voortplanting basisstof 7

1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welk eten bestellen jullie het liefst?
Pizza
Kebab
poké bowl
sushi
patat met snacks

Slide 2 - Poll

Op de verpakking van een zwangerschapstest staat: 'De test kan op elk moment van de dag worden uitgevoerd, vanaf de dag dat de menstruatie moet beginnen.'
Heeft de innesteling op dat moment al plaatsgevonden?
Op de verpakking van een zwangerschapstest staat: 'De test kan op elk moment van de dag worden uitgevoerd, vanaf de dag dat de menstruatie moet beginnen.'
Heeft de innesteling op dat moment al plaatsgevonden? LEG UIT

Slide 3 - Open question

resten - innesteling

Slide 4 - Slide

Bloedvat P
A
is zuurstofarm en bevat weinig afvalstoffen
B
is zuurstofrijk en bevat veel afvalstoffen
C
is zuurstof arm en bevat veel afvalstoffen
D
is zuurstofrijk en bevat weinig afvalstoffen

Slide 5 - Quiz


Al vroeg in de ontwikkeling van een embryo van de mens wordt het hart gevormd.
Hier staan twee beweringen over dit hart: 
1 Door dit hart stroomt bloed dat afkomstig is van het embryo en bloed dat afkomstig is van de moeder.
2 Het hart pompt bloed door het embryo en door een deel van de placenta.

Welke van deze beweringen is (zijn) juist?
A
beiden zijn waar
B
1 waar 2 niet waar
C
1 niet waar 2 waar
D
beiden zijn waar

Slide 6 - Quiz

wanneer wordt het hartje bij de embryo gevormd
A
eerste weken van zwangerschap
B
tweede helft van de zwangerschap
C
wanneer de navelstreng gevormd is
D
na de geboorte

Slide 7 - Quiz

Het kan voorkomen dat een eicel wordt bevrucht maar dat er tijdens de ontwikkeling van de bevruchte eicel iets misgaat. De vrouw kan dan een miskraam krijgen.
Welk(e) van deze delen verlaat (verlaten) het lichaam van een vrouw bij een miskraam?
A
follikel
B
gele lichaam
C
spierlaag baarmoeder
D
bevruchte eicel

Slide 8 - Quiz

 Ziek van de liefde
  • Welkom

  • Bespreken vragen/huiswerk & herhalen
  • Nieuwe stof
  • Opdracht/werkvorm
  • Klassikale afsluiting
  • Aan de slag/huiswerk

Slide 9 - Slide

wat is een SOA

Slide 10 - Open question

Leerdoelen
Wat is een SOA

Hoe krijg je een SOA

Wat zijn veroorzaker, verschijnselen en genezing bij Chlamydia.

Wat zijn veroorzaker, verschijnselen en genezing bij HIV/AIDS


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

AIDS
  • Aqcuired Immune Definciency System
  • HIV = Human Immunodefinciency Virus
  • afweersysteem aangetast: geen specifieke ziekteverschijnselen
  • in bloed, sperma, voorvocht, vaginaal vocht en moedermelk

Slide 19 - Slide

Wat voorkomt een condoom?
timer
1:00
A
voorkomt zwangerschap
B
voorkomt een soa
C
voorkomt een zaadlozing
D
A en B zijn goed

Slide 20 - Quiz

Chlamydia is de ......
timer
1:00
A
Meest voorkomende SOA
B
Minst voorkomende SOA

Slide 21 - Quiz

Een soa-test kan ook worden gedaan om te bepalen of iemand seropositief is.
Wanneer noem je iemand seropositief?

timer
1:00
A
Als deze persoon na onveilige seks de symptomen van aids heeft
B
Als het afweersysteem van iemand niet meer werkt door het hiv-virus
C
Tijdens de incubatietijd van het hiv-virus na besmetting

Slide 22 - Quiz

Chlamydia wordt veroorzaakt door een bacterie. Hebben bacteriën een celkern?
Hebben bacteriën een celwand?
A
geen van beiden
B
alleen een celwand
C
alleen een celkern
D
zowel een celkern als een celwand

Slide 23 - Quiz

Bescherming tegen SOA?
Ja
Nee
condoom
pil
periodieke onthouding/geen seks
Voor het zingen de kerk uit gaan. 
coitus interruptus

Slide 24 - Drag question

Antibiotica werkt alleen tegen bacteriën
A
waar
B
niet waar

Slide 25 - Quiz

antibiotica
Werken alleen tegen een bacteriële infectie!!!!
Verschillende soorten antibiotica, verschillende werkings mechanismen

Slide 26 - Slide

0

Slide 27 - Video

Noteer 3 dingen die je deze les hebt geleerd

Slide 28 - Open question

Waar heb je nog een vraag over?

Slide 29 - Open question

Aan de slag / huiswerk
maken vragen 39 en 40

Slide 30 - Slide