H4H3 Par. 3.6 en 3.7 Mens en Landschap

3.6 en 3.7 Mens en landschap
PAK JE BOEK ERBIJ!

H3 Klimaat en Landschap
Domein Aarde
H4
1 / 38
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3.6 en 3.7 Mens en landschap
PAK JE BOEK ERBIJ!

H3 Klimaat en Landschap
Domein Aarde
H4

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kent (5 van de) 8 geofactoren van het landschap als dynamisch systeem. 
  • Je kunt aan de hand van 2 voorbeelden uitleggen dat verandering in één factor van invloed is op de andere geofactoren
  • Je kent het verschil tussen natuurlijk broeikaseffect en versterkt broeikaseffect
  • Je begrijpt dat klimaatverandering leidt tot verschuiving van landschapszones
  • Je kunt (2)  voorbeelden geven waaruit blijkt dat mens en dier zich niet op tijd kunnen aanpassen aan veranderde omstandigheden

Slide 2 - Slide

Lees paragraaf 3.6
en kijk welke leerdoelen je meteen kunt beantwoorden
timer
5:00

Slide 3 - Slide

Landschap
is een dynamisch systeem. Het is constant in beweging en verandering.

Wisselwerking tussen geofactoren

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Welke geofactoren zijn er allemaal?

Slide 6 - Mind map

Geef een voorbeeld van hoe een verandering in een geofactor leidt tot veranderingen in andere geofactoren

Slide 7 - Open question

Welke geofactoren worden in Nederland vrijwel volledig door de mens beheerst?

Slide 8 - Open question

Welke geofactoren zie je op de foto?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Leg de stelling 'lang leve het broeikaseffect uit'

Slide 11 - Open question

Wat is het verschil tussen natuurlijk broeikaseffect en versterkt broeikaseffect

Slide 12 - Open question

Welke geofactor is voor het Nederlandse landschap erg belangrijk?



A
Klimaat
B
Lucht
C
Plant
D
Water

Slide 13 - Quiz

Beredeneer welke geofactoren het sterkst beïnvloed worden door het versterkte broeikaseffect

Slide 14 - Open question

Klimaatverandering
Geofactor klimaat verandert

-> alles verandert

Slide 15 - Slide

Landschap en klimaatverandering

Slide 16 - Slide

Kijkopdracht: landschap
Noteer in je schrift op basis van filmpje: twee positieve veranderingen EN twee negatieve veranderingen in landschap

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Twee positieve veranderingen in het landschap

Slide 19 - Open question

Twee negatieve veranderingen in het landschap

Slide 20 - Open question

Hoe verandert de toendra wanneer de aarde verder opwarmt? Noem twee veranderingen

Slide 21 - Open question

Klimaatverandering zorgt voor het verschuiven van landschapszones. Geef voorbeelden waaruit blijkt dat dit vaak samengaat met kwaliteitsverlies van het landschap

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide

"opschuiving" landschapszones als gevolg van klimaatverandering

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Oplossing?
Gezamenlijk onderhandelen over een klimaatakkoord.

Parijs 2015
etc.


Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Link

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Verzilting
Is een vorm van landdegradatie (achteruitgang van de bodem) als gevolg van verkeerde manier van irrigatie. Door verdamping van water blijven zouten achter in de bodem > afname vruchtbaarheid en toename van bodemerosie

Slide 33 - Slide

In welke landschapszone is verzilting vooral een probleem en kan het leiden tot (verdere) verwoestijning?

Slide 34 - Open question

Even checken
  • Je kent de acht geofactoren van het landschap als dynamisch systeem. 
  • Je kunt aan de hand van (2) voorbeelden uitleggen dat verandering in één factor van invloed is op de andere geofactoren
  • Je kent het verschil tussen natuurlijk broeikaseffect en versterkt broeikaseffect
  • Je begrijpt dat klimaatverandering leidt tot verschuiving van landschapszones
  • Je kunt (2)  voorbeelden geven waaruit blijkt dat mens en dier zich niet op tijd kunnen aanpassen aan veranderde omstandigheden

Slide 35 - Slide

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 36 - Mind map

Wat begrijp ik nog niet (goed genoeg)?

Slide 37 - Open question

Huiswerk
Maken 3.6 en 3.7

Slide 38 - Slide