This lesson contains 16 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Examen gesprekken voeren 2F
Slide 1 - Slide
Lesdoelen
Ik weet wat ik volgende week kan verwachten bij het examen Nederlands gesprekken
Ik weet wat er van mij wordt verwacht bij het examen Nederlands gesprekken
Ik weet waar op wordt gelet bij de beoordeling
Ik oefen met een klasgenoot een opdracht voor gesprekken
Slide 2 - Slide
Gesprekken 2F = gesprek voeren
Met docent en tweede assessor of andere examinator en tweede assessor
Duurt circa 6 minuten
Onderwerp staat in de opdracht die je 15 minuten van tevoren krijgt
Slide 3 - Slide
Wat is het?
Het examen Gesprekken heeft de vorm van een gesprek of een overleg, waar jij actief aan meedoet.
Slide 4 - Slide
Wat is het doel van het gesprek?
In de examenopdracht staat wat het doel is van het gesprek. Bijvoorbeeld: informatie met elkaar uitwisselen, de ander(en) overtuigen of afspraken maken. In de opdracht staat ook aan welke eisen de inhoud moet voldoen. Anders gezegd: welke bijdrage moet jij aan het gesprek leveren.
Slide 5 - Slide
Beoordeling randvoorwaarden
Na afloop van het examen wordt jouw bijdrage aan het gesprek beoordeeld. De beoordelaar kijkt eerst of je inbreng wel aan de minimumeisen voldeed: was je zonder veel moeite te verstaan, kwam je genoeg aan het woord en klopte de inhoud in grote lijnen met de opdracht? Als dat niet zo is, krijg je geen beoordeling en moet je het examen Gesprekken overdoen.
Slide 6 - Slide
Waar denk je dat je gesprek verder op beoordeeld wordt?
Slide 7 - Mind map
Beoordeling examen gesprekken voeren 2F
Inhoud
De inhoud wordt beoordeeld aan de hand van een checklist. Daarop staan de deelonderwerpen die in het gesprek aan de orde moeten komen. Kijk dus goed welke deelonderwerpen in de opdracht genoemd worden, en zorg er bij de voorbereiding voor dat je over elk onderwerp iets te zeggen hebt.
Slide 8 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren 2F
Beurten nemen en samenhang
Ruimte nemen en ruimte geven aan de ander. Inhaken op de onderwerpen. Op een passende manier reageren. Gebruik signaalwoorden en zorg dat je goed te volgen bent.
Slide 9 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren 2F
Doelgerichtheid/ afstemming op doel
Zorg dat je het gespreksdoel haalt. Wat dat is, lees je in de opdracht.
Bijvoorbeeld bij informeren en overtuigen >
Gericht antwoorden, maar ook gericht vragen stellen.
Slide 10 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren 2F
Afstemming op je gesprekspartner(s)
Houd rekening met degenen met wie je het gesprek voert en met wat zij weten.
Kies je de juiste variant tussen formeel en informeel.
Kun je inspelen op opmerkingen van je gesprekspartner?
Slide 11 - Slide
Beoordeling examen gesprekken voeren 2F
Woordgebruik en woordenschat
Heb je voldoende woorden tot je beschikking om je goed uit te drukken? Val niet in herhaling, zorg voor variatie in woordkeuze.
Praat je goed door, ben je goed verstaanbaar, en spreek je in goede Nederlandse zinnen.
Slide 13 - Slide
Nog een paar tips
Lees de opdracht goed Zorg dat je weet welke dingen in het gesprek moeten terugkomen.
Ga in op wat je gesprekspartners zeggen
Zo draag je bij aan de samenhang van het gesprek.
Als je dit op een belangstellende manier doet, is dat prettig voor je gesprekspartners, en goed voor je eigen beoordeling.
.
Slide 14 - Slide
Wie gaat wanneer?
Kijk nog eens goed op de beurtenlijst hoe laat je aan de beurt bent.
Kijk ook in welk lokaal je je moet melden.
Slide 15 - Slide
Opdracht
We nemen samen de opdracht door, die zal worden uitgedeeld. Daarna gaan jullie je individueel een kwartier voorbereiden en voeren daarna in twee- of drietallen een gesprek.
Je geeft elkaar na het gesprek feedback op hoe het is gegaan: 2 tips en 2 tops.