1.4

Naam
Nummer
Naam
Nummer
Rhodé Bakker
1
Anouar Ouali
13
Jonah Balentina
2
Floris van der Reijd
14
Jasmijn Böhm
3
Yenthe Stalknegt
15
Eva Elzerman
4
Roan Vermeer
16
Shiloh Frijda
5
Anna van de Vijver
17
Ghina Gangadien
6
Mauro Westerbeek
18
Daan van Gelder
7
Kajan Wever
19
Luciano van Hal
8
Noor Yosef
20
Jane Huisman
9
21
Sama Kamali
10
22
Rodin Langejans
11
23
Klena Mohammed
12
24
25
1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Naam
Nummer
Naam
Nummer
Rhodé Bakker
1
Anouar Ouali
13
Jonah Balentina
2
Floris van der Reijd
14
Jasmijn Böhm
3
Yenthe Stalknegt
15
Eva Elzerman
4
Roan Vermeer
16
Shiloh Frijda
5
Anna van de Vijver
17
Ghina Gangadien
6
Mauro Westerbeek
18
Daan van Gelder
7
Kajan Wever
19
Luciano van Hal
8
Noor Yosef
20
Jane Huisman
9
21
Sama Kamali
10
22
Rodin Langejans
11
23
Klena Mohammed
12
24
25

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Herhalen vorige les.
  • Huiswerk controleren.
  • Uitleg 1.4
  • Werken.
  • Uitleg 1.4

Slide 2 - Slide

Egyptische bierbrouwer
Wat heeft de bron te maken met irrigatielandbouw?

Slide 3 - Slide

Nakijken.

  • Paragraaf 1.3 vraag 1 t/m 13.
  • Eén persoon leest de vraag voor.
  • Heb je iets anders? Steek je vinger op en zeg het, soms is meer dan één antwoord goed.
  •  Zorg ervoor dat je de juiste antwoorden overneemt.

Slide 4 - Slide

Leerdoelen
  • Ik kan uitleggen tot welke bestuurlijke veranderingen het ontstaan van landbouw in Egypte leidde.
  • Ik kan een verklaring geven voor het ontstaan van het schrift in Egypte.
  • Ik kan uitleggen welke rol godsdienst speelde in het leven van Egyptenaren.

Slide 5 - Slide

Egypte onder één heerser.
  • Om alles binnen een stad te regel (beheer van dijken bijvoorbeeld) was er bestuur nodig.
  • Vanaf 3100 v Chr was er één heerser over een groot gebied met meerdere steden, dat was de staat.
  • De farao was de baas van die staat.

Slide 6 - Slide

De farao
taken:
  1. Maken van regels en wetten.
  2. Hoogste rechter van het land.
  3. Verdediging van de staat.
  4. De farao was een god op aarde. Hij liet tempels bouwen en stelde priesters aan.

Slide 7 - Slide

Schrift
  • Om de farao te helpen kwamen er ambtenaren.
  • Dat waren bijvoorbeeld schrijvers, belastinginners, bestuurders.
  • Egyptenaren moesten belasting betalen. Ze betaalden graan. Hiervan werden ambtenaren betaald en werden voorraden aangelegd.
  • Om alles bij te houden werd het hiërogliefenschrift rond 3100 v Chr. uitgevonden.

Slide 8 - Slide

Aan het werk.

10 minuten. 
Werk in tweetallen of met z'n drieën.

Lees  blz 35, 36 en 37.
Maak vraag 1 t/m 7.
timer
10:00

Slide 9 - Slide

Osiris
Anubis
Ammit
Thoth

Slide 10 - Slide

  • Mummies:
  • Rijke Egyptenaren lieten zich mummificeren. 
  • Ze dachten dat er een lichaam nodig was om naar het dodenrijk te gaan.

Slide 11 - Slide

Egyptische goden.
  • Egyptenaren geloofden in heel veel goden, ze waren polytheïsten.
  • Goden regelden alles. Egyptenaren aanbaden die goden, maar ook de natuur (rivieren en plekken). Dat heet natuurgodsdienst.
  • De goden werden in tempels vereerd. De priesters vertelden wat de goden wilden.

Slide 12 - Slide

Aan het werk.

Tot het tijd is.
Werk in tweetallen of met z'n drieën.

Lees  blz 35, 36 en 37.
Maak vraag 1 t/m 14.

Slide 13 - Slide