Les 06 - Nettokracht

Les 6 - Nettokracht
Bekijk het filmpje en maak daarna het testje
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Les 6 - Nettokracht
Bekijk het filmpje en maak daarna het testje

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

De ‘overblijvende kracht’, de totale kracht die overblijft wanneer alle krachten tegelijkertijd werken noem je de
A
Spankracht
B
Nettokracht

Slide 3 - Quiz

Welk woord komt op de puntjes:

Als er …..(1) nettokracht is, verandert er niets.
Als er …...(2) nettokracht is, verander er wel iets (de snelheid, richting, vorm).
A
1: Geen 2: Geen
B
1: Geen 2: Wel
C
1: Wel 2: Geen
D
1: Wel 2: Wel

Slide 4 - Quiz

Geef aan hoeveel de nettokracht is
en welke richting op
(rechts/links/geen)?
De nettokracht is ......
A
150 Newton naar links
B
200 Newton naar rechts
C
400 Newton naar links
D
600 Newton naar rechts

Slide 5 - Quiz

Geef aan of in de
volgende afbeelding
de nettokracht naar
voren / achter / 0 N is.


A
Nettokracht groter dan 0 N naar voren.
B
Nettokracht groter dan 0 N naar achteren.
C
Nettokracht = 0 N

Slide 6 - Quiz

Geef aan of in de
volgende afbeelding
de nettokracht naar
voren / achter / 0 N is.


A
Nettokracht = 0 N
B
De nettokracht is kleiner dan 0 N naar achter.
C
De nettokracht is groter dan 0 N naar voren.
D
De nettokracht is groter dan 0 N, naar achteren.

Slide 7 - Quiz

Krachten in dezelfde richting....
A
Trek je van elkaar af
B
Tel je bij elkaar op
C
vermenigvuldig je met elkaar
D
deel je door elkaar

Slide 8 - Quiz


Hoe groot is de getekende kracht.
A
3,3 N
B
5 N
C
8,3 N
D
16,5 N

Slide 9 - Quiz

De nettokracht vindt je door alle krachten op te tellen.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Wat doet een kracht?
A
De snelheid van iets veranderen
B
De richting van iets veranderen
C
De vorm van iets veranderen
D
Het gewicht van iets veranderen

Slide 11 - Quiz

Als een object stil staat werken er geen krachten op
A
Niet waar
B
Waar

Slide 12 - Quiz

De resultante of
nettokracht is:
A
60 N
B
140 N
C
100 N
D
40 N

Slide 13 - Quiz

Hoe groot is de
kracht die de
olifant ervaart?
A
80 N
B
280 N
C
18000 N
D
180 N

Slide 14 - Quiz

Wat is de resulterende of de nettokracht?
A
290 N links
B
290 N rechts
C
50 N rechts
D
50 N links

Slide 15 - Quiz

Wat is de resultante of de nettokracht?
A
490 N rechts
B
490 N links
C
150 N rechts
D
150 N links

Slide 16 - Quiz

Wat gebeurd als twee krachten elkaar opheffen?
A
Het voorwerp beweegt niet
B
Het voorwerp versnelt in de richting van de kracht
C
De resultante kracht wordt meer
D
Timetravel

Slide 17 - Quiz

Einde van les 6
Je hebt in deze les geleerd:
  • De ‘overblijvende kracht’, de totale kracht die overblijft wanneer alle krachten tegelijkertijd werken noem je de 'Nettokracht'
  • Je kunt hiermee rekenen

Slide 18 - Slide

Ik beheers de leerdoelen die hiervoor zijn genoemd!
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Poll