Einde laatste ijstijd: ca 13 000 v.C.: milder klimaat in groot deel van de wereld.
Nabije Oosten: klimaat warmer en vochtiger uitgestrekte bergflanken met graan (voorlopers tarwe en gerst)
= VRUCHTBARE HALVE MAAN
Slide 5 - Slide
Vruchtbare halve maan
Voedselverzamelaars-jagers hadden het hier gemakkelijker dan ooit.
Rondtrekken voor plantaardig voedsel was niet meer nodig: er was genoeg voedsel om voorraden op te slaan.
Het graan trok kuddes wilde schapen en geiten aan: voldoende vlees.
De mens werd sedentair in plaats van nomadisch: ze bleven op een vaste woonplaats.
Nederzettingen ontstonden: mensen gingen in hutten wonen.
Slide 6 - Slide
Opdracht 1B p.63
Slide 7 - Slide
Lees de tekst op p.64 (D2)
Slide 8 - Slide
Ontstaan van landbouw
Probleem: Het warme klimaat blijft niet aanhouden en er komen regelmatig koudere periodes.
Gevolg: De mensen hebben tijdens koudere periodes niet meer voldoende voedsel in de onmiddellijk nabijheid van hun woonplaats.
Oplossing: ingrijpen in de natuur: door sedentair te leven hebben de eigenschappen van planten kunnen ontdekken.
De mensen gaan zelf voedsel produceren = aan landbouw doen.
Planten zelf telen = akkerbouw
Slide 9 - Slide
De mens gaat voor het eerst aan landbouw doen ca. 8500 v.C.
AKKERBOUW:
De mensen gaan de zaden van de meest geschikte planten selecteren en zaaien = DOMESTICATIE.
VEETEELT :
In plaats van te gaan jagen nemen ze dieren gevangen en gaan ze de meest geschikte dieren selecteren om mee te fokken = DOMESTICATIE.
Door veeteelt: vlees maar ook wol en zuivelproducten.
Later gebruiken ze gedomesticeerde runderen, paarden en ezels ook als rij-, trek- of lastdier.
Slide 10 - Slide
3 redenen waarom landbouw precies in de Vruchtbare Halve Maan kon ontstaan:
Het klimaat werd er mild en vochtig.
Wilde graansoorten begonnen spontaan weelderig te groeien.
Kuddes wilde geiten en schapen werden aangetrokken door de plantengroei.
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
In de Vruchtbare Halvemaan ontstond er voor het eerst landbouw. Los daarvan waren er ook andere gebieden in de wereld waar men aan landbouw begon te doen met gewassen die daar groeiden.
Slide 18 - Slide
Besluit
Slide 19 - Slide
Vraag 2: Hoe verspreidden migranten
de landbouw in Europa?
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Wanneer kwam de landbouw voor het eerst tot ontwikkeling in Zuidoost-Europa?
6500 v.C. - 5500 v.C.
Wanneer deed men aan landbouw in West-Europa?
Na 5500 v.C.
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Vraag 3: Welke gevolgen had de ontwikkeling
van de landbouw?
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Lees D11 en D12 p.72-73
Opdracht 8E
Markeer in het groen wat de bevolkingsgroei stimuleerde.
Markeer in het roze wat de bevolkingsgroei afremde.