bio presentatie

Biologie presentatie
Hoofdstuk 5
Sven Radermacher
1 / 12
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Biologie presentatie
Hoofdstuk 5
Sven Radermacher

Slide 1 - Slide

Inhoudsopgave

5.1 skelet van de mens
5.1 soorten beenderen

5.3 beenverbindingen
5.3 gewrichten

5.4 spierstelsel
5.4 werking van de spier

Quiz

Slide 2 - Slide

5.1 skelet van de mens
Je skelet heeft vier functies:
1 Het geeft stevigheid aan je lichaam.
2 Het geeft vorm aan je lichaam.
3 Het geeft bescherming aan tere organen. Je ribben beschermen bijvoorbeeld je longen en hart.
4 Het maakt beweging mogelijk. Veel botten zijn beweeglijk met elkaar verbonden. Spieren die aan de botten vastzitten, kunnen je botten bewegen.

Slide 3 - Slide

5.1 soorten beenderen
Het skelet bestaat uit pijpbeenderen en platte beenderen.

Pijpbeenderen (in de ledematen) zijn langwerpig. Hun koppen bevatten rood beenmerg voor de aanmaak van bloedcellen, en de mergholte bevat geel beenmerg met vet.
Platte beenderen (zoals schedelbeenderen, ribben en schouderbladen) bevatten rood beenmerg maar geen mergholte of geel beenmerg.







Slide 4 - Slide

5.3 beenverbindingen
1.Het heiligbeen en staartbeen bestaan uit vergroeide, onbeweeglijke wervels.
2.Schedelbeenderen zijn met naden verbonden en kunnen niet bewegen.
3.Ribben en borstbeen zijn met kraakbeen verbonden, wat beperkte beweging bij ademhaling toelaat.
4.Ribben en wervels zijn via gewrichten verbonden en kunnen vrij bewegen.







Slide 5 - Slide

5.3 Gewrichten
Een gewricht verbindt twee botten: de gewrichtskogel beweegt in de gewrichtskom, beide bedekt met kraakbeen voor soepele beweging en minder slijtage. Het gewrichtskapsel houdt de botten op hun plaats en scheidt gewrichtssmeer af als smeermiddel. Kapselbanden zorgen voor extra stevigheid.

Slide 6 - Slide

5.4 spierstelsel
Een skeletspier bestaat uit spierbundels, die uit spiervezels met meerdere celkernen bestaan. Bindweefsel rondom de spier en bundels zorgt voor stevigheid. Pezen verbinden de spier met de botten.

Slide 7 - Slide

5.4 Werking van een spier
De aanhechtingsplaats is waar een pees aan een bot vastzit. Spieren trekken samen door een seintje van zenuwcellen, waardoor beweging ontstaat. Bij inspanning trekken veel spiervezels samen en vindt er veel verbranding plaats.

Slide 8 - Slide

noem 2 functies van het skalet

Slide 9 - Open question

waarmee zit de spier vast aan het bot
A
kringspier
B
kuitspier
C
pees
D
borstbeen

Slide 10 - Quiz

Welke van de volgende uitspraken over een skeletspier is juist?
A
Een skeletspier bestaat uit één grote spiervezel met meerdere celkernen.
B
Pezen verbinden spierbundels met elkaar.
C
de belangrijkste functie van de spier is je botten warm maken
D
Spierbundels bestaan uit spiervezels, die meerdere celkernen bevatten.

Slide 11 - Quiz

EINDE
EINDE

Slide 12 - Slide