Oorzaken van de industriële revolutie

2. Nederland industrialiseert!

Oorzaken van de industriële revolutie

1 / 28
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2. Nederland industrialiseert!

Oorzaken van de industriële revolutie

Slide 1 - Slide




Tijdvak van burgers en stoommachines 1800
1800– 1900



Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Burgers en Stoommachines

Slide 4 - Mind map

Doel van de les
Wat waren de oorzaken voor de industriële revolutie en hoe verliep deze?

Slide 5 - Slide

Videofragment Daens
Hierop moet je leten tijdens de video:

In welke omstandigheden werkt men.
Zijn er zaken die nu niet meer zouden kunnen?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Hoe waren de werkomstandigheden?

Slide 8 - Mind map

Hoe is de Industriele revolutie ontstaan?

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

Oorzaken industriële revolutie
  • Verbeteringen in de landbouw = keerploeg, aardappel--> landbouwproductie nam toe.
  • Uitvinding van de stoommachine. --> handwerk werd vervangen door machines. --> productie nam toe.


Slide 11 - Slide

Oorzaken Industriële Revolutie
  • Ondernemers & uitvinders: investeren in uitvindingen zoals 'the spinning Jenny' 
  • Britse koloniale overheersing: grondstoffen e.d. importeren uit kolonies, bijv. katoen uit India. 
  •  Stoommachine: sneller, grootschaliger & goedkoper produceren (nodig: steenkool & ijzer). Maakt mogelijk: stoomtrein (transport!).

Slide 12 - Slide

Oorzaken industriële revolutie in Engeland
1) Eerst komt er meer voedsel door verbeterde landbouw = agrarische revolutie
2) Dan groeit de bevolking
3. Geen werk meer op het platteland door uitvindingen
4. Mensen trekken naar de stad

Slide 13 - Slide

Stoommachine
 Stoommachine: sneller, grootschaliger & goedkoper produceren (nodig: steenkool & ijzer). Maakt mogelijk: stoomtrein (transport!).

Slide 14 - Slide

Van agrarisch

Slide 15 - Slide

Naar industrieel

Slide 16 - Slide

Thuis

Slide 17 - Slide

In de fabriek

Slide 18 - Slide

Werkomstandigheden
  • Saai en/of gevaarlijk werk
  • Lange dagen (14 uren)
  • Lage lonen
  • Geen rechten

Slide 19 - Slide

Kinderarbeid

  • Goedkoper dan volwassenen.
  • Nauwelijks onderwijs gehad.
  • Noodzakelijk voor onderhoud gezin.

Slide 20 - Slide

Leefomstandigheden
  • Kleine en slechte woningen
  • Veel gezinsleden
  • Slecht voedsel
  • Slechte hygiëne zorgt voor ziektes als cholera en TBC
  • Hoog kindersterftecijfer door slechte voeding kinderen.

Slide 21 - Slide

en nu...

Slide 22 - Slide

Wat is de juiste volgorde?
A
huisnijverheid, stoommachine, industrie, watermolens.
B
watermolens, huisnijverheid, industrie, stoommachine
C
watermolens, huisnijverheid, stoommachine, industrie
D
huisnijverheid, watermolens, stoommachine, industrie

Slide 23 - Quiz

Tussen 1750 en 1850 veranderde Engeland een .......samenleving in een .....samenleving

Slide 24 - Open question

Niet landbouw maar industrie was het nieuwe ...... bestaan

Slide 25 - Open question

Aan de slag
Oorzaken van de industriele revolutie & invulsamenvatting
Hoe? In stilte
Klaar? Tijd voor een uitvinding

Slide 26 - Slide

EXAMENVRAAG
Vanaf 1870 kwamen er in Nederland steeds meer fabrieken. In deze fabrieken gingen veel kinderen werken.
Geef één argument van een voorstander en één argument van een tegenstander van kinderarbeid in fabrieken.
Doe het zo:
voorstander: ... (geef één argument) 
tegenstander: ... (geef één argument)
Tegenstanders
Het werk in fabrieken is ongezond/riskant/vermoeiend voor kinderen. Kinderarbeid zou niet nodig moeten zijn om het inkomen van volwassenen aan te vullen. Kinderen hebben recht op onderwijs. De werktijden zijn te lang.
Voorstanders
Kinderen zijn goedkope arbeidskrachten. Kinderen kunnen het geringe gezinsinkomen aanvullen / het gezin lijdt minder armoede. Kinderen kunnen het fijne handwerk verrichten dat door volwassenen niet gedaan kan worden. Het is gezond om op jonge leeftijd lichamelijke arbeid te verrichten.

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video