Check H 5 § 5.1 tm § 5.3

Bekijk je toetsanalyse
Teams -Class Note boek


Waar kan je je zelf in verbeteren?
R-> maak een samenvatting/ leer alle begrippen/ rijtjes opsommingen
T1 : maak we werkboekopgaven + herhaling (wb. blz 102/103)
T2: Maak werkboekvragen met bron & atlas +verdieping (104 / 105)
1 / 22
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Bekijk je toetsanalyse
Teams -Class Note boek


Waar kan je je zelf in verbeteren?
R-> maak een samenvatting/ leer alle begrippen/ rijtjes opsommingen
T1 : maak we werkboekopgaven + herhaling (wb. blz 102/103)
T2: Maak werkboekvragen met bron & atlas +verdieping (104 / 105)

Slide 1 - Slide

Migratie
Emigratie
Immigratie

verhuizen en daarbij een grens overschrijden

vanuit Nederland naar Duitsland verhuizen
vanuit Duitsland naar Nederland komen.

Slide 2 - Drag question

B. internationale studenten
C. Vluchtelingen
D. Migratie door gezinshereniging
A. Arbeidsmigranten
E. Natuurramp
2. Economische reden
3 Politieke reden
4 Ecologische reden
1. Sociale reden

Slide 3 - Drag question

Migratie vindt niet plaats vanuit de allerarmste gebieden, maar vanuit gebieden waar mensen voldoende aspiraties en mogelijkheden hebben om te vertrekken
A
Waar
B
Niet waar
C
Vanuit beide gebieden.
D
Er is nog een ander antwoord.

Slide 4 - Quiz

Kettingmigratie.
Gezinsmigrant.
Arbeidsmigrant.
Migrant die verhuist omdat hij een andere migrant volgt (familie)
Het fenomeen dat eenmaal gestarte migratie tot steeds meer migratie leidt.
Iemand die verhuist om in een ander land werk te kunnen krijgen.

Slide 5 - Drag question

Nederland is voor immigranten een....
A
vertrekgebied
B
vestigingsgebied

Slide 6 - Quiz

Wat is het verschil tussen gezinsvorming en gezinshereniging?

Slide 7 - Open question

Geldzendingen: geld dat arbeidsmigranten naar het herkomstgebied sturen
A
demografisch gevolg
B
sociaal-cultureel gevolg
C
economisch gevolg

Slide 8 - Quiz

Mensen met migranten in de familie krijgen in het herkomstland een hogere status
A
demografisch gevolg
B
sociaal-cultureel gevolg
C
economisch gevolg

Slide 9 - Quiz

Oude mensen blijven achter in het land van herkomst. Jonge mensen vertrekken.
A
demografisch gevolg
B
sociaal-cultureel gevolg
C
economisch gevolg

Slide 10 - Quiz

Welke bevolkingsgroepen zullen ondervertegenwoordigd zijn in een vertrekgebied van arbeidsmigratie?
A
Mannen en vrouwen
B
65-plussers en kinderen
C
Jongeren tussen de 20 en 30 jaar en mannen
D
Vrouwen en kinderen

Slide 11 - Quiz

Wat is een positief economisch gevolg van arbeidsmigratie voor een bestemmingsgebied?

Slide 12 - Open question

Braindrain is
A
Drainage van de vochtige grond
B
Gebied waar het aantal inwoners daalt
C
De relatie tussen mensen in een wijk
D
Het vertrek van hoger opgeleide uit een gebied.

Slide 13 - Quiz

Leg in je eigen woorden uit wat er wordt bedoeld met dit woord: aspiraties

Slide 14 - Open question

Migratie en aspiraties: men wil wel, maar men kan niet....
A
geen migratie
B
beperkte migratie
C
migratiepiek
D
afnemende migratie

Slide 15 - Quiz

Welk nadeel heeft arbeidsmigratie voor het herkomstland?

Slide 16 - Open question

Migratie heeft sociaal-culturele gevolgen voor het vertrekgebied.
Noem drie sociaal-culturele gevolgen van arbeidsmigratie.

Slide 17 - Open question

Zijn deze sociaal-culturele gevolgen ook zichtbaar in oorlogsgebieden waar vluchtelingen wegtrekken? Verklaar je antwoord

Slide 18 - Open question

Demografische gevolgen

Slide 19 - Slide

Multiculturele samenleving
segregatie
acculturatie
integratie
migranten en niet-migranten nemen cultuurelementen van elkaar over
Bestaan van verschillende culturen binnen een samenleving die met elkaar samenleven
het (ruimtelijk) gescheiden leven van groepen mensen
proces waarbij door contacten met een andere cultuur de bestaande cultuur verandert 

Slide 20 - Drag question

Integratie of segregatie?
A
Integratie
B
Segregatie

Slide 21 - Quiz

Vwo Xonofobie: kan een reactie zijn in het
A
herkomstgebied
B
bestemmingsgebied

Slide 22 - Quiz