herhaling fictie termen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Programma 

1. Stillezen

2. Doel

3. Nakijken

4. Terugblik

5. Brainstorm presentatie Aanpassen

6. Afsluiting

Stillezen

Leerdoel

Ik kan vaststellen wat het thema van een tekst is en wat het verband daarvan is met het plot, de personages en de plaats(en) waar het afspeelt.

Les 63 nakijken/bespreken

Les 63 

opdracht 3, 9, 10, 12 en 13

Terugblik vorige lessen 

type:

Altijd dezelfde kenmerken.

karakter:

Lijkt meer op een echt mens.

ruimte: 

plaats of omgeving waarin het verhaal zich afspeelt

Thema 

Hoofdonderwerp van een verhaal.  Het is de achterliggende gedachte van een schrijver.

Een thema is de kortst mogelijke samenvatting van een verhaal:

- sprookje —> thema is: een wijze les (eerlijk en eenvoud is belangrijk). 

plot

Plot

Bij het plot draait het om het begin, het verloop en het einde van wat een (hoofd)persoon meemaakt.

Denk aan:

- springen tussen verhaallijnen

- cliffhanger

- uitstellen van de ontknoping

- plotwending

Wat is hier GEEN voorbeeld van ruimte in een verhaal?

1. de omgeving waarin het verhaal zich afspeelt
2. voorwerpen en geluiden
3. tijdperk, weer en seizoenen
4. gedachten en gevoelens

Wat is bij sprookjes vaak het thema?

1. de moraal
2. een wijze les
3. een prinses
4. het huwelijk

Darth Vader

Star Wars

1. Karakter
2. Type

Juffrouw Bulstronk

Mathilda

1. Karakter
2. Type

Dagobert Duck

1. Type
2. Karakter

Rosa uit 'Hoe-overleef-ik'

1. Type
2. Karakter

Bram uit 'Leven van een loser'

1. Type
2. Karakter

Is de hoofdpersoon een type of karakter?

1. Type
2. Karakter

Zowel over zijn innerlijk als over zijn uiterlijk kom je in dit korte fragment veel te weten.

Wat hoort er allemaal bij ruimte?

1. Waar het zich afspeelt
2. Personages
3. Weeromstandigheden
4. Geluiden

Brainstorm presentatie