samenvatting

• Remedial Teaching
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

De afgelopen weken hebben we verschillende onderwerpen behandeld. Wat weet je er nog van?

woorden die eindigen op -heid...

1. ...schrijf ik altijd hetzelfde
2. ...schrijf je altijd op dezelfde manier
3. ...hebben een vaste schrijfwijze
4. ...schrijf ik met H E I D, nooit anders

Gebruik ik -teit

Gebruik ik -tijd

Wanneer een woord te maken heeft met de klok of kalender (moment of periode)

Wanneer het woord niks te maken heeft met de klok of kalender

woorden op

woorden op

Bijvoeglijk naamwoord

Kan de/het/een voorgezet worden

Kun je korter maken

Zelfstandig naamwoord

Kenmerk of eigenschap

Kun je langer maken

bijvoeglijk naamwoord

kun je langer maken door er een 'e' achter te zetten

kenmerk of eigenschap

zelfstandig naamwoord

kun je korter maken door

de 's' weg te halen

kun je de/het/een voor zetten

Welke woorden met wr- weet je nog?

Woorden met wr- klinken als vr-

   wraak                          wringen  

wrak                          wrok   

wrang                          wrijven 

wroeten                         wrikken   

wreed                          wrap     

Klankgroepen zijn de stukjes van een woord
die je hoort wanneer je je robotstem gebruikt
en het woord in stukken hakt.

Waar

Niet waar

Wanneer ik aan het einde van de klankgroep een korte klank hoor...

..schrijf ik de volgende medeklinker dubbel

..schrijf ik het zoals ik het hoor

Waarom schrijf je in het enkelvoud
banaan (met 2 'A's)
en in het meervoud
bananen (met maar 1 'A')

Hoor je een korte klank aan het eind van de klankgroep? Schrijf de volgende medeklinker dubbel:

Hoor je een lange klank aan het eind van de klankgroep? Schrijf slechts één klinker:

bom > bo-mmen

boom > bo-men

Wat is de juiste volgorde bij zinsontleding?

1

2

3

4

5

6

meewerkend voorwerp

persoonsvorm

onderwerp

werkwoordelijk gezegde

bijwoordelijke bepaling

lijdend voorwerp

dit onderdeel snap ik helemaal

1. -heid / -tijd / -teit
2. pv / g / o / lv / mv / bwb
3. -isch / -ies
4. korte / lange klankregel

dit onderdeel vind ik nog lastig

1. -heid / -tijd / -teit
2. pv / g / o / lv / mv / bwb
3. -isch / -ies
4. korte / lange klankregel

Waar heb je het meest aan gehad?
Wat heb je geleerd en onthouden?