Lesson 1

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

• Taking the register (roll call)
• Homework check
• What do you need?
• Pop quiz
• Learning goals
• Introduction Theme 1
  

• Let's get down to work (exercises)
• Exit ticket
  
• Homework

 Watch:

 Video: past simple on LessonUp and answer the     two questions.

 Study irregular verbs:

 - werkwoorden waarbij alle vormen hetzelfde zijn

 - werkwoorden waarbij de 1e en 2e vorm            

    hetzelfde zijn

Join

iPad      workbook     notebook     pen         earpods

                       A                              and pencil

• Kritisch denken – Je kunt (gevonden) informatie beoordelen
  

                                  op bruikbaarheid en betrouwbaarheid.

•  A2.2 – Je kunt specifieke informatie vinden en begrijpen in
  

                 eenvoudig, alledaags materiaal.

•  A1.3 – Je kunt belangrijke feitelijke informatie in korte verslagen
  

                 en artikelen begrijpen.

      Introduction: phrases

Aan het eind van dit hoofdstuk ...

• ... kun je ...
  
• ... iets beschrijven.
  
• ... informatie geven.
• ... gebeurtenissen beschrijven.
• ... om een mening vragen of je mening geven.
• ... je iets herinneren.
• ... vragen wat iemand liever heeft of zeggen wat jij liever hebt.
• ... een presentatie geven.
  

Introduction: grammar

• past simple (year 2)
• present perfect (year 2)
• irregular verbs (year 2)
• used to + hele werkwoord
• question tags (year 1+2)
• much/many (year 1+2) <> (a) little/(a) few
• some and any (year 2)

Skimming

Skimming

• Read the title and subtitle.

• Read the introduction and headings.

• Read the first and last sentence of each paragraph.

• Check: pictures, charts, numbers, punctuation marks (?, !, %, etc.).            (Italics, bold, underlined or different colour).
  

• Read the last paragraph.

• Look at the source.

Lesson 1: Reading

Skim: All about jeans, page 10, workbook A

Do: Exercise 3, page 11, workbook A

Exercise 3, page 11

1. You get information about the history of jeans.
2. They talk about their favourite pair of jeans.
3. To show you how strong Levi's jeans are.

de Nimes

Genua

Gold Rush

Cost of first Levi's

western movies

Rebel without a cause

designer jeans

1848

1980

denim

1955

$ 1.25

jeans

1930s

Lesson 1: Reading

Read: All about jeans, page 10, workbook A

Do: Exercise 5, page 11, workbook A

                 True: which line(s)?

                 False: correct the mistake

Exercise 5, page 11

1. false (it was invented in France, line 10-12)
   
2. true (line 25-29)
   
3. true (line 41-44)
   
4. false (it was during World War 2, line 48-50)
   
5. false (it was in colour, line 61-62)
   
6. true (line 66-67)
   
7. false (He's bought cheaper ones before, line 78-79)
   
8. true (line 89)
   

Lesson 1: Reading

Read: All about jeans, page 10, workbook A

Do: Exercise 6, page 12, workbook A

                

Exercise 6, page 12

1. werkwoord / short / kort, afgekort
   
2. mijnwerker die goud zoekt / in een goudmijn werkt
   
3. rond 1850 / toen / in het verleden
   
4. tackle this problem / hij loste het op / oplossen/aanpakken
   
5. op de zakken van de broeken / spijker(tje)s
   
6. werkwoord / populair / populair maken
   

Vocabulary 1.1

(to) approve	goed vinden
before	hiervoor, eerder
brief	kort
century	eeuw
(to) copy	kopiëren, nadoen
designer	modeontwerper
doesn't matter	maakt niet uit
during	tijdens
everywhere	overal
hole	gat
(to) introduce	introduceren
(to) be supposed to be	zouden (eigenlijk) zijn
(pair of) jeans	spijkerbroek

(to) last	uithouden, goed blijven
originally	oorspronkelijk
piece of clothing	kledingstuk
pocket	(broek)zak
sales	verkoop
since	sinds
soldier	soldaat
war	oorlog

Lesson 1: Reading

Study: vocabulary 1.1, page 159, workbook A

Do: Exercise 7+8, page 13, workbook A

                

Exercise 7, page 13

1. approved
2. piece of clothing
3. during
4. everywhere
5. is supposed to be
6. dig
7. forbid
8. introduced
9. tear
10. since
    
    

Exercise 8, page 13

Across
    3. war
    4. pocket
    6. stand out
    9. soldier
    10. jeans
    11. before
    13. brief
    14. designer
    15. sales

Down
   1. last
   2. copy
   5. century
   7. does not matter
   8. hole
   12. originally

past simple

past simple: bevestigen

Gebruik:

• verleden > helemaal voorbij
• het is belangrijk wanneer het was
  
• je weet wanneer het gebeurde

Vorm:

• regelmatige werkwoorden + ed
• onregelmatige werkwoorden > 2e rijtje > stencils

past simple: vragen en ontkennen

- Vorm:
    - Did + hele werkwoord

- Vorm:

    - didn't (did not) + hele werkwoord

Vragen:

Ontkennen:

Let op:

Het maakt nu niet uit of het werkwoord regelmatig of onregelmatig is

Past Simple: ezelsbruggetje

Dit is Waldy ...

Past Simple: ezelsbruggetje

Waldy

When, Ago, Last ... , Days/Dates, Yesterday/Year

Let op:

Bij deze woorden gebruik je (meestal) de past simple

Welk cijfer geef jij deze uitleg?

110

Lesson 1: Reading

Study: past simple, page 163, workbook A

Do: Exercise 9, page 14, workbook A

                

Exercise 9, page 14

1. bought
2. tried
3. found
4. weren't (were not)
5. came
6. tore
7. looked
8. didn't approve (did not approve)
   
9. did ... do
10. forbade
11. spent
    

Wat heb je geleerd deze les?

Study:

vocab 1.1, page 159, workbook A

past simple, page 163, workbook A

irregular verbs, groep 1 t/m 4, stencils

Watch:

video, present perfect, LessonUp

Thanks for your attention

      Wait for            Push your chair         Throw away

      the bell             under the table            your litter