This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
wat gaan we doen vandaag
Herhaling hoofdstuk 4
Nakijken gemaakte opdrachten.
Maken opdrachten paragraaf 4
Discussie leerlingstaking
Slide 1 - Slide
wat is het verschil tussen een balans en resultatenrekening
Slide 2 - Slide
Een balans bestaat uit
bezittingen
schulden
Een resultatenrekening bestaat uit
kosten
opbrengsten
Slide 3 - Slide
wat is een ander woord voor resultatenrekening?
winst-en -verliesrekening
Slide 4 - Slide
Hoe bereken je de winst bij een resultatenrekening?
omzet
-inkoopwaarde
=brutowinst
-kosten
=nettowinst
Slide 5 - Slide
Hoe bereken je de afschrijvingskosten?
aankoopwaarde -
restwaarde =
totale afschrijving /
aantal jaar =
afschrijvingskosten per jaar
Slide 6 - Slide
Je hebt een scooter gekocht voor €2500,-. Na 4 jaar verkoop je de scooter voor 25% van de aankoopwaarde. Wat zijn de afschrijvingskosten per jaar?
A
€625,00
B
€175,35
C
€156,25
D
€ 468,75
Slide 7 - Quiz
Hoe bereken je je afzet
omzet /
inkoopwaarde =
afzet
Slide 8 - Slide
De inkoopwaarde van een kaasbroodje is €1,25. Je Inkoopwaarde van de omzet is €2.187,50. Hoeveel kaasbroodjes heb je verkocht?
A
1700
B
1650
C
1800
D
1750
Slide 9 - Quiz
Je omzet is €2187,50. Er worden 1750 kaasbroodjes verkocht. Je berekent 6% verkoopkosten van je omzet. Wat zijn je totale verkoopkosten?
A
€105,00
B
€131,25
C
€125,00
D
€111,30
Slide 10 - Quiz
Bespreken opdrachten hoofdstuk 4
Zijn er opdrachten van hoofdstuk 4 die jullie moeilijk vonden?
Slide 11 - Slide
Huiswerk
Maken hoofdstuk 4 paragraaf 4
opdracht 1 t/m 11
Slide 12 - Slide
Leerlingenstaking waarom?
Slide 13 - Slide
Kate Raworth
Als wij onverstandig omgaan met de aarde en aardse middelen, dan verslechteren we de leefkwaliteit van de generaties die na onze komen, onze kinderen of ons kind’s kinderen, of de kinderen van onze zus, broer, neef, nicht, vriend of vriendin.