Formuleren dubbelop HV4

Formuleren: dubbelop
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Formuleren: dubbelop

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welkom

  • Vandaag: §1: Dubbelop (hdst. 7 Nieuw Nederlands)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Dubbelop
  • Als je iets op de een of andere manier twee keer zegt. 
  • = Formuleerfout

Er zijn vijf dubbelop fouten

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

1: Onjuiste herhaling
  • Een vast voorzetsel wordt ten onrechte herhaald. 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

2: Tautologie
  • Je zegt twee keer hetzelfde, met twee verschillende woorden die hetzelfde betekenen
  • Zelfde woordsoort 
Let op!
Als een tautologie als stijlfiguur wordt gebruikt, is het wel correct. 
Bijv. altijd en eeuwig. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

3: Pleonasme
  • Een deel van de betekenis van het woord wordt door een ander woord nog eens uitgedrukt
  • Twee verschillende woordsoorten. 
Let op!
Als een pleonasme als stijlfiguur wordt gebruikt, is het wel correct. 
Bijv. beoogde doelgroep / nieuwe aanwinst

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

4: Contaminatie
  • Twee bestaande uitdrukkingen worden ten onrechte door elkaar gehaald.  

Slide 7 - Slide

Of 'perfectionist zijnde'
5: Dubbele ontkenning
  • Een werkwoord met een ontkennend karakter krijgt ten onrechte een tweede ontkenning. 

Slide 8 - Slide

Of 'perfectionist zijnde'
Even oefenen!

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

De familie Delfgaauw was dolgelukkig, want op het winnen van de straatprijs in de postcodeloterij had ze absoluut niet op gerekend.
A
Contaminatie
B
Dubbele ontkenning
C
Onjuiste herhaling
D
Tautologie

Slide 10 - Quiz

Woordje op wordt onnodig herhaald.

De familie Delfgaauw was dolgelukkig, want op het winnen van de straatprijs in de postcodeloterij had ze absoluut niet op gerekend. 
Voor de supporters zullen Feyenoord en Ajax altijd elkaars grootste aartsrivalen blijven.
A
Contaminatie
B
Dubbele ontkenning
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 11 - Quiz

Pleonasme --> grootste (bijvoeglijk naamwoord) + aartsrivalen (zelfstandig naamwoord)

Voor de supporters zullen Feyenoord en Ajax altijd elkaars grootste aartsrivalen blijven. 
De titel van het nieuwe tv-programma dat morgen voor het eerst wordt uitgezonden heet Vertrouwen in de toekomst.
A
Contaminatie
B
Dubbele ontkenning
C
Onjuiste herhaling
D
Tautologie

Slide 12 - Quiz

Contaminatie --> De titel + heet

De titel van het nieuwe tv-programma dat morgen voor het eerst wordt uitgezonden heet is Vertrouwen in de toekomst.
Ik vind dat je mensen gerust kunt verplichten om donor te worden, want als je zelf ernstig ziek wordt, wil je immers ook graag een donororgaan ontvangen.
A
Contaminatie
B
Dubbele ontkenning
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 13 - Quiz

Tautologie --> want en immers (beide voegwoorden, dus zelfde woordsoort!) 

Ik vind dat je mensen gerust kunt verplichten om donor te worden, want als je zelf ernstig ziek wordt, wil je immers ook graag een donororgaan ontvangen. 
Om te voorkomen dat reizigers stranden als gevolg van problemen op het spoor, raadt de NS de mensen af om met deze strenge vorst niet met de trein te reizen.
A
Contaminatie
B
Dubbele ontkenning
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 14 - Quiz

Dubbele ontkenning: Raadt .. af + niet

Om te voorkomen dat reizigers stranden als gevolg van problemen op het spoor, raadt de NS de mensen af om met deze strenge vorst niet met de trein te reizen. 
Tijdens de financiële crisis was het voor bedrijven en particulieren nauwelijks mogelijk om een lening af te kunnen sluiten.
A
Contaminatie
B
Dubbele ontkenning
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 15 - Quiz

Pleonasme: mogelijk + kunnen (verschillende woordsoorten

Tijdens de financiële crisis was het voor bedrijven en particulieren nauwelijks mogelijk om een lening af te kunnen sluiten.
Maak opdr. 1 en 2 uit je methodeboek (online mag ook) van Nieuw Nederlands van cursus 7 (Formuleren), §1: Dubbelop

 
Klaar? Ga verder met je oefenbetoog

Slide 16 - Slide

This item has no instructions