V6 - les 3- el mejor candidato

Clase de español - V6

j
Objetivo:
Mostrar que eres un buen candidato

1 / 15
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Clase de español - V6

j
Objetivo:
Mostrar que eres un buen candidato

Slide 1 - Slide

Hoy en clase
Repasar la carta y la gramática
gerundio
Empezar a escribir párrafo del mejor candidato
La evaluación
La preparación para el martes

Slide 2 - Slide

La clase anterior 
Lee estas frases con tu compañero/a de clase y escribe si son verdaderas o mentiras:
1. En el primer párrafo tienes que escribir qué idiomas dominas.
2. En el primer párrafo tienes que escribir la función que te gusta.
3. Cuando dices lo que vas a hacer después de tu examen, usas el futuro
4. Tienes que escribir lo que te gusta hacer, aunque el anuncio es diferente.
timer
3:00

Slide 3 - Slide

REPASAR UN POCO
Mira estas frases y escribe si es verdad (v) o mentira (m)
1. Jouw adres zet je boven het adres van je toekomstige werkgever.
2. De plaats en datum zet je rechts.
3. De maanden schrijf je in hoofdletters.
4. Na de aanhef komt een komma.
5. Als de naam bekend is van de werkgever dan is señor in kleine letter.
timer
2:00

Slide 4 - Open question

Errores en vuestras cartas
1. Soy en el sexto año del HLZ.
2. Describiría me como una vendedora profesional.
3. He leído tu anuncio.
4. Estoy interesado en el función de vendedor.
5. Me gusto los deportes (2x).
6. Soy una alumna holandés.
timer
3:00

Slide 5 - Slide

El gerundio
• Je gebruikt estar + gerundio om aan te geven dat iets aan de gang is of dat je iets aan het doen bent:

Estamos escuchando música = We zijn muziek aan het luisteren

Slide 6 - Slide

El gerundio
• Je maakt de Gerundio door de uitgang –ando of –iendo achter de stam van het werkwoord te zetten.


Werkwoord op –ar en werkwoord op –er/-ir
tocar > tocando
 beber > bebiendo
vivir > viviendo


Slide 7 - Slide

El gerundio

• Als de uitgang –iendo na een klinker komt, schrijf je –yendo. Bijvoorbeeld:
Leer > leyendo Oír > oyendo
• Sommige werkwoorden hebben een onregelmatige vorm
Dormir > durmiendo
Decir > diciendo
Ir > yendo







Slide 8 - Slide

II párrafo un control:
1. een inleidende zin die de eerste alinea met de tweede verbindt (hoe doe je dat meestal?)
2. 3 of meer RELEVANTE informatie over jezelf (wat moet je dan doen om te weten of de informatie relevant is?)
3. Gebruik in deze alinea minstens 1 condicional (mag ook meer, maar dan verschillend)
4. Gebruik in deze alinea minstens 1 futuro (mag ook meer, dan dan verschillend)
*5. een laatste zin die de tweede alinea verbindt met de derde.
timer
2:00

Slide 9 - Slide

el mejor candidato/la mejor candidata
Habla con tu compañero/a de clase sobre qué es lo que tienes que escribir en el siguiente párrafo en holandés.

Daarna ook met elkaar bespreken over hoe je van de ene alinea/onderwerp naar de andere gaat. 
Wat moet je gebruiken? (2x)
timer
2:00

Slide 10 - Slide

Als je vertelt waar je gewerkt hebt en wanneer . . .
A
indefinido
B
imperfecto

Slide 11 - Quiz

Als je uitlegt wat je diverse taken waren bij die baantjes, dus als je vertelt wat je steeds moest doen
A
indefinido
B
imperfecto

Slide 12 - Quiz

Empezar el párrafo - el mejor candidato
1. een inleidende zin of voegwoord waarin je aangeeft de beste kandidaat te zijn. 
2. 1 zin over werkervaring (bijv van een baan die relevant) is waarbij je ook de taken erbij vermeld alles in de verleden tijd gebruik makend van zowel de indefinido als de imperfecto.
3. nog 1 zin met een andere baan die relevant is waarbij je ook hier de taken vermeld alles in de verleden tijd gebruik makend van zowel de indefinido als de imperfecto.
4. een zin met aan het begin een voegwoord waarin je vertelt welke eigenschappen jij hebt die goed staan bij dit baantje en dat moet je uitleggen.
*5. begin een andere zin met een voegwoord en vertel hierin welke talenkennis jij bezit en hoe lang en waarom dat handig is (wordt dat gevraagd in de vacature?).
*6. Nog meer relevantie informatie met nog een voegwoord zorg ervoor dat het past bij een bepaald onderwerp (bijv. werkervaring, eigenschappen, talenkennis/school).

Slide 13 - Slide

La evaluación
Levanta la mano si:
1. si sabes la forma de la carta de solicitud
2. si sabes que tienes que escribir en el primer/segundo párrafo
3. si sabes que tienes que escribir en el tercer párrafo
4. si sabes cómo puedes hacer de los párrafos una unidad

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide