Persoonsvorm

Persoonsvorm
Grammatica
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 31 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Persoonsvorm
Grammatica

Slide 1 - Slide

Planning
Terugblik
Lesdoelen
Wat weet je nog?
Uitleg
Opdrachten
Afsluiten

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Terugblik
In de vorige les hebben we gelezen.

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
  •  Je weet wat het kenmerk en de functie van de persoonsvorm in een zin is.
  • Je kan in een zin bepalen wat de persoonsvorm is.
  • Je kan zelf goede zinnen maken met een persoonsvorm.
  •  Je weet wat de kenmerken en de functie van het werkwoordelijk gezegde in een zin zijn.
  • Je kan bepalen wat het werkwoordelijk gezegde in een zin is.
  • Je kan zelf goede zinnen maken met een werkwoordelijk gezegde.

Slide 5 - Slide

Persoonsvorm
In elke zin zitten werkwoorden. Eén van die werkwoorden is de persoonsvorm. Een persoonsvorm is dus een werkwoord. (Bijna) elke zin heeft een persoonsvorm.

De persoonsvorm hoort bij de belangrijkste 'persoon' in een zin: het onderwerp. De persoonsvorm vertelt wat het onderwerp doet of overkomt.

Slide 6 - Slide

Voorbeelden
  1. Ik krijg erg veel reacties.
  2. U vraagt veel te veel.
  3. Het regent het hele weekend.
  4. Mijn neefje houdt van schilderen.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Zo herken je de persoonsvorm:
__________________________________

Slide 9 - Slide

Zo herken je de persoonsvorm:

Slide 10 - Slide

Aan de slag!

Slide 11 - Slide

Wat kun je doen?
  1. Extra uitlegfilmpjes bekijken (Link in LessonUp).
  2. Extra uitleg lezen (Link in LessonUp).
  3. Oefeningen maken Junior Einstein (Link in LessonUp).
  4. Oefeningen maken in Numo (persoonsvorm)

Slide 12 - Slide

Persoonsvorm

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link

Slide 16 - Link

Slide 17 - Link

Slide 18 - Link

Slide 19 - Link

Slide 20 - Link

Slide 21 - Link

Slide 22 - Link

Slide 23 - Link

Slide 24 - Link

Slide 25 - Link

Extra uitleg

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Link

Uitlegfilmpjes

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Wat heb je geleerd?

Slide 30 - Slide

Lesdoelen
  •  Je weet wat het kenmerk en de functie van de persoonsvorm in een zin is.
  • Je kan in een zin bepalen wat de persoonsvorm is.
  • Je kan zelf goede zinnen maken met een persoonsvorm.
  •  Je weet wat de kenmerken en de functie van het werkwoordelijk gezegde in een zin zijn.
  • Je kan bepalen wat het werkwoordelijk gezegde in een zin is.
  • Je kan zelf goede zinnen maken met een werkwoordelijk gezegde.

Slide 31 - Slide