BS 2.2: voortplantingsstelsel van een vrouw

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 3

BS 2.2: voortplantingsstelsel van een vrouw

Planning

1. Herhaling BS 2.1
2. Leerdoelen
3. Uitleg BS 2.2
4. Opdrachten maken

Herhaling BS 2.1

• Benoem de onderdelen en hun functies

Leerdoelen

•  Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw aanwijzen in een afbeelding.
  
• Je kunt de functies en werking van delen van het voortplantingsstelsel van een vrouw beschrijven.

Welke onderdelen van het vrouwelijk geslachtsorgaan ken je?

Ligging voortplantingsorganen

Bij een vrouw liggen de meeste voortplantingsorganen in de onderbuik.

Hoe noem je de binnenkant van het vrouwelijk geslachtsorgaan en hoe noem je de buitenkant?

Vulva

• Buitenste schaamlippen: de behaarde huidplooien.
• Binnenste schaamlippen: maken vocht
• Clitoriseikel: erg gevoelig voor aanraking
• Opening van de vagina: het maagdenvlies is een randje slijmvlies rond de opening

Belangrijk

• Vulva alleen met water wassen en hooguit vaginale zeep (hiermee niet naar binnen gaan).
• De vagina houdt zichzelf schoon

Binnenkant

• Eierstokken: hierin ontwikkelen de eicellen zich.
  
• Eileiders: vervoeren de eicellen naar de baarmoeder. 
• Baarmoeder: dikke spierlaag met aan de binnenkant het baarmoederslijmvlies
• Vagina: kanaal van de baarmoedermond naar de buitenkant van het lichaam

Opdrachten maken

BS 2.2: opdrachten 1, 3, 6, 9 en 10.