1.3 Sta je sterk als consument? Deel 1

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k, t
• Leerjaar 2

	Vak: Economie Hoofdstuk: 1.3 Sta je sterk als consument? Deel 1
1.	Lesopening
2.	Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.	Arrangementen
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek van economie op tafel en laat deze nog dicht op tafel liggen. 

Huiswerk controle:

1.2 opdracht 23 t/m 28

2. Lesdoel & leergebiedoverstijgende doelen

Aan het eind van deze les:

- weet je wat consumentenorganisaties zijn

- weet je wat een vergelijkend warenonderzoek is

3. Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 

n.v.t.

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

Jessica, Niek, Jaysen, Jochem, Jamie, Krystian & Gijs

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 

n.v.t.

Verdiept arrangement:

Verdiept: n.v.t.

Huiswerk noteren + maken:

les: 1.3 deel 1

blz: 16 t/m 18

opdr: 29 t/m 36

Mini-check

Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

De warenwet is

1. De wet die voedsel controleert
2. De wet die de waarde controleert van een product
3. De wet waarin staat dat een product niet schadelijk mag zijn voor je gezondheid
4. De wet waarin staat dat een product voor eerlijke waarde verkocht moet worden

Een vergelijkend een warenonderzoek is een onderzoek naar...

1. Verschillende producten
2. Dezelfde soort producten
3. Dezelfde merken
4. Verschillende diensten

Een vergelijkend warenonderzoek maakt reclame voor een product.

1. Waar
2. Niet waar

Je koopt drinken voor een feest.
Een fles cola voor 1,29 euro.
Een fles sinas voor 1,13 euro.
Twee flessen sap voor 0,60 euro per stuk.
Bereken de gemiddelde kosten per fles.

1. 1,01
2. 3,62
3. 3,02
4. 0,91

Wie maakt wat:

3 vragen goed? Ga zelfstandig aan de slag:

les 1.3, opdracht 29 t/m 36, blz. 16 t/m 18

De rest doet mee met de instructie.

4. Instructie

Lees en kijk mee naar de volgende dia. 

Consumentenorganisaties 

• Ze helpen de consument 
• Ze geven betrouwbare informatie over producten. 
• Ze geven uitleg over de rechten die je hebt.
• Bijvoorbeeld: Consumentenbond, ANWB of vereniging eigen huis 

Vergelijkend warenonderzoek

Test waarin dezelfde soort producten van verschillende merken met elkaar vergeleken worden. Bijvoorbeeld bij telefoons of verschillende soorten chocola. 

Vergelijkend warenonderzoek

H

Hierboven zie je de uitslagen van een test van de consumentenbond

Gemiddelde berekenen

Stel je haalt de volgende cijfers 6, 5 en een 7. 

Wat is je gemiddelde?

het totaal : het aantal = gemiddelde

Gemiddelde berekenen

Stel je haalt de volgende cijfers 6, 5 en een 7. 

Wat is je gemiddelde?

6 + 5 + 7 = 18 (totaal)           het zijn drie cijfer dus aantal = 3

18 : 3 = 6 gemiddeld.

het totaal : het aantal = gemiddelde

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

Jessica, Niek, Jaysen, Jochem, Jamie, Krystian & Gijs: jullie gaan zelfstandig les 1.3, opdracht 29 t/m 36 maken op blz. 16 t/m 18. Lees goed de stukjes tekst. 

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?

Had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken samen opdracht 33.

6. Zelfstandig werken

Je leest de blauwe & groene stukjes tekst op bladzijde 16. Hierna maak je opdracht 29 t/m 36 op blz. 16 t/m 18

Ben je klaar?

Dan kijk je het werk na en verbeter je waar nodig. 

Hierna maak je de plusopdrachten 12 t/m 15 op blz. 32/33

 

7. Evaluatie

Hoe ging de les?

Heb je nog vragen of vind je nog iets lastig? 

Lesdoelen: 

- weet je wat consumentenorganisaties zijn?

- weet je wat een vergelijkend warenonderzoek is?

8. Huiswerk en toetsen

Huiswerk:

Donderdag 14 september

1.3 opdracht 29 t/m 36

Toetsen:

Geen