5.1 Vrijheid en onvrijheid

1 / 21
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Hoe merk je in het dagelijks leven dat je in een rechtsstaat leeft? Geef een voorbeeld.

Slide 8 - Open question

Wat betekent vrijheid?
A
De mogelijkheid om te doen wat je wilt, zolang je anderen geen kwaad doet.
B
Dat je altijd moet doen wat anderen zeggen.
C
Dat je geen verantwoordelijkheden hebt.
D
Altijd vakantie hebben.

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Is er in het volgende filmpje sprake van een rechtsstaat?

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Slide

Censuur:

Slide 14 - Slide

0

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Welk recht of vrijheid vind jij het belangrijkste?

Slide 18 - Open question

Wat is een kenmerk van een onvrije samenleving?

A
Mensen hebben het recht om te stemmen.
B
Mensen mogen hun eigen leiders kiezen.
C
Mensen worden gedwongen te leven volgens strikte regels zonder inspraak.
D
Mensen mogen protesteren tegen de regering.

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Video

Huiswerk in de online methode
Maken opdrachten van paragraaf 5.1   

Slide 21 - Slide