Keuzedeel week 6 - 27 maart

3.03

¿Cuál es tu ...?
¿Cuáles son tus ...?
nombre
apellido
dirección
código postal
domicilio
número de móvil
correo electrónico


@ = arroba      . = punto
  -  = guión      _ = guión bajo
1 / 24
next
Slide 1: Slide
SpaansMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

3.03

¿Cuál es tu ...?
¿Cuáles son tus ...?
nombre
apellido
dirección
código postal
domicilio
número de móvil
correo electrónico


@ = arroba      . = punto
  -  = guión      _ = guión bajo

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Start
- Je reserveert een hotelkamer
- Je leert het werkwoord willen
- Je oefent lezen en luisteren



Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Días de la semana
Meses del año

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoy es lunes.
Hoy es el 27 de marzo de 2023.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Nakijken!
8 - En el aeropuerto de Barajas 
1. hay cuatro terminales
4. hay conexión wifi
5. hay tiendas de ropa
8. hay zonas para los niños

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Nakijken!
11 - ir
  1. vas
  2. voy
  3. vamos
  4. vais
  5. vamos

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Nakijken!
14 - ir
  1. van en
  2. vais a
  3. van de
  4. va a
  5. voy en
  6. va en

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

ir

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat wil jij gaan doen?
hacer deberes
de copas


dormir
bailar

cocinar 
esquiar
comer paella


hacer deporte
trabajar

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

La tarea
Wat?
Maak opdracht 1 op pag. 30
Zoek de juiste vakantie bij de persoon en 2
Hoe?
Individueel of in tweetallen
Tijd?
10 minuten
Hulp?
Boek
Klaar?
Maak opdracht 4a

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 2
1. Het hotel ligt...
bij de bergen / in het centrum van een stad / bij de haven
2. Welke dienst heeft het hotel?
parkeren, wifi, shuttle service / rookvrije kamers, gym, zwembad / parkeren, rokerskamers, roomservice
3. Alle kamers hebben...
ruimte voor 2 of meer gasten /  uitzicht op de haven / een king size bed
4. Hoe kun je naar de luchthaven en het strand?
met de auto / metro / tram

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

B
Luister naar het fragment en vul het formulier in

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Wat wil jij het liefst?
ser inteligente
hablar idiomas


ser famoso
volar

tener 1 millón de euros 
ser 
invisible
comer todo


ser fuerte
ser rápido

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Examen


Twee opdrachten:
- een werkoverdracht
- een memo (aankondiging op een bord)

Slide 14 - Slide

Fecha: El 20 de abril de 2021

Tiempo: A las 10.00 horas

Lugar: Rotterdam

Dirección: C/Waalhaven ZZ 16

Wat is belangrijk te weten....


Hoe vul je een datum in?
Fecha.................................
Hoe vul je een tijd in?
Tiempo.............................
Hoe vul je een plaats in?
Lugar.................................
Hoe vul je een adres in?
Dirección..........................

Slide 15 - Slide

Fecha: El 20 de abril de 2021

Tiempo: A las 10.00 horas

Lugar: Rotterdam

Dirección: C/Waalhaven ZZ 16

Werkoverdracht

Je loopt stage in Spanje en hebt vandaag in de keuken gestaan.
Je bent om 7uur gestart. 
Je hebt 60 minuten schoongemaakt.
Je hebt gestofzuigd en schoongemaakt.
Het is nu 15u en je moet naar huis.
Er moet nog worden gedweild. 
Vraag aan je collega of hij dat wil doen.


Slide 16 - Slide

Fecha: El 20 de abril de 2021

Tiempo: A las 10.00 horas

Lugar: Rotterdam

Dirección: C/Waalhaven ZZ 16

Werkoverdracht

FECHA
TIEMPO
NOMBRE

ESPACIO               cocina / lugar de trabajo / entrada / restaurante
ACTIVIDADES     pasar la aspiradora / limpiar / fregar

TIEMPO
COMENTARIOS

Slide 17 - Slide

Fecha: El 20 de abril de 2021

Tiempo: A las 10.00 horas

Lugar: Rotterdam

Dirección: C/Waalhaven ZZ 16

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Gustar
Gustar = houden van/ leuk vinden

Er zijn maar 2 vervoegingen
GUSTA & GUSTAN

Ook staat er altijd een meewerkend voorwerp voor het werkwoord. 

Interesar / fascinar gaan ook zo

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Gustar
Gustar = houden van/ leuk vinden

Er zijn maar 2 vervoegingen: GUSTA & GUSTAN

Ook staat er altijd een meewerkend voorwerp  voor het werkwoord. 



Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Verbos -AR-ER -IR
1
2
3
4
5
6

Slide 24 - Slide

This item has no instructions