Standplaatsgebondenheid in de Gouden Eeuw

Standplaatsgebondenheid in de Gouden Eeuw
oftewel: hoe ieders denken en handelen wordt bepaald door de positie die hij of zij inneemt ten opzichte van anderen en door zijn of haar persoonlijke ervaringen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Standplaatsgebondenheid in de Gouden Eeuw
oftewel: hoe ieders denken en handelen wordt bepaald door de positie die hij of zij inneemt ten opzichte van anderen en door zijn of haar persoonlijke ervaringen

Slide 1 - Slide

Welke groepen mensen zijn er onderdeel van de Gouden Eeuw?

Slide 2 - Mind map

Vandaag:
  • Organiseer je zelf een model met verschillende perspectieven van de Gouden Eeuw.

  • Gebruik je dit model om de standplaats van bronnen te bepalen. Hiermee test je voor wie de Gouden Eeuw een Gouden Eeuw is.

  • Ook begin je met het voorbereiden van ons bezoek aan het Rijksmuseum!

Slide 3 - Slide

Hoeveel kostte de potjes die voor je neus staan in de supermarkt?
minder dan een euro
tussen de 2 en 3 euro
rond de 5 euro
tussen de 10 en 12 euro

Slide 4 - Poll

Hoeveel zou hetzelfde potje nootmuskaat kostten op de Stapelmarkt rond 1666?
minder dan 100 euro
tussen de 200 en 300 euro
rond de 500 euro
tussen de 1000 en 1200 euro

Slide 5 - Poll

Wat verwacht je dat deze mensen vinden van de specerijenhandel en kolonisatie?
0100

Slide 6 - Poll

Wat verwacht je dat deze mensen vinden van de specerijenhandel en kolonisatie?
0100

Slide 7 - Poll

Wat verwacht je dat deze mensen vinden van de specerijenhandel en kolonisatie?
0100

Slide 8 - Poll

Nae dat wy een langhe tijdt geseylt hadden sint wy van een scheyden, hebbende de hooghte van 23 graden besuyen de Linie Aequinoctiael, kreghen alle dagen veel siecken, uyt welcke oorsaeck de officiers (uyt last van ’t ghemeene volck) inde kejuyt quamen, versoeckende dat wy nae het Eylandt Madagascar souden loopen om te ververschen: waren bevreest dat al ’t volck noch sieck soude worden, want daer lagender ontrent 40 inde koy en veel andere van ’t volck klaeghden van niet wel te pas te zijn.
A
De maker van de bron is de Gouverneur in Nederlands-Indië.
B
De maker van de bron is een investeerder in de VOC in Amsterdam.
C
De maker van de bron is een scheepsjongen aan boord.
D
De maker van de bron is de kapitein van het schip.

Slide 9 - Quiz

In een militaire campagne, die tot de zomer duurde, werden duizenden Bandanezen gedood. Hoeveel het er precies zijn geweest, weten we niet. Het veelgenoemde aantal van vijftienduizend is gebaseerd op een verslag van enkele jaren later. Ruim achthonderd Bandanezen werden als gevangenen afgevoerd naar Batavia en tot slaaf gemaakt. Honderden wisten te ontsnappen en vestigden zich op omringende eilanden in de Molukken, zoals Ceram en de Kei-eilanden. Daar houden ze Bandanese tradities tot vandaag de dag in leven.
Wat kan je zeggen over de standplaats van de schrijver van dit artikel?

Slide 10 - Open question

Jan Pieterszoon Coen (Hoorn 1587- Batavia 1629)

Koopman, directeur-generaal en gouverneur-generaal van de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC). Vormgever van het succesvolle handelsimperium van de VOC in Azië. Stichter van Batavia, het huidige Jakarta.

Geroemd als krachtdadig en visionair bestuurder. Maar evenzeer bekritiseerd om zijn gewelddadige optreden bij het verwerven van handelsmonopolies in Indië. Voerde in 1621 een strafexpeditie uit tegen één van de Banda-eilanden, omdat de bewoners tegen het verbod van de VOC in nootmuskaat leverden aan de Engelsen. Duizenden Bandanezen lieten hierbij het leven, de overlevenden werden naar Batavia gedeporteerd.
Wat kan je zeggen over de standplaats van de schrijver van deze omschrijving?

Slide 11 - Open question

Welke andere landen ken je met een Gouden Eeuw/Gouden periode?

Slide 12 - Mind map

De term Gouden Eeuw stamt uit de late negentiende eeuw, en bracht vooral de behoefte van een klein land tot uitdrukking om ‘een groots verleden’ in herinnering te roepen. (....) Het begrippenpaar Gouden Eeuw doet geen recht aan de sociale werkelijkheid van die tijd, maar wel aan de relatieve vrijheid en de culturele bloei in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
Wat kan je zeggen over de standplaats van de schrijver van dit artikel?

Slide 13 - Open question

Voor wie is de Gouden Eeuw géén Gouden Eeuw?

Slide 14 - Mind map

Terugkoppeling
Welke verschillende perspectieven zijn er over de Gouden Eeuw? Hoe organiseer je deze?

Wat heb je gebruikt om de standplaats van bronnen te beoordelen?


Slide 15 - Slide

Ons bezoek aan het Rijksmuseum: 8 januari
1. Je bereid in tweetallen een korte presentatie (+- 500 woorden, 4 minuten) voor over één van de objecten in het Rijksmuseum. Tijdens ons bezoek presenteer je dit aan ons.
2. Je doet dit door eerst samen een kunstwerk te selecteren dat je interesseert. Vervolgens bereid je informatie voor over de maker, wat het kunstwerk voorstelt en waarom het belangrijk of representatief is voor de Gouden eeuw. Je kan onderzoek doen via je iPad.
3. Als je er samen niet uitkomt kan je mij mailen met vragen, verwacht wel tijdens de vakantie dat het minimaal een halve week duurt voordat je antwoord hebt.
4. Je krijgt hier tot 7 januari voor. 8 januari kom je het vijfde uur langs om de presentatie goed te laten keuren voordat je naar het museum kan.
5. Op 8 januari verzamelen we vervolgens om 13.45 bij de ingang van het Rijksmuseum. Ik verwacht dat we rond 16.00 klaar zijn.
Wat heb je aan deze opdracht?

Slide 16 - Slide