K1.4

Thema 1 Planten en dieren
1.4 Voedsel maken
1 / 26
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema 1 Planten en dieren
1.4 Voedsel maken

Slide 1 - Slide

Planning
1. Magister
2. Terugblik
3. Uitleg
4. Oefenen
5. Afsluiten

Slide 2 - Slide

een baard die een jongen krijgt is een voorbeeld van
A
lichamelijke ontwikkeling
B
geestelijke ontwikkeling

Slide 3 - Quiz

oudere mensen beginnen soms een beetje te krimpen (ze worden kleiner)
waar hoort dit bij?
A
lichamelijke ontwikkeling
B
geestelijke ontwikkeling

Slide 4 - Quiz

In welke levensfase heb je een groeispurt?
A
puber
B
volwassene
C
bejaarde

Slide 5 - Quiz

lichamelijk ontwikkeling
geestelijke ontwikkeling
verliefd worden
bredere schouders
volwassener gedrag krijgen
vergeetachtig worden
borst groei bij meisjes
je gaat andere dinge leuk vinden
een baard krijgen

Slide 6 - Drag question

wie krijgen er eerder een groeispurt in de puberteit?
A
jongens
B
meisjes

Slide 7 - Quiz

Welke omschrijving past bij welke levensfase? Sleep de omschrijving naar de juiste levensfase
Baby.
Peuter
Kleuter
Schoolkind
Puber
Adolescent
Volwassene
Bejaarde
Leert lezen en schrijven.
Leert omgaan met verlies.
Leert zitten en kruipen
Leert naar de wc gaan en fietsen
Leert zelfbewust denken.
Leren zelfstandig zijn
Leren kinderen opvoeden
Leren praten en traplopen

Slide 8 - Drag question

Leerdoelen 
Aan het einde van de les:
- weet je dat door fotosynthese voedsel en zuurstof ontstaat voor dieren en mensen
- kan je aangeven welke delen van planten de mens gebruikt als voedsel

Slide 9 - Slide

Eten voor je leven
Om te leven heb je voedsel nodig.
Planten maken voedsel voor alle organismen.
Ook voor zichzelf.


Slide 10 - Slide

Wat eten planten?
Je eet een boterham met kaas en tomaat.

Is voor dit eten een plant nodig?

Slide 11 - Slide

Planten en dieren
De boterham (brood) is gemaakt van tarwe.
Tarwe is het zaad van een plant.
Ook de tomaat komt van een plant.

De kaas is gemaakt van melk. Melk komt van een koe.
Een koe is geen plant. Maar een koe eet wel planten (gras).
Dus voor melk zijn ook planten nodig.




Slide 12 - Slide

Voedsel van planten
Als je dus denkt aan de boterham met kaas en tomaat, komt al je voedsel van planten.

Mensen en dieren hebben altijd planten nodig voor hun voedsel.


Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Fotosynthese
Mensen en dieren moeten eten om in leven te blijven.
Planten hoeven geen andere organismen te eten.
Zij maken hun eigen voedsel.
Dat doen ze in hun bladeren.

In de bladeren van planten vindt fotosynthese plaats.



Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Filmpje
In het vorige filmpje wordt iets verteld over de fotosynthese.
Je hoeft niet alles hiervan te weten.

Wat je wel moet weten, leg ik uit op de volgende bladzijde (en staat ook in je boek)

Slide 17 - Slide

Licht
In de bladeren van planten vindt fotosynthese plaats.
Daarmee maakt een plant voedsel voor zichzelf.

Voor fotosynthese is licht nodig.
Fotosynthese vindt dus alleen plaats als het licht is (overdag).





Slide 18 - Slide

Glucose
Bij fotosynthese ontstaat de stof glucose (een soort suiker).
De glucose is voedsel voor de plant.

Mensen en dieren kunnen niet hun eigen voedsel maken.
Zij eten andere organismen (o.a. planten) om in leven te blijven.


Slide 19 - Slide

Zuurstof
Bij fotosynthese ontstaat ook zuurstof.
Hierdoor komt er steeds nieuwe zuurstof in de lucht.

Mensen en dieren ademen deze zuurstof in. Zonder zuurstof kunnen wij niet leven.
Fotosynthese is daarom erg belangrijk voor het leven op aarde.

Slide 20 - Slide

Groente en fruit
Mensen eten delen van een plant als voedsel.

De meeste groente die we eten zijn de bladeren van planten.
Soms eten mensen ook de bloemen van planten. Of de vruchten, zoals appels, peren en druiven. Zelfs de zaden van een plant, bijvoorbeeld bruine bonen.


Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Vleesetende planten

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

VRAGEN??

Slide 25 - Slide

Zelf aan de slag
1.4 Voedsel maken: lees de tekst en maak de opdrachten:

Opdracht 1 t/m 5 maken
(vanaf blz. 36)

Klaar? Laat het zien!

Slide 26 - Slide