Biologisch onderzoek

Biologisch onderzoek
1 / 25
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Biologisch onderzoek

Slide 1 - Slide

 Leerdoelen

  • Je kunt de volgorde van stappen bij een biologisch onderzoek benoemen
  • Je kunt de stappen van een biologisch onderzoek uitleggen




Slide 2 - Slide

Onderzoek
In de biologie testen wij onderzoeksvragen door onderzoek te doen.

Je onderzoek moet je altijd opschrijven zodat iemand anders het over kan doen.

Slide 3 - Slide

Probleemstelling

Wat ga ik onderzoeken? 

Waarom kun je zaden droog lang bewaren? 




Slide 4 - Slide

Onderzoeksvraag
  • Dit is de vraag die je gaat onderzoeken.
  • Let op: een onderzoeksvraag is dus altijd een vraag!
  • Maar meer toegespitst, zodat je er onderzoek naar kan doen:


Slide 5 - Slide

Onderzoeksvraag tuinkers

    Kunnen zaden alleen ontkiemen 
    als ze water krijgen?

    Slide 6 - Slide

    Hypothese (de verwachting)
    • Dit is wat jij denkt dat het antwoord is op de onderzoeksvraag.
    • Het mag geen gok zijn, hierbij gebruik je de kennis die je   hebt geleerd bij biologie:

    Bij de biologie heb ik geleerd dat planten naar het licht groeien, dus de bananen groeien ook richting de zon. 

    Slide 7 - Slide

    Hypothese tuinkers

    Zaden kunnen alleen ontkiemen 
    als ze water krijgen

    Slide 8 - Slide

    Werkplan (werkwijze)
    Hierin schrijf je precies op wat je gaat doen en wat je nodig hebt.

    Iemand anders kan hetzelfde onderzoek weer uitvoeren met de hulp van jouw werkplan.

    Slide 9 - Slide

    Werkplan 
    • Schrijf stap voor stap op wat je gaat doen
    • Proeven doen met grote aantallen
    • Onderzoek één ding tegelijk (DE FACTOR)
    • Gebruik een proefgroep en een controlegroep

    Slide 10 - Slide

    Werkplan tuinkers
    • 20 zaden in een petrischaaltje met droge watten (controlegroep)
    •  20 zaden in een petrischaaltje met vochtige watten (testgroep)

    Alle omstandigheden (licht, temperatuur, etc) moeten gelijk blijven, 
    alleen de hoeveelheid water veranderd. 

    Hoeveel zaden zijn ontkiemd na een bepaalde periode?

    Slide 11 - Slide

    Werkplan opzetten

    Slide 12 - Slide

    Benodigdheden
    • Welke materialen heb je gebruikt voor je onderzoek?
    • Beschrijf ook de hoeveelheden 

    Slide 13 - Slide

    Benodigdheden tuinkers
    • 2 petrischaaltje
    • watten
    •  40 tuinkers zaden
    • water

    Slide 14 - Slide

    Als je onderzoek doet maak je altijd twee groepen:

    - Proefgroep (testgroep)
    - Controle groep
    Onderzoek doen

    Slide 15 - Slide

    Waarnemingen
    • Wat gebeurt er bij mijn controlegroep? 
    • Wat gebeurt er bij mijn testgroep? 

    Slide 16 - Slide

    Resultaten
    • Alles wat je waarneemt en uitrekent noteer je in deze paragraaf.
    • Als het kan doe je dit in een tabel en een grafiek.

    Slide 17 - Slide

    Conclusie
    Hier geef je antwoord op je onderzoeksvraag met behulp van je resultaten.

    •  Wat is het antwoord op je onderzoeksvraag?
    • Welke conclusie(s) kun je trekken uit je resultaten?
    • Is je hypothese juist of niet? Licht dit toe.


    Slide 18 - Slide

    Conclusie
    • Zonder water kunnen zaden niet ontkiemen.

    • Mijn hypothese is juist, omdat in de hypothese staat dat zaden water nodig hebben om te kunnen kiemen.

    • In de resultaten is te zien dat in het petrischaaltje met vochtige watten 19 zaden zijn ontkiemd, en de zaden zonder water zijn er geen zaden ontkiemd.

    Slide 19 - Slide

    Wat staat er in de resultaten van een biologisch onderzoek?
    A
    De tabellen en/of grafieken
    B
    De hypothese
    C
    De benodigdheden
    D
    De conclusie

    Slide 20 - Quiz

    Wat is een hypothese?
    A
    De onderzoeksvraag
    B
    Een mogelijk antwoord op de onderzoeksvraag
    C
    Het resultaat van een onderzoek
    D
    Het werkplan van een onderzoek

    Slide 21 - Quiz

    Wat doe je als laatste bij een biologisch onderzoek?
    A
    Conclusie trekken
    B
    Titel bedenken
    C
    Verwachting uitspreken
    D
    Uitvoering opschrijven

    Slide 22 - Quiz

    Welke onderzoeksvraag zou juist zijn?
    (voor een biologisch onderzoek)
    A
    Alle vogels kunnen vliegen
    B
    Vind ik cola of pepsi lekkerder?
    C
    Bestonden dino's vroeger echt?
    D
    Groeit tuinkers sneller door klassieke muziek?

    Slide 23 - Quiz

    In welke volgorde doe je biologisch onderzoek?
    Onderzoeksvraag
    Benodigdheden
    Werkwijze
    Resultaten
    Conclusie

    Slide 24 - Drag question

    Einde LessonUp!

    Slide 25 - Slide