Kader 3- Stone 9 & 10

Noor
Zahra 
Oumaima
Malak
Rafaella
Beray
Lyshana
Ayberk
Lam-Yea
Safouane
Taqwim
Oumamaya
Hajar
Raouae
Satwat
Tala
Churda
Selin
Angel
Reyhan
Richhard
Achraf
Ilseris
Nijdar
docent
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Noor
Zahra 
Oumaima
Malak
Rafaella
Beray
Lyshana
Ayberk
Lam-Yea
Safouane
Taqwim
Oumamaya
Hajar
Raouae
Satwat
Tala
Churda
Selin
Angel
Reyhan
Richhard
Achraf
Ilseris
Nijdar
docent

Slide 1 - Slide

Startklaar
Ik heb mijn laptop en mijn boeken bij mij en op tafel
Ik heb geen oortjes/koptelefoon in
Ik heb mijn telefoon in mijn jas/tas/broekzak
Ik eet en drink niet in de klas


Slide 2 - Slide

Aims
Grammar 8 : woordvolgorde (review)
Stone 8: Zo praat je over je passie (review)
Stone 9 : Zo praat je over bijbaantjes (learn) 
Grammar 10: bezittelijke naamwoorden (learn)
Stone 10: Zo praat je over geld verdienen en uitgeven (learn)

Slide 3 - Slide

Grammar review
WOORDVOLGORDE (grammar 8)

Slide 4 - Slide

Wie
doet
wat
waar
wanneer
Jacky and Pete
aren't going
to the cinema
tonight

Slide 5 - Drag question

wie
doet
wat
waar
wanneer
The parents
bring
to football training

every Sunday

their son

Slide 6 - Drag question

Kies de juiste woordvolgorde bij:
Billy / to his friend /
five minutes ago / went
A
Billy went to his friend five minutes ago
B
Billy went five minutes ago to his friend
C
Billy five minutes ago went to his friend.
D
Five minutes ago Billy went to his friend

Slide 7 - Quiz

Kies de zin met de juiste woordvolgorde:
A
We are never in a position to complain.
B
We never are in a position to complain.

Slide 8 - Quiz

I love going to the gym
Dancing is
I got interested in dancing
because it gives me energy
something I do very often
when I was ten

Slide 9 - Drag question

STONE 8 (review)
Zo praat je over je passie 


Slide 10 - Slide

STONE 9 & 10 (P.70)
Zo praat je over bijbaantjes
zo praat je over geld verdienen en geld uitgeven



Slide 11 - Slide

GRAMMAR 10 (P.71)
BEZITTELIJKE VOORNAAMWOORDEN

Slide 12 - Slide

What do you like
What do you spend
I usually take orders from customers,
I buy things all the time 
about it
your money on
but now I'm washing dishes
so I can’t save any money.

Slide 13 - Drag question

Bezittelijk
voornaamwoord

Slide 14 - Mind map

Slide 15 - Slide

Voorbeelden
Dit is mijn gitaar. -> This is my guitar.
Dit gitaar is van mij. -> This guitar is mine

Dat zijn hun boeken. -> Those are their books.
Die boeken zijn van hen. -> Those books are theirs

Dit is zijn tas. -> This is his bag.
Deze tas is van hem. -> This bag is his.

Slide 16 - Slide

This is ..... bottle.
This bottle is .....
Mine
Its
His
Theirs
Our
Hers
Yours

Slide 17 - Drag question

Welke vorm hoort bij deze zin:
This phone is .....
A
her
B
mine
C
he
D
mines

Slide 18 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van deze zin:
Dit is mijn gitaar.
A
This is my guitar.
B
That guitar is mine.
C
This guiter is my.
D
Those guitars are ours.

Slide 19 - Quiz

Welke vorm hoort bij deze zin:
My pencil is broken. Can I borrow ......?
A
your
B
her
C
yours
D
mine

Slide 20 - Quiz

Homework
Doe oefeningen 21, 22, 23, 24, 29, 30 (pp. 17-23 wb B)

Slide 21 - Slide

ANY QUESTIONS?

Slide 22 - Slide