Voeding H6 Voedselgerelateerde problemen
1 / 23
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Wat betekent biologische waarde?
A
De hoeveelheid essentiële aminozuren in een eiwit
B
De hoeveelheid niet essentiële aminozuren in een eiwit
C
De verteerbaarheid aan van een eiwit
D
De hoeveelheid eiwit in een voeding
Slide 6 - Quiz
Een kippeneiwit heeft een hogere biologische waarde dan een graaneiwit
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quiz
Slide 8 - Slide
Wat is eclampsie bij de teef?
A
Acuut overschot aan calcium
B
Acuut tekort aan calcium
Slide 9 - Quiz
Welke verschijnselen passen het best bij eclampsie bij de teef?
A
Stijfheid, spiertrillingen, sloom
B
Honger, kwijlen en stijfheid
C
Dorst, sloom en diarree
D
Hyperactief, kwijlen
Slide 10 - Quiz
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Door welke voedingsfout kan de afwijking op de foto ontstaan?
A
Te weinig ruwvoer
B
Teveel vitamine A
Slide 17 - Quiz
De 'perfecte' hondendrol is
A
Heel hard, laat bij opruimen geen sporen achter
B
Zacht, na oprapen blijft er viezigheid achter
C
Stevig, laat bij opruimen geen sporen achter
Slide 18 - Quiz
Hondenrassen die meer kans maken op een maagdraaiing
A
Zijn vaak druk
B
Hebben een diepe borst
C
Eten graag snel
D
Zijn doorgefokt
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Calciumgebrek
Zout overmaat
Vitamine C gebrek
Vitamine A gebrek
Vitamine D overmaat
Vitamine A overmaat
Eclampsie bij de hond
Hoge bloeddruk
Pijnlijke gewrichten/verlamming
Problemen huid en ademhaling
Verkalking nieren
Opstapeling in lever
Slide 22 - Drag question
Sleep de symptomen naar de bijbehorende voedselvergiftiging
Druiven en rozijnen
Pitten van vruchten
Noten
Alcohol
Pure chocolade
Knoflook
shock
bloedarmoede
nierschade
leverschade en hoge Temp.
verlammingsverschijnselen
hartstilstand
