SP_PA1_Werkwoorden tegenwoordige tijd

¡Hola!
1 / 14
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

¡Hola!

Slide 1 - Slide

  1. Werkwoorden: Tegenwoordige tijd: Hablar/Comer/Vivir (R + T1)
  2. Oefeningen - Gramática I

Eind van de les ik kan/Al final de la clase puedo...
...werkwoorden in de TT vervoegen en zinnen maken.
Plan para hoy

Slide 2 - Slide

¡Hablemos!
¿Cómo te llamas? Me llamo ...
¿De dónde eres? Soy ...
¿Qué lenguas hablas? Hablo ...(holandés, 
berber, árabe, turco, francés, papiamento...)
¿Dónde vives? Vivo en ...
¿Quién es tu amiga/amigo? Ella es (ze is)/El es (hij is)...
¿Cómo? Hoe?
¿Dónde? Waar?
¿Qué? Wat?
¿Quién? Wie

Slide 3 - Slide

Werkwoorden in de tegenwoordige tijd
Spreken
Eten
Wonen
HABLAR
COMER
VIVIR
Yo - ik
hablo
como
vivo
Tú - jij
hablas
comes
vives
El/Ella - hij/zij
habla
come
vive

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Maak een zin met HABLAR

Yo
hablo
hablas
El/Ella
habla

Slide 6 - Open question

Maak een zin met COMER

Yo
como
comes
El/Ella
come

Slide 7 - Open question

Maak een zin met VIVIR

Yo
vivo
vives
El/Ella
vive

Slide 8 - Open question

Kies de juiste voor van het werkwoord:
Yo .............. en Den Haag
A
vivo
B
vives
C
vive

Slide 9 - Quiz

Kies de juiste voor van het werkwoord:
Tú .............. en el Instituto
A
como
B
comes
C
come

Slide 10 - Quiz

Kies de juiste voor van het werkwoord:
El .............. holandés
A
habla
B
hablo
C
hablas

Slide 11 - Quiz

Kies de juiste voor van het werkwoord:
El .............. en la cantina a las 11.30
A
comes
B
come
C
como

Slide 12 - Quiz

Ik begrijp hoe ik moet werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen.
JA
NEE

Slide 13 - Poll

¡Adiós!

Slide 14 - Slide