In een cv ketel wordt aardgas verbrand. Aardgas is een vorm van:
A
chemische energie
B
warmte
C
elektrische energie
D
licht
1 / 10
next
Slide 1: Quiz
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
In een cv ketel wordt aardgas verbrand. Aardgas is een vorm van:
A
chemische energie
B
warmte
C
elektrische energie
D
licht
Slide 1 - Quiz
Peter doet 50 g water in een warmtemeter en verwarmt het met een dompelaar van 100 W gedurende vijf minuten. Hoeveel warmte is er geproduceerd ?
A
50 J
B
3000 J
C
3000 W
D
30.000 J
Slide 2 - Quiz
Hoeveel warmte is er nodig om 2 gram water 1 graad Celsius in temperatuur te doen stijgen ?
A
1 J
B
4,18 J
C
4180 J
D
8,36 J
Slide 3 - Quiz
Bereken hoeveel warmte er nodig is om 200 mL water tien graden in temperatuur te doen stijgen.
A
836 J
B
4,18 J
C
4,1 J
D
8360 J
Slide 4 - Quiz
Een waterkoker van 1000 W verarmt 1 L water van 20 graden Celsius tot het kookpunt. Hoeveel warmte moet de waterkoker leveren ?
A
33,4 kJ
B
334 J
C
344 J
D
334.400 J
Slide 5 - Quiz
Een waterkoker van 1000 W verarmte 1 L water van 20 graden Celsius tot het kookpunt. Bereken hoe lang duurt dit duurt als er geen warmte verloren gaat.
A
334 s
B
300 s
C
350 s
D
240 s
Slide 6 - Quiz
Voorbeelden van fossiele brandstoffen zijn; aardolie, aargas en hout.
A
juist
B
onjuist
Slide 7 - Quiz
Mohammed gebruikt een dompelaar om 200 mL water te verwarmen. In 5 minuten geeft deze 18 kJ warmte af. Hiervan wordt 15 kJ opgenomen door het water. Bereken het rendement waarmee het water is verwarmd.
A
44 %
B
55 %
C
75 %
D
83 %
Slide 8 - Quiz
Een combiketel verbrandt in 5 minuten 0,3 kubieke meter aardgas. De verbrandingswarmte is 32 MJ/m3. Er wordt 28 L water verwarmd van 15 tot 85 graden Celsius. Bereken het rendement van de ketel.
A
85 %
B
80 %
C
90 %
D
95 %
Slide 9 - Quiz
Een flessenwarmte met een vermogen van 80 W verwarmt in 8 minuten 200 g water van 17 tot 37 graden Celsius. Bereken het rendement van de flessenwarmer.