8.5 repro

8.5 repro
1 / 32
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

8.5 repro

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hieronder staat een aantal beweringen naar aanleiding van tekst 10.    
→ Geef aan of de bewering juist of onjuist is
Juist
Onjuist
1. De familie van de dader vindt dat het doel vergelding bereikt is met de veroordeling. 
2. Het belangrijkste doel dat de rechtbank met de veroordeling zal hebben gehad, is genoegdoening aan de slachtoffers. 
3. Het Openbaar Ministerie heeft een hoofdstraf en een maatregel geëist. 
4. Uit het vonnis blijkt dat de rechtbank de dader gestraft heeft omdat hij verantwoordelijk wordt gehouden voor zijn daad.

Slide 2 - Drag question

indien vier antwoorden juist 2
indien drie of twee antwoorden juist 1
indien minder dan twee antwoorden juist 0
Vergelding
Afschrikking
Resocialisatie
Beveiliging van de samenleving
'Mensen die de wet overtreden verdienen straf'
'Als een crimineel weet dat er een hoge straf is, zal hij zich misschien bedenken voordat hij zijn plan uitvoert.'
'Een straf moet ervoor zorgen dat de dader niet nog een keer in de fout gaat'
De rechter geeft vaak een gevangenisstraf  als de kans op recidive heel groot is'

Slide 3 - Drag question

This item has no instructions

Hoger beroep tegen een uitspraak van de kantonrechter dient bij
A
de rechtbank
B
het gerechtshof
C
de Hoge Raad

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Als er een overtreding wordt gepleegd, kan de kantonrechter alleen de volgende straf toepassen:
A
gevangenisstraf
B
hechtenis

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Wat is hechtenis?

A
een vrijheidsstraf voor een zware overtreding van maximaal één jaar
B
een vrijheidsstraf voor een zware overtreding van één jaar tot maximaal 5 jaar
C
een vrijheidsstraf voor een zware overtreding voor levenslang
D
een vrijheidsstraf voor een lichte overtreding van maximaal 14 dagen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Een gevangenisstraf, hechtenis, boete en taakstraf vallen onder de ...
A
Bijkomende straffen
B
Hoofdstraffen
C
Maatregelen

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Bij een overtreding kan de rechter je maximaal 1 jaar hechtenis opleggen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Bij hechtenis wordt je opgesloten in
A
De gevangenis
B
Je eigen huis met toezicht
C
Het politiebureau
D
Het huis van bewaring

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat openbare dronkenschap inhoudt, is vastgelegd in artikel 453 van ons Wetboek van Strafrecht. Daar staat: ''Hij die zich in kennelijke staat van dronkenschap op de openbare weg bevindt, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twaalf dagen of geldboete van de eerste categorie.''
A
Misdrijf
B
Overtreding

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Je kan maximaal..... in hechtenis zitten
A
1 jaar
B
2 jaar
C
3jaar

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Een overtreding wordt berecht door een kantonrechter.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

WELKE STELLING IS JUIST / ONJUIST?

1) Een veroordeelde komt in aanmerking voor TBS als hij niet of niet geheel aansprakelijk kan worden gesteld voor zijn daad vanwege een psychische aandoening
2) Verlof van TBS'ers is onderdeel van hun resocialisatie
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

'Gevangenisstraffen moeten gebruikt worden om mensen weer op het rechte pad te krijgen.'
Welk doel van straffen moet gevangenisstraf hebben volgens deze uitspraak?
A
Genoegdoening
B
Afschrikking
C
Eigenrichting
D
Resocialisatie

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Geef bij elke sanctie aan bij welke groep deze hoort. 
hoofdstraffen
Bijkomende straffen
maatregelen
Een jaar niet mogen autorijden
Een boete moeten betalen
in een psychiatrische inrichting opgenomen moeten worden 
Een taakstraf moeten uitvoeren

Slide 15 - Drag question

This item has no instructions

Waarnaar kijkt de rechter in cassatie?
A
Naar de inhoudelijke zaken
B
Naar de zaken in hoger beroep
C
Naar de feiten
D
Naar de juridisch technische zaken

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Behandelt zaken in cassatie:
A
Kantonrechter
B
Gerechtshof
C
Rechtbank
D
Hoge Raad

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Hoge raad
Gerechtshoven
Rechtbanken
In hoger beroep
In cassatie

Slide 18 - Drag question

This item has no instructions

Het Gerechtshof behandeld;
A
hoger beroepzaken van de rechtbanken en terug verwezen zaken van de Hoge raad
B
zaken die te complex zijn voor andere rechtbanken
C
overtredingen of misdrijven gepleegd door ambtenaren tijdens dienstbetrekking
D
alleen zaken waarbij voorlopige hechtenis is toegelaten

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Vraag 7. "Hij werd veroordeeld tot 15 maanden gevangenisstraf, waarvan 7 voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar". Hoe lang moet de man de gevangenis in?
A
In ieder geval 7 maanden. Als hij een strafbaar feit pleegt tijdens de proeftijd moet hij nog 8 maanden extra.
B
In ieder geval 15 maanden. Als hij een strafbaar feit pleegt tijdens de proeftijd moet hij nog 7 maanden extra.
C
In ieder geval 8 maanden. Als hij een strafbaar feit pleegt tijdens de proeftijd moet hij nog 7 maanden extra.
D
In ieder geval 15 maanden. Als hij een strafbaar feit pleegt tijdens de proeftijd moet hij nog 2 jaar extra.

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Als iemand een gevangenisstraf krijgt van 9 jaar waarvan 2 jaar voorwaardelijk. Hoeveel jaar moet hij dan in eerste instantie naar de gevangenis?
A
9 jaar
B
11 jaar
C
7 jaar
D
2 jaar

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Bij een voorwaardelijke gevangenisstraf moet je altijd de cel in.
Deze uitspraak is:
A
onjuist
B
juist

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een voorwaardelijke straf?
A
Een straf die alleen wordt uitgevoerd als een dader tijdens zijn proeftijd opnieuw in de fout gaat of zich niet aan bepaalde voorwaarden houdt
B
Een straf die in principe altijd uitgevoerd wordt en die onder bepaalde voorwaarden verlengd kan worden.
C
Een straf met als doel om mensen te beschermen tegen de bedreiging die een dader voor de samenleving vormt.

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Linkse partijen
Christelijke partijen
Rechtse partijen
Benadrukken de maatschappelijke aspecten van criminaliteit en preventieve maatregelen
Benadrukken het belang van het gezin, de school en maatschappelijke middenveld bij het voorkomen van criminaliteit
Repressieve aanpak en meer bevoegdheden voor politie en justitie

Slide 24 - Drag question

This item has no instructions

Preventieve maatregelen
Repressieve maatregelen
Zwaardere straffen voor criminelen.
Zorgen voor werkgelegenheid
Sociale controle en veilige omgeving

Slide 25 - Drag question

This item has no instructions

Advocaat
Rechter
OvJ
Verdachte
Parketploitie
Bode
Rechters

Slide 26 - Drag question

This item has no instructions

Waar
Niet
waar
11 tot 15 jarigen krijgen max 1 jaar jeugddetentie
In sommige gevallen kan een 16-jarige berecht worden als een volwassene
Rechtszaken tegen minderjarigen worden behandeld door de jeugdrechter
Bij zaken tegen minderjarigen mogen er maximaal 15 mensen publiek aanwezig zijn 

Slide 27 - Drag question

This item has no instructions

Pleidooi
Werkt voor de overheid (de uitvoerende macht)
Requisitoir
Onafhankelijk, geeft het vonnis, werkt voor de rechtelijke macht
opening
laatste woord

Slide 28 - Drag question

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen een boete en een schadevergoeding?
A
Boete betaal je aan de overheid, schadevergoeding aan een slachtoffer
B
Schadevergoeding betaal je aan de overheid, boete aan een slachtoffer
C
Een boete is altijd voorwaardelijk, schade vergoeding niet
D
Er is geen verschil

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

schadevergoeding
A
advertentie waarin spullen worden aangeboden die nooit geleverd zullen worden
B
geldbedrag dat een slachtoffer krijgt als compensatie voor geleden schade
C
handel in niet-bestaande zaken; oplichting
D
website waarop zaken geveild worden

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Schadevergoeding betalen voor het slachtoffer. Wat voor straf is dit?
A
Hoofdstraf
B
Bijkomende straf
C
Maatregel

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Schadevergoeding voor pijn en verdriet, noemt men
A
materiële schadevergoeding
B
immateriële schadevergoeding
C
affectieschade

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions