PRESENT CONTINUOS

PRESENT
CONTINUOUS
1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

PRESENT
CONTINUOUS

Slide 1 - Slide

de present contiNUous gaat over...
A
dingen in het verleden
B
dingen die vroeger aan de gang waren
C
dingen die NU aan de gang zijn
D
die in de tegenwoordige tijd gebeurden

Slide 2 - Quiz

present
CONTI              NUOUS
NU 

Slide 3 - Slide

present
CONTI              NUOUS
=op dit moment (NU) aan de gang
NU 
tegenwoordige tijd

Slide 4 - Slide

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
am
are
is
werkwoord
+ ing

Slide 5 - Slide

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
am
are
is
work
talk
ask
do
watch
eat
+ ing

Slide 6 - Slide

Welke zin staat in de present contiNUous?
NU 
A
I work in a restaurant every weekend
B
I am working in a restaurant right now
C
I have worked in a restaurant
D
I working in a restaurant

Slide 7 - Quiz

Welke zin staat in de present contiNUous?
NU 
A
Oscar is not doing his homework
B
Oscar never does his homework
C
Oscar did his homework
D
Oscar was doing his homework

Slide 8 - Quiz

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
Je kunt zinnen in de present continuous herkennen aan signaalwoorden. Dit zijn woorden die helpen om te zien dat iets NU gebeurt

Slide 9 - Slide

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
Je kunt zinnen in de present continuous herkennen aan signaalwoorden. Dit zijn woorden die helpen om te zien dat iets NU gebeurt
at the moment
right now
now
at this moment

Slide 10 - Slide

Wat is GEEN signaalwoord (voor de present continuous)?
A
now
B
at this moment
C
right now
D
always

Slide 11 - Quiz

In welke zin staat GEEN signaalwoord (voor de present continuous)?
A
They are eating a hamburger right now
B
Justin is taking a shower at the moment
C
We are dancing every Saturday.
D
My mother is washing the car at this moment

Slide 12 - Quiz

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
Je kunt natuurlijk ook zeggen dat je op dit moment iets NIET aan het doen bent. 
Dan gebruik je het woord
not
The snow is NOT melting at the moment. 
It is too cold.

Slide 13 - Slide

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
Maak nu zelf een zin in de present continuous.
GEBRUIK DAARBIJ DE GEGEVEN WOORDJES:

Slide 14 - Slide

I - visit - my grandma - this moment

Slide 15 - Open question

John - drink - coffee - right now

Slide 16 - Open question

Ingrid - not - play - piano - now

Slide 17 - Open question

you - have - fun - the moment - ?

Slide 18 - Open question

it - rain - right now

Slide 19 - Open question

he - look- tv- now

Slide 20 - Open question

my arm- hurt- right now

Slide 21 - Open question

In welke zin zit een foutje ?
(present continuous)
A
We are not listening to the boring teacher.
B
They are staying at home at this moment.
C
She not coming to school right now.
D
I am looking for a job right now.

Slide 22 - Quiz

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
trouwens....
...je kunt het gebruik van am, are en is ook 
korter opschrijven...

Slide 23 - Slide

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
trouwens....
...je kunt het gebruik van am, are en is ook 
korter opschrijven...
= I'm happy happy
= you're eating
= she's watching TV
I am happy 
you are eating
she is  watching TV

Slide 24 - Slide

PRESENT CONTI          UOUS
NU  
trouwens....
...je kunt het gebruik van am, are en is ook 
korter opschrijven...
I am happy
you are eating
she is  watching TV

= you aren't eating
she isn't watching TV

Slide 25 - Slide

BONUS:
Welke zin klopt niet?
A
I'm sitting next to my friend at the moment.
B
He aren't playing a video game right now.
C
We aren't cooking a meal for my parents.
D
Abigail isn't charging her phone.

Slide 26 - Quiz

PRESENT CONTI           UOUS
NU  
FINISHED!

Slide 27 - Slide