2CD3: 18 september 2024

18 september 2024
Wat: Signaalwoorden zijn en opbouw van een tekst
Wanneer: 09:20 - 10-10
Hoe: Gezamelijk/Zelfstandig opdrachten maken
Klaar: Par. 2.3 maken
HW: Par. 2.3 maken
Lesdoel: Ik weet wat signaalwoorden zijn en uit welke delen een tekst bestaat
Taaldoel: Ik weet wat het woord conclusie betekent
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

18 september 2024
Wat: Signaalwoorden zijn en opbouw van een tekst
Wanneer: 09:20 - 10-10
Hoe: Gezamelijk/Zelfstandig opdrachten maken
Klaar: Par. 2.3 maken
HW: Par. 2.3 maken
Lesdoel: Ik weet wat signaalwoorden zijn en uit welke delen een tekst bestaat
Taaldoel: Ik weet wat het woord conclusie betekent

Slide 1 - Slide

Opbouw van de tekst

Slide 2 - Slide

Twee manieren tekstopbouw

Slide 3 - Slide

Vraag
- en, ook, tenslotte, ten eerste, ten tweede 
- maar, echter, tegenstelling, tegenover.

Slide 4 - Slide

Signaalwoorden
- Woorden die een verband aangeven tussen woorden, zinnen of alinea’s (tekstverbanden aangeven)


 



Slide 5 - Slide

In het woord ‘signaalwoord’ zit ‘signaal’. 
‘Signaal’ is een ander woord voor ‘sein’ of ‘teken’. Een signaalwoord geeft jou dus een teken; een sein. 
Het vertelt je dat je op moet letten.

Slide 6 - Slide

Soorten tekstverbanden

Slide 7 - Slide

Signaalwoord die een voorbeeld aangeven
Signaalwoorden die een voorbeeld aangeven: 
bijvoorbeeld, zoals, ter illustratie.
Voorbeeld: 
In de natuur komen veel verschillende slangen voor, zoals adders en ringslangen.

Slide 8 - Slide

Signaalwoorden

Je kent nu de signaalwoorden:








Tekstverband 
signaalwoorden 
opsomming
ten eerste, ook, bovendien, zowel ... als, ten slotte
tijdsvolgorde
eerst, later, voor het eerst, terwijl, nadat, voordat, daarna, vervolgens, ten slotte
tegenstelling
maar, echter, evenwel, toch, daarentegen, integendeel
voorbeeld
bijvoorbeeld, een voorbeeld hiervan is, zo, zoals, ter illustratie

Slide 9 - Slide

Opdracht: geef antwoord de volgende vragen
- Is de tekst tweedeling of driedelig?
- Welke signaalwoorden zie je terug in de tekst?
- Welk tekstverband geven de signaalwoorden?

Slide 10 - Slide