§13, 14: Bredero en Hooft SI

Renaissance betekent letterlijk:
(1 woord)
1 / 21
next
Slide 1: Open question
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Renaissance betekent letterlijk:
(1 woord)

Slide 1 - Open question

Wat de mens presteerde, werd niet langer gezien als een gave van God, maar als iets wat uit hemzelf voortkwam.
A
Antropocentrisme
B
Empirisme
C
Humanisme
D
Individualisme

Slide 2 - Quiz

In de Renaissance kwam er steeds meer aandacht voor taalkunde en geschiedschrijving.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 3 - Quiz

Wat is een kenmerk van een sonnet?
A
14 versregels
B
Volta
C
Vast rijmschema
D
Lyrisch

Slide 4 - Quiz

Hoe lang duurde de wapenstilstand tussen Nederland en Spanje tijdens de 80-jarige oorlog? __jaar

Slide 5 - Open question

Wat de mens presteerde, werd niet langer gezien als een gave van God maar als iets wat uit hemzelf voortkwam.
Mens is uniek en in staat tot grootste prestaties
Zelf willen uitvinden hoe de wereld in elkaar zat.
Wedergeboorte van de klassieke oudheid
antropocentrisme
Renaissance
individualisme
empirisme

Slide 6 - Drag question

Kunst uit de Renaissance heeft 3 kenmerken: realisme (1), estheticisme (2) en ___ (3).

Slide 7 - Open question

Het zelfstandig navolgen van de klassieke schrijvers heet:
A
translatio
B
imitatio
C
aemulatio

Slide 8 - Quiz


A
Aforisme
B
Essay
C
Puntdicht
D
Sonnet

Slide 9 - Quiz

Hoe uitte het estheticisme zich in de literatuur?
A
De taal moest verfijnd zijn, elegant.
B
Grote nadruk op regelgeving
C
Teksten werd voorzien van afbeeldingen van gerenommeerde kunstenaars.
D
Personages in de literatuur dienden zich geloofwaardig te gedragen

Slide 10 - Quiz

De Statenbijbel (1637) had geen grote invloed op de Nederlandse taal.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Het hoogste ideaal in de Renaissance, een mens dat uitblonk op alle gebieden van de menselijke cultuur, noemde men ook wel de

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Video

§13: Bredero
(1585-1618)

Slide 14 - Slide

Gerbrand Adriansz. Bredero
  • Realisme: Amsterdam, alledaags taalgebruik
  • Rederijkerskamer: D'Eglantier
  • Stond op de grens van de middeleeuwen en de Renaissance


Schreef:

  • Toneelstukken (kluchten): Spaansen Brabander Jerolimo
  • Gedichten (Boertig, amoureus en aandachtig groot liedboek, 1622)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Bekendste winkelstraat in Nederland

Slide 17 - Slide

§14: P.C. Hooft
1581-1647

Slide 18 - Slide

Pieter Cornelisz. Hooft
  • Vnl. sonnetten, liefdespoëzie
  • Classicisme: Latijnse zinsconstructies
  • Ook purisme: neologismen, archaïsmen
  • Rederijker (D'Eglantier),
  • Muiderslot
  • Nederlandse Historiën (1642)
  • Warenar

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Warenar
  • Blijspel
  • Aemulatio
    bewerking van Aulularia van Plautus
  • Speaking names
  • Warenar
  • Ritsaert
  • Rijckert

Slide 21 - Slide