: in tweetallen, maar wel beide je eigen opdrachtenboekje invullen

Nodig: 4 voedingsmiddelen, pen en eventueel rekenmachine

Hulp: buurman/buurvrouw of docent

Tijd: 20 minuten

Klaar?: kleurplaat blz. 14 of kruiswoordpuzzel op blz. 15

Na 20 minuten bespreken we de opdracht met elkaar.

Wanneer eet je gezond?

Voor een gezond lichaam is het belangrijk dat je van alle voedingstoffen voldoende binnenkrijgt. Je moet dus gevarieerd eten. Dat betekent dat je niet elke dag hetzelfde eet!

Voorbeeld van gevarieerd eten:

Wat is de 'Schijf van Vijf'?

Helpt bij gevarieerd eten!

Vijf vakken met in elk vak een groep voedingsmiddelen

Belangrijk dat je elke dag uit elk vak iets eet/drinkt!

Opdracht 2 - jouw dagmenu

Pak bladzijde 6 van het opdrachtenboekje voor je.

We gaan de opdracht klassikaal lezen, zodat je weet wat je moet doen.

Wat: opschrijven wat jij de afgelopen 2 dagen hebt gegeten. 

Hoe: individueel

Nodig: pen

Hulp: buurman/buurvrouw of docent

Tijd: 20 minuten

Klaar?: kleurplaat blz. 14 of kruiswoordpuzzel op blz. 15

Na 20 minuten bespreken we de opdracht met elkaar.

Opdracht 3 - jouw 'Schijf van Vijf'

Pak bladzijde 9 van het opdrachtenboekje voor je.

We gaan de opdracht klassikaal lezen, zodat je weet wat je moet doen.

Wat: jouw Schijf van Vijf invullen aan de hand van een van je dagmenu's 

Hoe: individueel

Nodig: pen

Hulp: buurman/buurvrouw of docent

Tijd: 10 minuten

Klaar?: kleurplaat blz. 14 of kruiswoordpuzzel op blz. 15

Na 10 minuten bespreken we de opdracht met elkaar.

Nu je meer weet over o.a. voedingsmiddelen, voedingsstoffen, etiketten, de Schijf van Vijf, is het tijd om de 'cultuur' in te duiken!

Waar denk jij aan bij de woorden cultuur en eten?

Cultuur en eten

 Voeding en cultuur zijn met elkaar verbonden.

• denk aan wat we eten
• hoe we eten
• de betekenis die we aan voeding (voedsel) hechten
• de beschikbaarheid van voedsel
• religieuze en spirituele overtuigingen
• sociale waarden en normen
• feesten en gebeurtenissen die we vieren
• de verschillende traditionele keukens
• migratie / globalisering

Cultuur en eten

Verschillende landen en culturen eten anders, omdat ze andere gewassen verbouwen en andere tradities hebben. Zo eten mensen in Japan veel rijst en in Italië veel pasta. Ook het klimaat en de geschiedenis van een land bepalen wat mensen eten. Daarom is eten over de hele wereld zo divers en interessant.

Cultuur en eten

We gaan zo een filmpje bekijken.

Na het filmpje bespreken we met elkaar de volgende vragen:

• Wat lijkt jou het lekkerste ontbijt?
• Wat lijkt jou het minst lekkere ontbijt?
• Is elk ontbijt gezond? Waarom wel/niet?

Opdracht 4 - cultuur en eten

Pak bladzijde 12 van het opdrachtenboekje voor je.

We gaan de opdracht klassikaal lezen, zodat je weet wat je moet doen.

Wat: een poster maken van een 'keuken' naar keuze. 

Hoe: in tweetallen

Nodig: laptop, A2 papier, afbeelding schijf van vijf,
schrijfmateriaal, gekleurd papier, knutselmateriaal

Hulp: buurman/buurvrouw of docent

Tijd: 4 lesuren (verdeeld over woensdag en vrijdag)

Klaar?: laat je poster controleren door de docent

Let op: jullie beginnen vandaag met de poster en gaan er vrijdag mee verder. 

Om vrijdag gelijk goed te kunnen beginnen, is het belangrijk dat de volgende dingen gedaan worden:

1. Lever je opdrachtenboekje in bij de docent.

2. Schrijf op de achterkant van jullie poster jullie namen + klas.

3. Stop losse afbeeldingen, papiertjes etc. in een envelop, schrijf hier jullie namen

    + klas op en maak deze met een paperclip vast aan jullie poster.

4. Lever jullie poster (met eventueel jullie envelop) in bij de docent.

5. Ruim jullie werkplek op (afval in de prullenbak, stiften etc. inleveren bij de docent.)

6. Laat de docent jullie werkplek controleren.

7. Wacht rustig op je stoel totdat iedereen klaar is.

 

Afsluiting van de woensdag

Fijne dag en tot vrijdag!

Project Binask 

Voeding & Cultuur

VRIJDAG

Goedemorgen allemaal!

Waar waren we ook alweer mee bezig?

Vandaag gaan jullie verder met jullie poster van een 'keuken' naar keuze!
Jullie krijgen daarvoor het 1e, 2e en 3e lesuur de tijd.
Aan het einde van het 3e lesuur moet de poster af zijn.

In het 4e lesuur gaan we eerst onze werkplekken opruimen en daarna klassikaal alle posters bekijken en bespreken.

De 2 leukste en interessantste posters winnen een verrassing!

Opdracht 4 - cultuur en eten

Pak bladzijde 12 van het opdrachtenboekje voor je.

Wat: een poster maken van een 'keuken' naar keuze. 

Hoe: in tweetallen

Nodig: laptop, A2 papier, afbeelding schijf van vijf,
schrijfmateriaal, gekleurd papier, knutselmateriaal

Hulp: buurman/buurvrouw of docent

Tijd: 4 lesuren (verdeeld over woensdag en vrijdag)

Klaar?: laat je poster controleren door de docent

Let op: de poster moet aan het einde van het 3e lesuur af zijn!

Nu de posters klaar zijn, gaan we eerst alles opruimen.

1. Lever je opdrachtenboekje in bij de docent.

2. Lever jullie poster in bij de docent.

3. Ruim jullie werkplek op (afval in de prullenbak, stiften etc. inleveren bij de docent.)

4. Laat de docent jullie werkplek controleren.

5. Wacht rustig op je stoel totdat iedereen klaar is.

Is alles opgeruimd? En is het lokaal weer netjes?

Dan is het nu tijd om alle mooie posters met elkaar te gaan bekijken!

Welke poster vind jij de leukste en het meest interessant?

 

Fijn weekend allemaal!