Spelling en grammatica TB herhaling (geen ww) Lj2

1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Samenstellingen
Samenstellingen van twee of meer woorden schrijf je in het Nederlands aan elkaar. Een samenstelling is een woord dat is opgebouwd uit twee of meer woorden die ieder zelfstandig kunnen voorkomen.
-Televisietoestel
-viersterrenhotel
-Kortetermijngeheugen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Noteer de samenstelling van braam + struik

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Noteer de samenstelling van
groente + soep

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Maak een samenstelling:
reus + groot

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Maak een samenstelling:
zon + weide

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Schrijf het woord correct:
3D+ bril

Slide 8 - Open question

*
Bij een cijfer, letter of symbool
12-jarige
€-teken
Schrijf het woord correct:
autoalarm

Slide 9 - Open question

*
samenstelling-> geen klinkerbotsing
Maak een samenstelling: afdeling+chef

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Tussen -s?
Hoor je de s? Schrijf de s!
Lastig te horen? 
Stationsstraat
Afdelingschef

Vervang het tweede deel door een woord dat met een andere letter dan de s begint: afdelingshoofd

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Het meervoud van: braderie

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

-iën of -ieën
Let op de klemtoon!

Bacterie --> bacteriën
Braderie --> braderieën

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Het meervoud van: cliché

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

's of s?
Bij uitspraakproblemen:
baby --> baby's
opa --> opa's
portemonnee --> portemonnees
cliché --> clichés
controle --> controles 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Het meervoud van: essay

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Deze fiets is van Mike.
Het is ......... fiets

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Deze scooter is van Roos.
Het is ............. scooter

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Het meervoud van: orchidee

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Schrijf het woord correct:
astma + aanval

Slide 21 - Open question

*
aa->klinkerbotsing
Schrijf het woord correct:
daar+ om+ heen

Slide 22 - Open question

voorzetsels met er, daar of hier schrijf je aan elkaar vast.
-ertegenover

Schrijf het woord correct:
ruineren

Slide 23 - Open question

*
Is er sprake van een klinkerbotsing waarbij er geen sprake is van een samenstelling, dan gebruik je een trema.
-geïnteresseerd
-