Week 6 -Les 1 - Lezen H3

Maandag 8 februari - week 6
Nederlands - klas 3
Ga op je laptop naar www.lessonup.app en log in met je account. Je wordt dan gevraagd of je wil meedoen aan deze les. 

Je hebt geen code nodig.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Maandag 8 februari - week 6
Nederlands - klas 3
Ga op je laptop naar www.lessonup.app en log in met je account. Je wordt dan gevraagd of je wil meedoen aan deze les. 

Je hebt geen code nodig.

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Weekdoelen week 4/5 al ingeleverd?
  • 3 lessen Nederlands
  • Lezen H3 
  • Huiswerk via LessonUp

Slide 2 - Slide

Leerdoelen (h/v)
  • Ik kan onderscheid maken tussen standpunt en argument.
  • Ik kan onderscheid maken tussen feitelijke en waarderende argumenten.
  • Ik kan een argumentatie weergeven in een blokjesschema. 

Slide 3 - Slide

De hoofdgedachte schrijf je...
A
in een volledige zin
B
met één woord
C
zo kort mogelijk

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Video

Standpunt ondersteunen met argumenten
  • Feitelijke argumenten - die kun je controleren.
  • Waarderende argumenten - die kun je niet controleren. 

Slide 6 - Slide

Je moet je warm kleden als je de deur uitgaat, want de temperatuur komt vandaag niet boven nul. Wat is het argument en is het feitelijk of waarderend?
A
je... uitgaat - feitelijk
B
je... uitgaat - waarderend
C
want... nul - feitelijk
D
want...nul - waarderend

Slide 7 - Quiz

De gemeente moet hier bomen plaatsen. Daar zou de buurt namelijk enorm van opknappen. Wat is het argument en is het feitelijk of waarderend?
A
De... plaatsen - feitelijk
B
De...plaatsen - waarderend
C
Daar... opknappen - feitelijk
D
Daar... opknappen - waarderend

Slide 8 - Quiz

Signaalwoorden
Standpunt: ik vind, volgens ons, zij denkt dat, de schrijver is van mening dat, onze conclusie is, dus, kortom, daarom...

Argumenten: dat blijkt uit, immers, namelijk, omdat, de reden hiervoor is, want...

Slide 9 - Slide

Argumentatie
Enkelvoudig: standpunt met 1 argument onderbouwen.
Nevenschikkend: meer argumenten om standpunt te onderbouwen. 
Onderschikkend: argument onderbouwen met een ondersteunend argument.
Blz. 74/74 boek voor voorbeeld + blokjesschema.

Slide 10 - Slide


Wat voor soort argumentatie is dit?
A
enkelvoudige argumentatie
B
onderschikkende argumentatie
C
nevenschikkende argumentatie
D
nevenschikkende en onderschikkende argumentatie

Slide 11 - Quiz


Wat voor soort argumentatie is dit?
A
nevenschikkende argumentatie
B
enkelvoudige argumentatie
C
onderschikkende argumentatie

Slide 12 - Quiz

Feitelijk of waarderend argument?
De meeste inzendingen zijn niet om aan te horen; daarom kunnen we beter stoppen met het Eurovisie Songfestival.
A
feitelijk argument
B
waarderend argument

Slide 13 - Quiz

Werkdoelen - week 6
Maak de opdrachten Lezen H3 via LessonUp. Je logt in via de site (Lessenup.app).
Je kunt het huiswerk of rechts zien staan, of je gaat links naar 'vakken' en klikt daar op Nederlands. 
Controle

Slide 14 - Slide