This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Op de verpakking van een zwangerschapstest staat: 'De test kan op elk moment van de dag worden uitgevoerd, vanaf de dag dat de menstruatie moet beginnen.' Heeft de innesteling op dat moment al plaatsgevonden?
Op de verpakking van een zwangerschapstest staat: 'De test kan op elk moment van de dag worden uitgevoerd, vanaf de dag dat de menstruatie moet beginnen.'
Heeft de innesteling op dat moment al plaatsgevonden? LEG UIT
Slide 2 - Open question
Bloedvat P
A
is zuurstofarm en bevat weinig afvalstoffen
B
is zuurstofrijk en bevat veel afvalstoffen
C
is zuurstof arm en bevat veel afvalstoffen
D
is zuurstofrijk en bevat weinig afvalstoffen
Slide 3 - Quiz
Al vroeg in de ontwikkeling van een embryo van de mens wordt het hart gevormd. Hier staan twee beweringen over dit hart:
1 Door dit hart stroomt bloed dat afkomstig is van het embryo en bloed dat afkomstig is van de moeder.
2 Het hart pompt bloed door het embryo en door een deel van de placenta.
Welke van deze beweringen is (zijn) juist?
A
beiden zijn waar
B
1 waar
2 niet waar
C
1 niet waar
2 waar
D
beiden zijn waar
Slide 4 - Quiz
wanneer wordt het hartje bij de embryo gevormd
A
eerste weken van zwangerschap
B
tweede helft van de zwangerschap
C
wanneer de navelstreng gevormd is
D
na de geboorte
Slide 5 - Quiz
Het kan voorkomen dat een eicel wordt bevrucht maar dat er tijdens de ontwikkeling van de bevruchte eicel iets misgaat. De vrouw kan dan een miskraam krijgen. Welk(e) van deze delen verlaat (verlaten) het lichaam van een vrouw bij een miskraam?
A
follikel
B
gele lichaam
C
spierlaag baarmoeder
D
bevruchte eicel
Slide 6 - Quiz
Paragraaf 10.4 Ziek van de liefde
Welkom
Bespreken vragen/huiswerk & herhalen
Nieuwe stof
Opdracht/werkvorm
Klassikale afsluiting
Aan de slag/huiswerk
Slide 7 - Slide
wat is een SOA
Slide 8 - Open question
Leerdoelen
Wat is een SOA
Hoe krijg je een SOA
Wat zijn veroorzaker, verschijnselen en genezing bij Chlamydia.
Wat zijn veroorzaker, verschijnselen en genezing bij HIV/AIDS
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
AIDS
Aqcuired Immune Definciency System
HIV = Human Immunodefinciency Virus
afweersysteem aangetast: geen specifieke ziekteverschijnselen
in bloed, sperma, voorvocht, vaginaal vocht en moedermelk
Slide 17 - Slide
Wat voorkomt een condoom?
timer
1:00
A
voorkomt zwangerschap
B
voorkomt een soa
C
voorkomt een zaadlozing
D
A en B zijn goed
Slide 18 - Quiz
Chlamydia is de ......
timer
1:00
A
Meest voorkomende SOA
B
Minst voorkomende SOA
Slide 19 - Quiz
Een soa-test kan ook worden gedaan om te bepalen of iemand seropositief is. Wanneer noem je iemand seropositief?
timer
1:00
A
Als deze persoon na onveilige seks de symptomen van aids heeft
B
Als het afweersysteem van iemand niet meer werkt door het hiv-virus
C
Tijdens de incubatietijd van het hiv-virus na besmetting
Slide 20 - Quiz
Chlamydia wordt veroorzaakt door een bacterie. Hebben bacteriën een celkern? Hebben bacteriën een celwand?
A
geen van beiden
B
alleen een celwand
C
alleen een celkern
D
zowel een celkern als een celwand
Slide 21 - Quiz
Bescherming tegen SOA?
Ja
Nee
condoom
pil
periodieke onthouding/geen seks
Voor het zingen de kerk uit gaan.
coitus interruptus
Slide 22 - Drag question
0
Slide 23 - Video
Noteer 3 dingen die je deze les hebt geleerd
Slide 24 - Open question
Waar heb je nog een vraag over?
Slide 25 - Open question
Aan de slag / huiswerk
Maken online de vragen: 39 en 40
5 minuten voor einde van de les nog 2 vragen van lesson-up beantwoorden.