Werkwoordspelling 2HV

Welkom HV2R!
Telefoon in de telefoontas? Ga dan lekker zitten (plattegrond).

Leg klaar op je tafel: je boek, schrift en een pen.

Open je boek op blz. 269
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 31 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom HV2R!
Telefoon in de telefoontas? Ga dan lekker zitten (plattegrond).

Leg klaar op je tafel: je boek, schrift en een pen.

Open je boek op blz. 269

Slide 1 - Slide

Doel en planning
Doel van de les: aan het einde van de les kun je werkwoorden goed spellen in de tt en vt.

Planning van de les:
- De Brug maken opdracht 1 t/m 5
- bespreken De Brug
- evt. uitleg en start fictiefragmenten

Slide 2 - Slide

Zelf aan de slag
Wat?        De Brug blz. 269 1 t/m 5
Tijd?         25 minuten
Vraag?     steek je vinger op en ik kom je helpen
Klaar?      Kom het mij laten zien
Ook klaar? ga lezen in je leesboek


timer
25:00

Slide 3 - Slide

We bespreken De Brug

Slide 4 - Slide

Welkom HV2O!
Telefoon in de telefoontas? Pak een Chromebook en ga dan lekker zitten (volgens de plattegrond).

Log alvast in in Nieuw Nederlands.


Slide 5 - Slide

Doel en planning
Doel van de les: aan het einde van de les kun je werkwoorden goed spellen in de tt en vt.

Planning van de les:
- De Brug spelling werkwoorden maken
- verder met H3 lastige werkwoordsvormen
- uitleg en start  lezen fictiefragmenten

Slide 6 - Slide

Zelf aan de slag
Wat?        De Brug Spelling werkwoorden 1 t/m 5
Tijd?         30 minuten
Vraag?     steek je vinger op en ik kom je helpen
Klaar?      Ga naar H3 spelling ww blz. 100, maak
                    opdracht 1, 2, 4 en 5 (LEES de opdracht 
                     GOED!)
Ook klaar? ga lezen in je leesboek


timer
30:00

Slide 7 - Slide

Welkom HV2O!
Groep 1 (bij bureau): Eli, Jesse, Kaj, Kevin, Jeffrey, Saul, Mikki, Kysh, Albina
Groep 2 (in het midden, pakt Chromebook): Tijs, Elin, Joshua, Mendel, Noah, Jelle, Stef, Esra, Jill
Groep 3 (dichtstbij deur, pakt Chromebook): Aloyse, Lotus, Sophie, Haley, Mick, Femke, Fenne, Roos, Bink, Sarah


Slide 8 - Slide

Doel en planning
Doel van de les: aan het einde van de les kun je werkwoorden goed spellen in de tegenwoordige en verleden tijd.

Planning van de les:
- terugblik pvtt (-d of -dt, hoe zit het ook alweer?)
- uitleg 3 verschillende groepen -> 3 verschillende opdrachten
- aan de slag!

Slide 9 - Slide

Lastige werkwoordsvormen: -d of -dt?
VORM
WANNEER?
VB
stam (ik-vorm)
ik ervoor, ik erachter. jij/je erachter
ik vind, vind ik, vind jij
stam + t (hij-vorm)
jij ervoor, andere enkelvoudsvormen
jij vindt, hij vindtvindt hij, men vindt
hele ww
meervoudsvormen
wij vinden, zij vinden
Tip: bij twijfel vul je het ww LOPEN in

Slide 10 - Slide

Wat gaan we nu doen?
Groep 1: krijgt extra uitleg van mij over spelling van werkwoorden (VT) en gaat daarna zelfstandig aan de slag
Groep 2: heeft het huiswerk niet gemaakt en gaat dit nu alsnog (alleen) maken en daarna aan de slag met een extra opdracht + de nieuwe opdrachten
Groep 3: gaat direct zelfstandig aan de slag met de vt (mag overleggen)                                                         ZIE BORD LINKS/RECHTS

Slide 11 - Slide

Groep 1 - maak aantekeningen!

Slide 12 - Slide

Persoonsvorm 
verleden tijd
  • Sterke werkwoorden:
    veranderen van klank
    (ik geef > ik gaf)
  • Zwakke werkwoorden:
    stam+te(n)/stam+de(n)
    (ik werkte/ ik speelde)
    't  ex-kofschip

Slide 13 - Slide

Gebruiksaanwijzing 't ex-kofschip

Stap 1: Kijk naar het hele werkwoord (zwakke ww!)

Stap 2: Haal -en  eraf
Stap 3: Kijk naar de letter waar het ww nu mee eindigt

Stap 4: Staat deze letter in 't ex-kofschip?

Stap 5: Ja > dan zet je achter de ik-vorm  -te(n)
                Nee > dan zet je achter de ik-vorm -de(n)


Slide 14 - Slide

Voorbeeld 
1. Fietsen
2. Fietsen 
3. fiets
4. 's' komt voor in
't ex-kofschip
5. dus de verleden tijd is
(ik) fietste (wij fietsten)

 

Slide 15 - Slide

Voorbeeld 
1. voetballen
2. voetballen 
3. voetball
4. 'l' komt niet voor in
't ex-kofschip
5. dus de verleden tijd is
(ik) voetbalde 
(wij voetbalden)

 

Slide 16 - Slide

Let op!
verbazen-> = verbaz- 
-z staat niet in '"t ex-kofschip" dus -> +d
 ik verbaasde

doven-> = dov-
-v staat niet in "t kofschip" dus -> hij doofde(n)

Slide 17 - Slide

OEFENEN
Oefenblad
- ik doe 1 werkwoord voor
- daarna doen we er 1 samen
- dan kunnen jullie zelf aan de slag

Slide 18 - Slide

Zelf aan de slag
Wat?        Groep 1 - oefenblad afmaken
Tijd?         12 minuten 
Vraag?    steek je vinger op, ik kom je helpen
Klaar?      maak opdracht 1 en 2 van H4 (blz. 132)
Ook klaar? probeer opdracht 3 te maken

Groep 2 en 3 blijven nog lekker werken aan hun opdrachten :)


timer
12:00

Slide 19 - Slide

Afsluiting
Noteer de antwoorden op je antwoordblad:

1. a. Hij antwoorde/antwoordde wel heel snel!
    b. De hond blafde/blafte hard naar haar.
    c. Mijn moeder bloosde/blooste door het compliment.
2. Wat vond je van het werken in 3 groepen vandaag?
3. Geef je zelf een cijfer voor je inzet tijdens deze les.

Slide 20 - Slide

Welkom HV2R!
Telefoon in de telefoontas? Ga dan lekker zitten (plattegrond).

Leg klaar op je tafel: je boek, schrift en een pen.


Slide 21 - Slide

Doel en planning
Doel van de les: aan het einde van de les kun je werkwoorden goed spellen in de tt en vt.

Planning van de les:
- theorie herhaling
- oefenblad maken + bespreken
- jeugdjournaal kijken (als we op tijd klaar zijn.....)

Slide 22 - Slide

Lastige werkwoordsvormen: -d of -dt?
VORM
WANNEER?
VB
stam (ik-vorm)
ik ervoor, ik erachter. jij/je erachter
ik vind, vind ik, vind jij
stam + t (hij-vorm)
jij ervoor, andere enkelvoudsvormen
jij vindt, hij vindtvindt hij, men vindt
hele ww
meervoudsvormen
wij vinden, zij vinden
Tip: bij twijfel vul je het ww LOPEN in

Slide 23 - Slide

Persoonsvorm 
verleden tijd
  • Sterke werkwoorden:
    veranderen van klank
    (ik geef > ik gaf)
  • Zwakke werkwoorden:
    stam+te(n)/stam+de(n)
    (ik werkte/ ik speelde)
    't  ex-kofschip

Slide 24 - Slide

Gebruiksaanwijzing 't ex-kofschip

Stap 1: Kijk naar het hele werkwoord (zwakke ww!)

Stap 2: Haal -en  eraf
Stap 3: Kijk naar de letter waar het ww nu mee eindigt

Stap 4: Staat deze letter in 't ex-kofschip?

Stap 5: Ja > dan zet je achter de ik-vorm  -te(n)
                Nee > dan zet je achter de ik-vorm -de(n)


Slide 25 - Slide

Voorbeeld 
1. Fietsen
2. Fietsen 
3. fiets
4. 's' komt voor in
't ex-kofschip
5. dus de verleden tijd is
(ik) fietste (wij fietsten)

 

Slide 26 - Slide

Voorbeeld 
1. voetballen
2. voetballen 
3. voetball
4. 'l' komt niet voor in
't ex-kofschip
5. dus de verleden tijd is
(ik) voetbalde 
(wij voetbalden)

 

Slide 27 - Slide

Let op!
verbazen-> = verbaz- 
-z staat niet in '"t ex-kofschip" dus -> +d
 ik verbaasde

doven-> = dov-
-v staat niet in "t kofschip" dus -> hij doofde(n)

Slide 28 - Slide

Zelf aan de slag
Wat?        Oefenblad maken
Tijd?         15 minuten, daarna bespreken
Vraag?     steek je vinger op en ik kom je helpen
Klaar?      maak H4 opdr 1 + 2 blz 132/133. 
Ook klaar? probeer opdrqacht 3


timer
15:00

Slide 29 - Slide

Welkom!
Telefoon in de telefoontas? 

Ga dan lekker zitten.

Leg klaar op je tafel: je boek

Slide 30 - Slide

We gaan een Kahoot maken
- maak groepjes van 4
- maak met elkaar een Kahoot van circa 10 vragen
- de vragen gaan over werkwoordspelling tt en vt
- denk aan afwisseling in de vragen (vragen over regels, waar/niet waar, wat is de juiste spelling, stellingen over de theorie, etc.)

Slide 31 - Slide