Dienstverlening en ProductenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Het doel van promotie is....
Slide 1 - Mind map
Uit welke 6 p's bestaat een marketingmix?
A
Prijs, plaats, producten, promotie, planning en personeel
B
Prijs, plaats, producten, promotie, presentatie en personeel
C
Prijs, plaats, papieren, promotie, presentatie en personeel
D
Party, plaats, producten, promotie, presentatie en personeel
Slide 2 - Quiz
Bij welke fase van het AIDA model past deze reclame?
A
Attention = aandacht
B
Interest = interesse
C
Desire = verlangen
D
Action = actie
Slide 3 - Quiz
In de 1e fase 'attention' (aandacht) gaat het erom dat je de intersse omzet in een verlangen naar een product
A
ja dat klopt
B
nee dit is niet waar
Slide 4 - Quiz
Het symbool van Mercedes-Benz is...
A
een ster
B
3 cirkels
C
een paard
D
een bloem
Slide 5 - Quiz
Wat is een influencer?
Slide 6 - Mind map
Ik koop weleens iets wat ik heb gezien bij een influencer op social media (insta, youtube etc.)
Ja heel vaak
soms
heb ik nog nooit gedaan
Slide 7 - Poll
Ik denk dat influencers veel invloed hebben op jongeren.
Ja
Nee
Slide 8 - Poll
Is deze doelstelling SMART geformuleerd? Ik wil meer klanten bereiken.
A
ja
B
nee
Slide 9 - Quiz
Is deze doelstelling SMART geformuleerd? Ik wil binnen 2 jaar meer dingen doen.
A
ja
B
nee
Slide 10 - Quiz
Is deze doelstelling SMART geformuleerd? Ik wil binnen 2 jaar 20 kilo afvallen door middel van gezond eten.
A
ja
B
nee
Slide 11 - Quiz
Dankzij (reclames van) welk bedrijf is de kerstman ontstaan?
A
Pepsi
B
Fanta
C
Coca-cola
D
7-up
Slide 12 - Quiz
Omschrijf de doelgroep van het Greijdanus...
Slide 13 - Mind map
Waarom is het belangrijk om je doelgroep te formuleren?
Slide 14 - Mind map
Ik zou in de toekomst wel een eigen bedrijf willen beginnen.
ja dat lijkt me leuk
misschien
nee, niks voor mij
Slide 15 - Poll
Welke promotieactiviteiten zou je kunnen bedenken om je bedrijf te promoten?
Slide 16 - Mind map
LAATSTE BONUSVRAAG: Het heeft een been, maar het kan niet lopen. Het heeft twee vleugels, maar het kan niet vliegen. Het draagt een bril, maar het kan niet zien. Het heeft haar, maar het kan niet gekamd worden?