This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
0
Slide 1 - Video
Thema 5 Waarneming en gedrag
Slide 2 - Slide
Doel van de les:
Je kunt de werking van zintuigen beschrijven
Je kunt de zintuigen benoemen met hun ligging en hun prikkel
Slide 3 - Slide
B1 Je omgeving waarnemen
Slide 4 - Slide
Waarnemen
Je kunt dingen om je heen zien, horen, ruiken, proeven en/of voelen. Dat noem je waarnemen.
Om te kunnen waarnemen gebruik je je zintuigen
Om te kunnen waarnemen heb je ook je hersenen nodig
Slide 5 - Slide
zintuig
Is een orgaan dat reageert op een inlvoed uit de omgeving.
Deze invloed noem je dan een prikkel.
Prikkel
licht, geluid
Slide 6 - Slide
Onze zintuigen
Gezichtszintuig ligt in de ogen
Gehoorzintuig ligt in de oren
Smaakzintuig ligt in de tong
Reukzintuig ligt in de neus
Koudezintuig, warmtezintuig, drukzintuig, tastzintuig liggen in de huid
Slide 7 - Slide
Zintuigen
Zintuigen nemen informatie op uit je omgeving: prikkels.
Je hebt verschillende zintuigen:
lichtzintuig in je oog
gehoorzintuig in je oor
reukzintuig in je neus
smaakzintuig in je tong
warmte-, koude-, druk- en tastzintuigen in je huid
Elk zintuig reageert op één soort prikkel.
Slide 8 - Slide
Zo ruik je chocolade
De kok ziet en ruikt de cholocade (prikkels)
Hij gebruikt de zintuigen in zijn ogen en neus
De zintuigen sturen seintjes (impulsen) naar de hersenen
De hersenen verwerken deze impulsen, daardoor ziet en ruikt de kok de chocolade
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Pijnpunten
Behalve prikkels van zintuigen kun je ook pijn waarnemen. De uiteinden van je zenuwen zijn pijnpunten. Deze pijnpunten kunnen pijn in je lichaam waarnemen.