Les 4 zwanger worden

Thema 3:
Liefde en seksualiteit


Basisstof 4 - zwanger worden
1 / 39
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Thema 3:
Liefde en seksualiteit


Basisstof 4 - zwanger worden

Slide 1 - Slide

Vandaag

Slide 2 - Slide

Hier vindt de ovulatie plaats
A
eileider
B
baarmoeder
C
eicellen
D
eierstokken

Slide 3 - Quiz

Door wie wordt de cel hiernaast aangemaakt?
A
Man
B
Vrouw

Slide 4 - Quiz

iemand die verliefd wordt op iemand ongeacht het geslacht is
A
heteroseksueel
B
homoseksueel
C
panseksueel
D
aseksueel

Slide 5 - Quiz

Hier worden de zaadcellen aangemaakt
A
prostaat
B
bijballen
C
zaadblaasjes
D
teelballen

Slide 6 - Quiz

Een ander woord voor ongesteld is...

Slide 7 - Open question

Wat gebeurt er als je geen anticonceptiemiddelen gebruikt?

Slide 8 - Mind map

Leerdoelen
Je kan uitleggen waar de bevruchting en innesteling plaatsvindt. 
Je kan uitleggen hoe de zwangerschap en bevalling verlopen
Je kan voorbeelden geven van verschillende soorten prenataal onderzoek. 

Slide 9 - Slide

Erectie
Als een jongen seksueel opgewonden is, krijgt hij een erectie.


Zwellichamen vullen zich 
dan met bloed, waardoor 
de penis stijf wordt.


Slide 10 - Slide

Clitoris en schaamlippen
Als een vrouw seksueel opgewonden wordt vullen de zwellichamen van de clitoris zich met bloed. Ze zwellen op en vormen een soort kussentje. Hierdoor kan de penis makkelijker in de vagina tijden geslachtsgemeenschap. Op als een vrouw opgewonden raakt maken de binnenste schaamlippen slijm aan. Hierdoor wordt de toegang tot de vagina nat en glad. Zo doet het geen pijn en gaan de geslachtgemeenschap makkelijker

Slide 11 - Slide

Wat is geslachtsgemeenschap?
Bij geslachtsgemeenschap brengt de man zijn stijve penis in de vagina van de vrouw. Door de bewegingen van de man gaat de penis op en neer in de vagina van de vrouw. De eikel van de penis wordt steeds geprikkeld. en hierdoor kan de man een zaalozing krijgen

Slide 12 - Slide

Bevruchting
Tijdens de bevruchting smelten de celkernen van de zaadcel en de eicel samen. 
Er ontstaat dan een embryo.
Er ontstaat een laag waardoor andere zaadcellen niet meer in de eicel kunnen.

Slide 13 - Slide

De bevruchting vindt plaats in de eileiders, na de ovulatie (eisprong).

Na de bevruchting:
  • Celdeling van het embryo (groeien)
  • verplaatsen naar de baarmoeder
  • Innesteling in de baarmoeder

Slide 14 - Slide

De bevruchte eicel gaat zich meteen na de bevruchting een aantal keren delen. Na een tijdje ontstaat er een klompje cellen. Dit klompje gaat via de eileider naar de baarmoeder

Slide 15 - Slide

Als de eicel is bevrucht
Geen menstruatie
Innestelling
ovulatie (eisprong)

Slide 16 - Slide

Innestelling
  • 5-7 dagen na bevruchting
  • Vanaf dat moment zwanger
  • Embryo produceert hormonen die menstruatie en eisprong voorkomen
  • In ongeveer 38 weken groeit het klompje cellen uit tot een baby.

Slide 17 - Slide

Wanneer is een vrouw zwanger?
Als een man en vrouw rond het tijdstip van de eisprong (14e dag van de menstruatiecyclus) geslachtsgemeenschap hebben, kan een eicel bevrucht worden.

Bevruchting = de kern van de zaadcel smelt samen met de kern van de eicel.
- Eén nieuwe celkern ontstaat
- Gebeurt in de eileider
- Eicel ondoordringbaar voor andere zaadcellen


Celdeling
- Bevruchte eicel deelt zich steeds weer
- Bolletje cellen ontstaat
- Na +/- 6 dagen komt het bolletje cellen in de baarmoeder 


Innestelling = het bolletje cellen zet zich vast in het dikke baarmoederslijmvlies.
- Vrouw is nu zwanger

Slide 18 - Slide

Innesteling

Slide 19 - Slide

De eerste 8 weken spreken we over een embryo, na deze 8 weken spreken we over een foetus. Na de geboorte noem je het kind een baby.

Slide 20 - Slide

Placenta
De eerste weken van de zwangerschap zorgt het slijmvlies voor de voeding van het embryo. Daarnaar ontstaat de placenta. Via de placenta worden zuurstof, voedingsstoffen en afvalstoffen uitgewisseld tussen moeder en kind

Slide 21 - Slide

Navelstreng
In de eerste paar weken krijgt het embryo voedingsstoffen via het baarmoederslijmvlies. Daarna neemt de placenta deze functie over. Via de navelstreng komen de voedingsstoffen bij het embryo.

Slide 22 - Slide

embryo in vruchtvliezen

Slide 23 - Slide

foetus in vruchtvliezen.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Waaraan kun je zien dat jij vast hebt gezeten aan je moeder?

Slide 26 - Open question

Prenataal onderzoek
Als een vrouw ongeveer 8 tot 10 weken zwanger is wordt er een echo gemaakt. Bij een echo wordt geluidsgolven een beeld gevorm van de foetus in de baarmoeder

Slide 27 - Slide

Echo
vruchtwaterpunctie

Slide 28 - Slide

NIPT
NIPT
= Niet-invasieve prenatale test
  • Bloedtest (van de moeder)
  • Bevat DNA van de placenta, deze bevat DNA van de baby
  • Checkt de chromosomen

Slide 29 - Slide

De bevalling
Het eerste teken dat de bevalling is gestart zijn weeën. 
De weeën zijn spiersamentrekkingen, deze zorgen voor ontsluiting van baarmoederhals en de baarmoedermond. 

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Bevalling
Zodra er volledige ontsluiting is (10 cm) starten de persweeën, de uitdrijving begint dan.

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Slide

Hoelang duurt de eerste bevalling gemiddeld?
A
3 tot 6 uur
B
7 tot 12 uur
C
12 tot 24 uur
D
24 tot 48 uur.

Slide 36 - Quiz

Nageboorte
Na de uitdrijving van de baby, komt de nageboorte.
De nageboorte bestaat uit de placenta, navelstreng en vruchtvliezen.

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Maak de volgende opdrachten:
blz: 39, 40, 41, 42, 44, 46, 47

Slide 39 - Slide