3.5 Griekse kunst

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

H3 De Grieken

3.5 Griekse kunst

uitleg H3.5 max. 15 min. 

leerdoelen; je leert uit 3.5; 

- wat zijn de onderdelen van een Griekse tempel en hoe heten ze?

- wat zijn Dorische, Ionische en Korintische zuilen?

- wat is contrapost bij een standbeeld?

Tempels

• In de 5e en 4e eeuw v.C. was de bloeitijd van de Griekse cultuur. 
• Grieken besteedden veel aandacht aan de bouw van mooie tempels
• Griekse tempels hadden een symmetrische vorm. 
  
  
• Een Griekse tempel bestond uit een rij zuilen met daar bovenop een mooi versierde fries en fronton

fronton of

symmetrisch: als linker- en rechterhelft elkaars spiegelbeeld zijn

kapiteel: bekroning van zuil

fries: versierde strook van een gebouw 

fronton/timpaan: driehoekige ruimte onder tempeldak

De bewondering voor de Griekse (en later ook de Romeinse) kunst is altijd blijven bestaan en ging soms erg ver. De gevel van het Paleis op de Dam in Amsterdam is bijna een kopie van het Parthenon in Athene.

Zuilen      kennen!

• Ook de zuilen werden mooi versierd; er zijn 3 bekende soorten zuilen
• 
  
• Dorische zuil: zuil met dikke vorm en eenvoudig kapiteel zonder voetstuk
• Ionische zuil: zuil met slanke vorm, voetstuk en krulvormig kapiteel
• Korinthische zuil: zuil met slanke vorm, uitgebreid voetstuk en kapiteel met bladeren

Welke zuil is dit?

1. Dorische zuil
2. Ionische zuil
3. Korinthische zuil

Welke zuil is dit?

1. Dorische zuil
2. Ionische zuil
3. Korinthische zuil

Welke zuil is dit?

1. Dorische zuil
2. Ionische zuil
3. Korinthische zuil

Wat is typerend voor een Korinthische zuil?

1. Slanke vorm met voetstuk en krulvormig kapiteel
2. Dikke vorm met krulvormig kapiteel
3. Dikke vorm met eenvoudig kapiteel
4. Slanke vorm, uitgebreid voetstuk en kapiteel met bladeren

Hoe wordt een Ionische zuil gekenmerkt?

1. Slanke vorm, voetstuk en krulvormig kapiteel
2. Uitgebreid voetstuk en bladeren kapiteel
3. Dikke vorm met eenvoudig kapiteel
4. Dikke vorm met krulvormig kapiteel

Wat kenmerkt een Dorische zuil?

1. Uitgebreid voetstuk en bladeren kapiteel
2. Slanke vorm met voetstuk en krulvormig kapiteel
3. Dikke vorm en eenvoudig kapiteel zonder voetstuk
4. Dikke vorm met krulvormig kapiteel

Volmaakte beelden

• In de Griekse kunst worden veel beelden van mensen gemaakt
  
• Door het bestuderen van mensen konden de beelden natuurlijker gemaakt worden
  
• Toch maakten de Grieken de beelden naar een schoonheidsideaal
  
• Een techniek om de beelden realistischer te doen laten lijken was de techniek van contrapost = houding met een gestrekt en een gebogen been.

Schilders schilderden in perspectief (dieptewerking) op aardewerk, houten panelen en muren.

Romeinen en andere volken bewonderden de kunst uit de Griekse bloeitijd en namen het over. Daarom noemen we deze kunst klassiek: zo goed dat het wordt nagedaan.

contrapost    

• Het ene been werd gestrekt weergeven, het andere gebogen
  
  
• Het figuur neemt daarmee een meer natuurlijkere pose aan, waardoor het beeld realistischer lijkt

Wat is het effect van contrapost op een beeld?

1. Het maakt het beeld kleiner lijken.
2. Het maakt het beeld abstract.
3. Het maakt het beeld minder expressief.
4. Het maakt het beeld realistischer.

Wat is contrapost?

1. Een pose waarbij het lichaam recht staat.
2. Een pose waarbij de armen naar beneden hangen.
3. Een pose waarbij beide benen gebogen zijn.
4. Een pose waarbij het ene been gestrekt is en het andere gebogen.

Toneel: tragedies en komedies

• In de 6e eeuw v.C. ontstond in Griekenland een nieuwe kunstvorm: het toneel.
• Grieken schreven tragedies (drama/ treurspelen; zang en dans; denk musical) en komedies (blijspelen/ satire= alles bespotten).

Waarin verschilden Griekse beelden van Egyptische beelden?

1. Ze waren groter
2. Ze waren van ander materiaal
3. Er zat meer 'beweging' in de beelden
4. Er werden vooral goden afgebeeld in plaats van gewone mensen

Tempels en beelden waren bij de oude Grieken vaak felgekleurd.

1. Goed
2. Fout

Een tragedie is een soort musical met dans en zang.

1. Goed
2. Fout

aan de slag nu!

 1) werk in tweetallen en maak de opdrachten van H3.5:

      vraag 1abc, 2, 3abc en 4. 

2) Je krijgt van je docent papier. Teken een Griekse tempel en verwerk de volgende kenmerkende bouwstijlen: 
-timpaan, fries, kapiteel, architraaf, zuilen (dorisch, ionisch of korintisch) en trappen. Klaar? Plaats een beeldhouwwerk vooraan met techniek van contrapost.