Unit 3 Australia (lesson 5: Thursday 03.03.2021):

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Mount Augustus 

The worlds largest rock

 unit 3 Australia

       Today's program:

• Homework check!!!
• Herhaling 3.2: woordvolgorde
• Start with 3.3
• Let op! Attention! Friday proeftoets 3.3: woorden & expressions

       3.3 Learning goals (=leerdoelen):

• Je kunt iemands mening vragen
  
• Je kunt je eigen mening geven
  
• Je kunt een voorstel doen en op een voorstel reageren
  

Words:  Arts and crafts

♥  Weektaak:

• Opdracht 3.3: 1 t/m 12 maken en nakijken

• Woordtrainer maken

• Test Jezelf maken (voldoende behalen)

• Eventueel woorden leren via Cram, Wrts of Quizlet

• Zie Magister of Classroom voor extra uitleg

♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ ♥ 

Recap 3.2:

Grammar woordvolgorde

Woordvolgorde:

De standaard woordvolgorde in het Engels is:

Wie - doet - wat - waar - wanneer

They play football on the street at night.

She was at school today.

We had fun at the party.

Woordvolgorde:

Plaats en tijd  staan meestal achteraan in de zin.

Onthouden als ezelsbruggetje!    P I E T 

PLAATS   KOMT   VOOR   TIJD   (P komt voor de T)

We play  football in the park every weekend.

I'm going to London on Monday.

Kun je in het Engels een voorbeeld geven van een plaatsbepaling?

Kun je een voorbeeld geven van een tijdsbepaling?

Recap: Putting events in order

Plaats

Voor

Tijd

Woordvolgorde:

Patat

Voor

Toetje

I went to the shop today.

I went to London in 2020.

We will be home in 10 minutes.

So...word order...

Plaats voor tijd

Wat is de juiste woordvolgorde in het Engels?

1. plaats voor tijd
2. tijd voor plaats

Wat is de correcte woordvolgorde?

1. Wanneer - wat - wie - waar
2. Wie - doet - wat - waar - wanneer
3. Wie - doet - wanneer - waar - wat
4. Wie - doet - wat - wanneer - waar

Try it yourself!

Zet de woorden in de juiste volgorde.

wie

doet

wat

waar

wanneer

The parents

bring

to football training

every Sunday

their son

De tijdsbepaling staat ...

1. meestal vooraan in de zin
2. altijd vooraan in de zin
3. meestal achteraan in de zin
4. altijd achteraan in de zin

Vul de zin aan met:

--> We played basketball ...

1. in school at two o'clock
2. at two o'clock in school

Welke volgorde is juist?

--> They are meeting ...

1. at the gym at seven pm
2. at seven pm at the gym

Put in the right order:

PE lessons / have / per / twice / I / week

1. I have twice per week PE lessons.
2. I have PE lessons per week twice.
3. I have per week twice PE lessons.
4. I have PE lessons twice per week.

Put in the right order:
arrived / at Brighton / footballers /
at 5 p.m. / the

1. At Brighton arrived the footballers at 5 p.m.
2. The footballers arrived at 5 p.m. at Brighton.
3. At 5 p.m. arrived the footballers at Brighton.
4. The footballers arrived at Brighton at 5 p.m.

In welke volgorde moet dit staan:
in school & at two o'clock

1. in school at two o'clock
2. at two o'clock in school

In welke volgorde moet dit staan:
tomorrow & at seven pm

1. tomorrow at seven pm
2. at seven pm tomorrow

What is the right order?

1. We often walk in the forest at night
2. We often walk at night in the forest.

Wat is de correcte woordvolgorde?

1. Wanneer - wat - wie - waar
2. Wie - doet - wat - waar - wanneer
3. Wie - doet - wanneer - waar - wat
4. Wie - doet - wat - wanneer - waar

Kun je nu Engelse zinnen maken in de juiste volgorde?

😒🙁😐🙂😃

Let's go to work, start with 3.3

Ga aan de slag met je weektaak.

Questions?

I am here!

Unit 3 lesson 2: listening

00:41

Where do bull sharks live?

01:33

Why are kangaroos considered dangerous?

02:40

What can stonefish look like?

04:00

How long can a crocodile stay under water?

00:11

How many kilometres do they fly per year?

00:34

What region of Australia do they take care of?

1. The East part of Australia
2. The West part of Australia
3. The South part of Australia
4. The North part of Australia

00:52

What is the difference between Matt Grangers old job (the commercial Airlines) and his job at the Flying Doctors?

01:34

What does Jeanette find exciting about her job?

02:09

Who pays for the planes?

02:41

Would you like to be a flying Doctor?

1. yes
2. no

Voor maandag (zie Classroom):

• alles afmaken van 3.3 listening 1 t/m 11
  
• Uitleg grammatica: kijk het bijgevoegde filmpje en lees het word bestand wat ik ook heb bijgevoegd, maandag leg ik dit verder uit.
  
• Leren de woordjes van 3.2, zie Quizlet
• Heb je dit af? Maak dan: 12 & 13