Hoofdstuk 6 paragraaf 4

H6 §4 inkomsten van de overheid
Leerdoelen:
  • Ik kan benoemen welke inkomsten de overheid heeft.



1 / 12
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H6 §4 inkomsten van de overheid
Leerdoelen:
  • Ik kan benoemen welke inkomsten de overheid heeft.



Slide 1 - Slide

Inkomstenbelasting
  • Je inkomen kan bestaan uit loon en bijvoorbeeld rente.
  • Het loon verdien je met werken. 
  • De rente krijg je van de bank voor je spaargeld. 
  • Heb je veel spaargeld? Dan ontvang je meer rente.
  • De overheid eist een deel van je totale inkomen op. 
  • Het bedrag dat je aan de overheid moet betalen, noem je inkomstenbelasting.

Slide 2 - Slide

Waarmee verdienen de meeste mensen hun loon?

Slide 3 - Open question

Premies volksverzekeringen
  • Ouderen vanaf 67 jaar, nabestaanden en mensen met een zeer ernstige en langdurige ziekte krijgen geld van de overheid.
  • Wij betalen hiervoor premies volksverzekeringen. 
  • Dat zijn de premie AOW (Algemene ouderdomswet), de premie Anw (Algemene nabestaandenwet) en de premie Wlz (Wet langdurige zorg). 
  • De premies zijn een percentage van je inkomen.

Slide 4 - Slide

Wie in Nederland ontvangt de AOW?

Slide 5 - Open question

BTW
  • Je moet, net als iedere consument, telkens als je iets koopt btw betalen. 
  • Het bedrijf moet de ontvangen btw afgeven aan de overheid. 
  • Btw betekent: belasting toegevoegde waarde.
  • Je hebt verschillende tarieven: 21%, 9% en vrij van btw. Meestal betaal je 21%. 

Slide 6 - Slide

Je koopt een frikandelbroodje bij de Jumbo. Hierover betaal je BTW. Wie ontvangt de BTW die jij betaald?

Slide 7 - Open question

Vennootschapsbelasting
  • Bedrijven proberen winst te behalen.
  • Als alle kosten en de btw zijn betaald, blijft er geld over, de nettowinst.
  • Het bedrijf moet een deel van de nettowinst afstaan aan de overheid.
  • Dat is de vennootschapsbelasting
  • Het belastingtarief is een percentage van de nettowinst.

Slide 8 - Slide

Welke belasting betaalt een bv over de nettowinst?
A
Inkomstenbelasting
B
Winstbelasting
C
Vennootschapsbelasting
D
BTW

Slide 9 - Quiz

Accijns
  • Accijns is een bijzonder soort belasting op bepaalde producten, zoals benzine, tabak en alcohol. 
  • Deze producten zijn slecht voor het milieu of de gezondheid. 
  • Door de accijns zijn de producten duurder en de overheid hoopt dat we ze daardoor minder gebruiken.

Slide 10 - Slide

Eigen mening vraag: Vind jij het terecht dat je accijns over bepaalde producten moet betalen? Belangrijk: leg je antwoord uit, dus ja/nee omdat...

Slide 11 - Open question

Aan de slag!
  • Maak H6 §4 - ook de rekentrainer! 
  • Dit is huiswerk voor de volgende les. 
  • Vragen? Stel ze. 


Slide 12 - Slide