What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
V3 NK K2 Brief 3
Lernziele
feststellen inwieweit du für die Prüfung am 14. oder 15. Dezemver vorbereitet bist
1 / 32
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
32 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Lernziele
feststellen inwieweit du für die Prüfung am 14. oder 15. Dezemver vorbereitet bist
Slide 1 - Slide
Schreiben Next Level
In der Klasse: haben, sein, werden (im Präsens und Präteritum)
Kurze Wiederholung: Grammatik Personalpronomen (5 Fragen)
Neuer Brief: 6 Sätze
Slide 2 - Slide
Meewerkendvoorwerp (Dativobjekt) staat in de .....
A
3e naamval
B
4e naamval
Slide 3 - Quiz
Was kann ich ..... schenken?
A
euch
B
Ihnen
C
uns
D
sie
Slide 4 - Quiz
Welche Pronomen haben sich nicht geändert? (schreib auf Deutsch)
Slide 5 - Open question
Jetzt geht's los!
- 13 Sätze -
Slide 6 - Slide
die Aufgabe
Aanhef
Je vraagt hoe het met hem/haar is en je vertelt dat het niet zo goed gaat met jou
Je voelt je niet lekker. Vanmorgen werd je wakker (aufwachen) met koorts.
Daarnaast heb je sinds gisteren kiespijn en heb je overgegeven.
Je zegt dat je daarom niet kunt komen en je afspraak moet afzeggen.
Je zegt dat het je spijt en vraagt of het mogelijk is om volgende week af te spreken.
Je moeder heeft een afspraak gemaakt bij de dokter en je hebt medicijnen nodig.
Zeg dat je moeder daarom vandaag naar de apotheek gaat.
Je zus had vorige week de griep en had pijn in haar rug.
Zij is blij dat ze nu weer gezond is en niet meer moe.
Je vindt alles nu saai omdat je niks kunt doen. Alles doet zeer.
Je sluit af met de opmerking dat je hoopt dat je snel slaapt zodat je je daarna misschien beter voelt.
Wens hem/haar een mooie dag en sluit passend af.
Slide 7 - Slide
Beste Karl,
Slide 8 - Mind map
Je vraagt hoe het met hem/haar is en
je vertelt dat het niet zo goed gaat met jou
Slide 9 - Mind map
Je vraagt hoe het met hem/haar is en je vertelt dat het niet zo goed gaat met jou
Wie geht es dir? Mir geht es im Moment nicht so gut.
Slide 10 - Slide
Je voelt je niet lekker.
Vanmorgen werd je wakker (aufwachen)
met koorts.
Slide 11 - Mind map
Je voelt je niet lekker. Vanmorgen werd je wakker (aufwachen) met koorts.
Ich fühle mich nicht so gut. Heute Morgen wachte ich mit Fieber auf.
Slide 12 - Slide
Daarnaast heb je sinds gisteren kiespijn
en heb je overgegeven.
Slide 13 - Mind map
Daarnaast heb je sinds gisteren kiespijn en heb je overgegeven.
Daneben habe ich seit gestern Zahnschmerzen und habe ich mich übergeben.
Slide 14 - Slide
Je zegt dat je daarom niet kunt komen
en je afspraak moet afzeggen.
Slide 15 - Mind map
Je zegt dat je daarom niet kunt komen en je afspraak moet afzeggen.
Deswegen kann ich nicht vorbeikommen und muss ich unsere Verabredung absagen.
Slide 16 - Slide
Je zegt dat het je spijt en vraagt
of het mogelijk is
om volgende week af te spreken.
Slide 17 - Mind map
Je zegt dat het je spijt en vraagt of het mogelijk is om volgende week af te spreken.
Es tut mir wirklich leid. Ist es möglich uns nächste Woche zu treffen/sehen?
Slide 18 - Slide
Je moeder heeft een afspraak gemaakt
bij de dokter en je hebt medicijnen nodig.
Slide 19 - Mind map
Je moeder heeft een afspraak gemaakt
bij de dokter en je hebt medicijnen nodig.
Meine Mutter hat einen Termin beim Arzt vereinbart und ich brauche (daneben) Medikamente
Slide 20 - Slide
Zeg dat je moeder daarom vandaag
naar de apotheek gaat.
Slide 21 - Mind map
Zeg dat je moeder daarom vandaag
naar de apotheek gaat.
Deswegen geht meine Mutter heute zur Apotheke.
Slide 22 - Slide
Je zus had vorige week de griep
en had pijn in haar rug.
Slide 23 - Mind map
Je zus had vorige week de griep
en had pijn in haar rug.
Meine Schwester hatte letzte Woche die Grippe und sie hatte Rückenschmerzen.
Slide 24 - Slide
Zij is blij dat ze nu weer gezond is en niet meer moe.
Slide 25 - Mind map
Zij is blij dat ze nu weer gezond is en niet meer moe.
Sie ist froh, dass sie wieder gesund ist und nicht mehr müde.
Slide 26 - Slide
Je sluit af met de opmerking dat je hoopt
dat je snel slaapt
zodat je je daarna misschien beter voelt.
Slide 27 - Mind map
Je sluit af met de opmerking dat je hooptdat je snel slaapt zodat je je daarna misschien beter voelt.
Ich hoffe, ich schlafe schnell, sodass ich mich bald besser fühle / sodass es mir bald besser geht.
Slide 28 - Slide
Je vindt alles nu saai omdat je niks kunt doen.
Alles doet zeer.
Slide 29 - Mind map
Je vindt alles nu saai omdat je niks kunt doen.
Alles doet zeer.
Im Moment / Jetzt finde ich alles langweilig, weil ich nichts machen kann. Alles tut weh.
Slide 30 - Slide
Wens hem/haar een mooie dag en sluit passend af.
Slide 31 - Mind map
Wens hem/haar een mooie dag en sluit passend af.
Ich wünsche dir einen schönen Tag und hoffe, dich bald zu sehen.
Alles Gute
Hupseflups
Slide 32 - Slide
More lessons like this
Les 2, Brief 2
November 2023
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Brief h5 in de klas
September 2024
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5,6
Brief 4 v6 in de klas
January 2022
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5,6
5H Voorbeeld 3 Beziehung
November 2023
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5,6
Konjunktionen
October 2022
- Lesson with
18 slides
Deutsch
Primary Education
2. Woche. Schritt C
January 2024
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
2. Woche. Schritt C
January 2024
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Vortrag psych. Erkrankungen
April 2019
- Lesson with
17 slides
Sucht
Special Education