Rekenen groep 8 blok 5 les 8

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 8

Pluspunt 4 blok 5 les 8 (groep 8)

Welkom bij deze les.

We gaan kennismaken met allerlei soorten grafieken. 

Grafieken zie je vaak in de krant....

<over het weer....

of over welke  studierichtingen jongens en meisjes kiezen.... >

Doel van de les

In het volgende filmpje wordt er meer verteld over het doel van de les!

https:

Dit cirkeldiagram gaat over pizza's die gemaakt zijn en die iemand geprobeerd heeft te verkopen.

Vraag:

Hoeveel pizza's zijn er in totaal?

1. 100
2. 400
3. 35
4. 140

Vraag:

Wat betekent het oranje stuk?

1. alle pizza's die gemaakt zijn
2. alle pizza's die iemand wilde verkopen
3. alle pizza's die verkocht zijn
4. alle pizza's die niet verkocht zijn

Vraag:

Hoe noem je de uitleg bij een grafiek ook alweer?

1. de interpretatie
2. het percentage
3. de berekening
4. de legenda

De hele cirkel heeft 100 streepjes en staat voor 400 pizza's.

Vraag:

Voor hoeveel pizza's staat 1 streepje?

1. 100
2. 1
3. 4
4. 35

Hoeveel pizza's zijn er verkocht?

uitleg

Het juiste antwoord op de laatste vraag was: 140.

Op de volgende slide zie je een uitleg over het diagram, waarin de antwoorden op de vragen aan bod komen. 

https:

oeps, zei ik daar even 400 euro ipv 400 pizza's.....

vergissing.... 

Bekijk het filmpje in de volgende slide. Daarin wordt een grafiek getoond met een uitleg. Daarna ga je er vragen over maken.

somup.com

Stel deze grafiek gaat over de bezoekers van een voorstelling.

Hoeveel meisjes hebben dan in  juni de voorstelling bezocht?

1. 400
2. 30
3. 40
4. 300

Stel deze grafiek gaat over de bezoekers van een voorstelling.

Hoeveel jongens hebben dan in  juni en juli samen de voorstelling bezocht?

1. 30
2. 300
3. 600
4. 700

Stel deze grafiek gaat over de bezoekers van een voorstelling.

In welke maand hebben de minste jongens de voorstelling bezocht?

1. september
2. mei
3. april
4. juli

In welke maand was het verschil in aantallen jongens en aantallen meisjes in verhouding tot elkaar (in percentage) het grootst?

1. september
2. mei
3. april
4. juli

Stel deze grafiek gaat over de bezoekers van een voorstelling.

In welke maanden zijn de aantallen jongens die de voorstelling bezochten gelijk gebleven?

1. mei en juli
2. mei en juni
3. juni en juli
4. augustus en september

Stel deze grafiek gaat over de bezoekers van een voorstelling.

Tussen welke maanden steeg het aantal jongens dat de voorstelling bezocht?

1. april en mei + mei en juni
2. april en mei + mei en juni
3. juni en juli + juli en augustus
4. mei en juni + juli en augustus

Stel deze grafiek gaat over de bezoekers van een voorstelling.

Tussen welke maanden steeg het aantal meisjes het meest?

1. april en mei
2. mei en juni
3. juni en juli
4. juli en augustus

Stel deze grafiek gaat over de bezoekers van een voorstelling.

Tussen welke maanden daalde het aantal meisjes het meest?

1. mei en juni
2. juni en juli
3. juli en augustus
4. augustus en september

         stijgen en dalen

Lees een grafiek altijd van links naar rechts. 

Als dan de lijn naar beneden gaat, spreken we van dalen.

Als dan de lijn naar boven gaat, spreken we van stijgen.

Hoe steiler de lijn, hoe meer iets stijgt of daalt.

Tussen juli en augustus daalt het aantal meisjes dus het meest.

Nu gaan we informatie uit het lijndiagram omzetten in een tabel. Vul de aantallen bezoekers op de juiste plek in. Zie volgende slide.

400

400

250

300

300

300

Sleep deze aantallen naar de juiste plek in de tabel.

350

550

470

500

330

200

Bekijk het filmpje

op de volgende slide.

somup.com

We gaan met het werkboek aan de slag!

De opgaven 1 en 2 hebben betrekking op de afbeeldingen in het kader.

Probeer de lessen nu zelfstandig te maken. 

We hebben veel in deze les geoefend van wat je nodig hebt voor de zelfstandige verwerking. Mocht je tijdens het werken toch vragen hebben, kom dan om 11:00 uur bij het vragenuurtje in de meeting.

Succes!