Meander Thema 5 Quiz

• Aardrijkskunde
• Basisschool
• Groep 7

Meander

Thema 5

Quiz

Welke begrippen
weet je nog?

Welke horen bij emigreren uit Nederland?

1. In Frankrijk kan ik mijn boerenbedrijf laten groeien
2. De Nederlandse regering vroeg ons om in Nederland te komen werken
3. Ik heb een baan in Londen gekregen en wil daar ook gaan wonen
4. Toen Suriname onafhankelijk werd, konden we naar Nederland

Welke horen bij immigreren naar Nederland?

1. In Frankrijk kan ik mijn boerenbedrijf laten groeien
2. De Nederlandse regering vroeg ons om in Nederland te komen werken
3. Ik heb een baan in Londen gekregen en wil daar ook gaan wonen
4. Toen Suriname onafhankelijk werd, konden we naar Nederland

Wat is een economische migrant?

1. iemand die emigreert om daar te werken
2. iemand die emigreert om daar meer te verdienen
3. iemand die emigreert om daar te wonen
4. iemand die emigreert om daar te trouwen

Wat is het immigratiebeleid?

1. Afspraken die een gemeente maakt over wie er wel en niet mogen wonen en werken
2. Afspraken die een regering maakt over wie er wel en niet mogen wonen en werken
3. Afspraken die een koning maakt over wie er wel en niet mogen wonen en werken
4. Afspraken die een provincie maakt over wie er wel en niet mogen wonen en werken

Waarom is er een
immigratiebeleid?

Welke uitleg past het beste bij integratie?

1. Dat is als mensen in een land zich aan elkaar aanpassen
2. Dat is als nieuwkomers in een land zich precies zo gaan gedragen als zij die er al wonen
3. Dat is als de mensen die al in een land wonen zich moeten aanpassen aan nieuwkomers

Wat hoort bij een cultuur?

1. taal, godsdienst, gewoontes en bedrijven
2. taal, godsdienst en kunst
3. taal, godsdienst, gewoontes en kunst
4. godsdienst, kunst, gewoontes, muziek

Wat is een vluchteling?

1. Iemand die zijn woonplaats is ontvlucht, omdat hij daar gevaar loopt.
2. Iemand die zijn woonplaats is ontvlucht, omdat hij daar geen werk heeft.
3. Iemand die zijn woonplaats is ontvlucht, omdat hij daar geen huis kan vinden.
4. Iemand die zijn woonplaats is ontvlucht, omdat hij daar niet meer wil wonen.

Welke zin is waar?

1. Een asielzoeker vraagt asiel aan: het recht op een plek waar je mag werken.
2. Een asielzoeker vraagt asiel aan: het recht op een plek waar je geld mag lenen.
3. Een asielzoeker geeft asiel: het recht op een plek waar je mag wonen.
4. Een asielzoeker vraagt asiel aan: het recht op een plek waar je veilig bent en wordt beschermt.

Waar?

Niet waar?

Wie in Europa woont, mag in elk land van Europa gaan wonen en werken.

1. waar
2. niet waar

Een inwoner van de EU mag in elk land van de EU vrij reizen en er gaan wonen.

1. waar
2. niet waar

Iemand uit een Oost-Europees
EU-land mag in Nederland komen werken.

1. waar
2. niet waar

Hoe heetten Rusland en de vijftien deelrepublieken vroeger?

1. Oost-Duitsland
2. Sovjet-Unie
3. Roemenië
4. Wit-Rusland