Fysiologie spijsverteringskanaal, les 1

Fysiologie 
Les 1 
BM4.2 
Schooljaar: 2022-2023



1 / 26
next
Slide 1: Slide
SpijsverteringMBOStudiejaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Fysiologie 
Les 1 
BM4.2 
Schooljaar: 2022-2023



Slide 1 - Slide

Deze les
  • Terugblik op de vorige periode
  • Uitleg opzet vak 
  • Uitleg opdracht
  • Uitleg voedingsstoffen
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide

Evalueren vorige periode
Wat ging er goed? 

Wat kan er beter? 

Slide 3 - Slide

Wat gaan we deze periode doen? 
Waar gaan we het over hebben? 
  • Het spijsverteringskanaal
  • Soms uitstap naar ziektebeelden en laboratoriumonderzoek 

Hoe gaan we dat doen? 
  • Elke week fysiek les
  • Uitleg afgewisseld met opdrachten 

Slide 4 - Slide

Wat heb je nodig? 
  • Het boek 'Biomedische kennis voor analisten' 
  • Presentaties 

Slide 5 - Slide

Beoordeling
  • Opdracht (optioneel)
  • Toets 

Slide 6 - Slide

Opdracht
  • Uitleg opdracht
  • Filmpje maken 
  • Voorbeeld filmpje Bernadette
  • Beoordelingsrubric 
  • Optioneel

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Planning

Slide 9 - Slide

Wat weet je over het spijsverteringskanaal?

Slide 10 - Mind map

Het spijsverteringskanaal
Voedsel en vocht voor:
  • Goede werking organen
  • Groei, weefselherstel, bewegen, lichaamstemperatuur

Functie -> verteren, voedingsstoffen moeten in het bloed opgenomen kunnen worden

Voedsel moet ‘voorbereid’ worden!



Slide 11 - Slide

Voedingsstoffen 
Vijf voedingsstoffen 
  • Vetten, koolhydraten, eiwitten, mineralen en vitaminen
Waarvoor? 
  • Brandstof, bouwstof, hulpstof

Energiebehoefte: 38%, 46% en 16% (respectievelijk) 








Slide 12 - Slide

Voedingsstoffen 

Slide 13 - Slide

Vetten 
Belangrijkste groepen vetten (lipiden): 
  • Triglyceriden (energiebron) 
  • Fosfolipiden (celmembraan)
  • Steroïden (celmembraan)

Slide 14 - Slide

Vetten 
Verzadigd 
  • Max. aantal waterstofatomen
  • Rechte keten 
  • Dierlijke vetten 

Onverzadigd
  • Niet max. aantal waterstofatomen
  • Dubbele binding(en) en niet recht



Slide 15 - Slide

Vetten
Meervoudig onverzadigd 
  • Oliën en vis
  • Omega 3-vetzuren
  • Essentiële vetzuren


Slide 16 - Slide

Vetten 
Onverzadigde vetzuren verlagen het LDL-cholesterol van het bloed!
Te hoog LDL-cholesterol: negatief effect op bloedvaten
  • Hart- en vaatziekten 

Transvetzuren vallen onder onverzadigde vetzuren 
  • Toch slecht voor de gezondheid
  • Slechter dan verzadigd vet
  • Harde margarines, frituur, gebak, koek, snacks 

Slide 17 - Slide

Koolhydraten 
Bestaan uit: 
  • Monosachariden (o.a. glucose)
  • Disachariden (o.a. lactose) 
  • Polysachariden (o.a. zetmeel) 

Voorzien in het grootste deel van de energiebehoefte
Zoete producten: glucose, fructose en sacharose 
Aardappen/brood/rijst: zetmeel 

Slide 18 - Slide

Koolhydraten
Teveel? 
  • Glycogeen wordt opgeslagen in lever en spieren
  • Vet -> gewichtstoename, meer risico op ziektes 

BMI (Body Mass Index)


Slide 19 - Slide

Filmpje
Netflix: History 101 - Fastfood 

Slide 20 - Slide

Eiwitten 
Proteïnen
Lange polymeren van aminozuren 

Verschillende functies: 
  • Enzymen 
  • Receptoren op membranen 
  • Hormonen 
  • Etc. 

Slide 21 - Slide

Eiwitten 
In de lever worden aminozuren gekoppeld tot eiwitten
Lever maakt 12 van de 20 aminozuren zelf 
Overige 8: essentieel aminozuren 

Vlees, melk en eieren bevatten veel essentiële aminozuren 
  • Vegetariërs en veganisten? 

Bij afbraak van eiwitten komt ureum vrij

Slide 22 - Slide

Afbraak van koolhydraten, lipiden en eiwitten 
Koolhydraten: amylase, maltase, lactase en sacharase
  • Polysachariden -> disachariden -> monosachariden

Lipiden: lipase
  • Lipiden -> glycerol en vetzuren

Eiwitten: proteasen
  • Polypeptiden -> aminozuren

Slide 23 - Slide

Mineralen 
Kleine hoeveelheden mineralen (zouten) nodig 
  • Calcium, magnesium en fosfor: opbouw botten en tanden
  • Natrium en kalium: spierconcentratie en zenuwimpulsen
  • Ijzer: productie hemoglobine
  • Jodium: in de hormonen van de schildklier

Spoorelementen: zeer weinig nodig
  • Zink, koper, selenium

Slide 24 - Slide

Vitaminen
Werken samen met enzymen (katalyserende werking) 
Aangeduid met letters 
Belangrijkste vitaminen: A, B, C, D en K 

Tabel 10.3 (pag. 212) 

Slide 25 - Slide

Volgende week
  • Mond- en keelholte
  • Slokdarm
  • Maag

  • Vragen? 

Slide 26 - Slide