7.2 Populaties

Ecologie en milieu
7.2 Populaties
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Ecologie en milieu
7.2 Populaties

Slide 1 - Slide

Lesprogramma
  • Huiswerk
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  • Vragen
  • Nabespreken
  • Huiswerk

Slide 2 - Slide

Welke vragen van het huiswerk willen jullie dat ik bespreek?

Slide 3 - Open question

Leerdoelen
  • Je kunt binnen een ecosysteem vormen van concurrentie en van coöperatie onderscheiden.
  • Je kunt de dynamiek en het evenwicht in een ecosysteem beschrijven. 

Slide 4 - Slide

Relaties tussen populaties
Relaties tussen individuen, deze kan gericht zijn op: 

-- competitie
  • leidt tot specialisatie door natuurlijke selectie

-- coöperatie
  • soms hebben verschillende soorten een langdurige relatie met elkaar = symbiose 

Slide 5 - Slide

vormen van symbiose

Slide 6 - Slide

voorbeelden mutualisme 
Nijlkrokodil
–Eet normaal beesten
–Staat vogel toe in zijn mond rond te lopen
Krokodilvogel
–Verwijdert parasieten en voedselresten uit mond krokodil
–Eet parasieten (o.a. bloedzuigers)

Korstmossen, bestaan uit:
1) Algen --> Maken organische stoffen (suikers) m.b.v. fotosynthese
2) Schimmel --> Zorgt voor water en mineralen
                            --> Komt via alg aan organische stoffen

Slide 7 - Slide

voorbeelden commensalisme 
Clownfish
–Schuilplek tussen zeeanemoon
–Heeft slijmlaag tegen netelcellen anemoon
Zeeanemoon
–Geen voordeel, geen nadeel

Zuigvis
-Reist mee met haai
Haai
- Geen voordeel of nadeel

Slide 8 - Slide

voorbeelden parasitisme
Vogellijm of maretak onttrekt water en voedingsstoffen aan de gastheer

Slide 9 - Slide

Populatiedichtheid
=het gemiddelde aantal individuen per oppervlakte (land) of volume (water) eenheid.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

de populatiegrootte schommelt meestal rondom een biologisch evenwicht (BiNaS 93...)

Slide 12 - Slide

Factoren van invloed op populatiedichtheid: 
  • dichtheidsafhankelijke factoren: prooi, parasitisme, ziekte, voedselconcurrentie. → werkt via negatieve terugkoppeling wat zorgt voor biologisch evenwicht. 
  • dichtheidsonafhankelijke factoren: klimaat , ramp, activiteit mens→ toeval en heeft dus geen terugkoppeling.
  • vreemde soorten

Deze factoren beïnvloeden het geboortecijfer, sterftecijfer en emigratie of immigratie.  

Slide 13 - Slide

Bekijk het diagram

In dit ecosysteem lijkt er sprake te zijn van een dynamisch evenwicht tussen een predator en zijn prooi


Slide 14 - Slide

uitheemse soorten
= soorten die van oorsprong niet in het gebied voorkomen. Sommige kunnen zich vestigen en verspreiden.

Exoot = Als de mens voor introductie heeft gezorgd

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Exoten

Slide 17 - Slide

Populatiegroei invasieve soort 
  • Begin exponentiële groei;  hulpbronnen onbeperkt en ontbreken van natuurlijke vijand. (J-curve) 
  • Dan wordt draagkracht bereikt en stelt zich biologisch evenwicht in
  • Draagkracht: De maximale populatiegrootte die over langere tijd in een bepaald gebied kan worden gehandhaafd.

Slide 18 - Slide