What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Spelling H5 klas 1
Spelling
1 / 12
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
12 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Spelling
Slide 1 - Slide
Heb je het huiswerk van Hoofdstuk 5 Spelling gemaakt?
A
Een beetje. Ik begreep het eigenlijk niet zo.
B
Niet alles, ik had geen zin.
C
Natuurlijk, alles.
D
Alleen wat ik niet begreep, heb ik niet gemaakt.
Slide 2 - Quiz
Noteer de lange vorm van het bijvoeglijk naamwoord in een woordcombinatie.
vb. Engels – De Engelse thee
officieel
Slide 3 - Open question
1. De (jaloers) jongen was boos op de (ambitieus) medeleerling die won.
A
jaloerze / ambitieuze
B
jaloerse / ambiteuse
C
jaloerze / ambiteuze
D
jaloerse / ambitieuze
Slide 4 - Quiz
2. Het is een (raar) vraag, maar is dit de (definitief) versie?
A
raare / definitieve
B
rare / definitieve
C
rare / definitiefe
D
raare / definitiefe
Slide 5 - Quiz
Abel vergrootte nogmaals de al eerder vergrote foto op zijn beeldscherm.
A
pvvt en bn zijn beide goed gespeld
B
pvvt en bn zijn beide niet goed gespeld
C
pvvt is goed gespeld
D
bn is goed gespeld
Slide 6 - Quiz
Welk stoffelijk bijvoeglijk naamwoord hoort niet in het rijtje thuis?
Leg je antwoord uit.
glas – ijzer – hout – karton – leer – platina
Slide 7 - Open question
Het schip is gestrand, het gestrande schip.
A
od - bn
B
vd- bn
C
vd - od
D
bn-vd
Slide 8 - Quiz
Wat is het bijvoeglijk naamwoord van het werkwoord poten?
A
de gepotte plant
B
de gepote plant
C
de gepoote plant
D
de gepootte plant
Slide 9 - Quiz
Welke vorm is het woord lachend in de zin:
Lachend fietst de man over de verbrede weg.
A
bijvoeglijk naamwoord (bn)
B
voltooid deelwoord (vd)
C
onvoltooid deelwoord (od)
Slide 10 - Quiz
Welke vorm is het woord piepende in de zin:
Met piepende banden kwam de auto tot stilstand.
A
bijvoeglijk naamwoord (bn)
B
onvoltooid deelwoord (od)
C
voltooid deelwoord (vd)
Slide 11 - Quiz
Welke vorm is het woord verbrede in de zin:
Lachend fietst de man over de verbrede weg.
A
bijvoeglijk naamwoord (bn)
B
voltooid deelwoord (vd)
C
onvoltooid deelwoord (od)
Slide 12 - Quiz
More lessons like this
vd en td + bijvoeglijk gebruikt
June 2024
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
H3 Taalverzorging - Spelling
January 2024
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Gebiedende wijs, vd en tegenwoordig deelwoord
February 2024
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2V 4.9 vd en td + bijvoeglijk gebruikt MP
17 days ago
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2V 4.9 vd en td + bijvoeglijk gebruikt MP
17 days ago
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
vd en td + bijvoeglijk gebruikt
February 2024
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
March 2021
- Lesson with
13 slides
Spelling
Basisschool
Groep 8
Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord
December 2020
- Lesson with
12 slides
Spelling
Basisschool
Groep 8