Toets Voeding en Vertering.

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Toets voeding en vertering

Halal eten is een eetgewoonte die afhangt van:

1. het land waar je woont of waar je vandaan komt
2. je geloof
3. je voorkeur
4. alle drie

Een broodje kaas bestaat uit voedingsmiddelen en voedingsstoffen. Sleep de woorden naar het juiste vak.

Voedingsmiddel

Voedingsstof

brood

eiwit

vitamine

kaas

vet

boter

koolhydraat

Energierijke stoffen zijn:

1. vetten, eiwitten en mineralen
2. vitaminen en mineralen
3. vetten, koolhydraten en suiker
4. zetmeel, eiwit en suiker

Beschermende stoffen zijn:

1. koolhydraten
2. eiwitten
3. vetten
4. vitaminen en mineralen

Bouwstoffen zijn:

1. vetten, eiwitten, mineralen en water
2. vitaminen en mineralen
3. vetten, koolhydraten en suiker
4. zetmeel, eiwit en suiker

Vetten

Water

Koolhydraten

Eiwitten

Vitamines mineralen

We eten graag een tussendoortje. Welke tussendoortjes zijn gezond en welke zijn ongezond?

Gezond

Ongezond

appel

gevulde koek

frikadelbroodje

snoeptomaatjes

chocola

noten

chips

Wat zie je op de afbeelding hiernaast?

1. schimmels met sporen
2. bacteriën die openbarsten

Voedselbederf ontstaat door:

1. een voedselinfectie
2. de sporen van schimmels
3. schimmels en bacteriën die groeien
4. celdeling van schimmels

Op de afbeelding hiernaast zie je de celdeling van bacteriën. Hoeveel bacteriën zijn er na de laatste deling?

1. 4
2. 6
3. 8
4. 10

Als je ziek wordt door voedselbederf dan heb je last van:

1. de griep
2. een schimmelinfectie
3. een bacterie-infectie
4. een voedselinfectie

Welke voedingsmiddelen uit de tabel hiernaast hebben de meeste energierijke stoffen in zich?

1. pasta en drop
2. avocado en cashew noten
3. biefstuk en kipfilet
4. cashew noten, pasta en drop

Als je een broodje met aardbeienjam eet, hoeveel calorieën krijg je dan binnen?

1. 262 calorieën
2. 39 calorieën
3. 39000 calorieën
4. 167 calorieën

Een ander woord voor tandbederf is:

1. tandplak
2. fluoride
3. cariës
4. mondbacteriën

Hoe krijg je overgewicht?

1. veel eten
2. weinig bewegen
3. veel eten en weinig bewegen
4. veel energierijke voedingsmiddelen eten en weinig bewegen

Geef de naam van onderdeel 1.

1. celwand
2. celmembraan
3. celkern
4. cytoplasma

Geef de naam van onderdeel 2.

1. celwand
2. celmembraan
3. celkern
4. cytoplasma

Geef de naam van onderdeel 3.

1. celwand
2. celmembraan
3. celkern
4. cytoplasma

Waarvoor heb je bouwstoffen nodig?

1. om te kunnen groeien
2. om cellen te repareren
3. om cellen te vervangen
4. alle drie

Voor welke cellen heb je calcium nodig?

1. botcellen
2. spiercellen
3. zenuwcellen
4. rode bloedcellen

Voor welke cellen heb je ijzer nodig?

1. botcellen
2. spiercellen
3. zenuwcellen
4. rode bloedcellen

Onder welke bouwstoffen vallen calcium en ijzer?

1. mineralen
2. eiwitten
3. koolhydraten
4. vitaminen

Welke stof in het diagram is geen bouwstof?

1. water
2. eiwitten
3. vetten
4. koolhydraten

In de voedingswaardetabel hiernaast zie je ADH staan. Wat betekent ADH?

1. de hoeveelheid voedingsstof
2. het percentage van de hoeveelheid voedingsstof
3. algemene dagelijkse hoeveelheid
4. hoeveel je per dag nodig hebt

Wat zijn nachtblindheid en de Engelse ziekte?

1. gebreksziekte
2. aangeboren ziekte
3. infectieziekte
4. oogafwijkingen

Welke begrippen horen bij welke eetstoornis?

Anorexia

Boulimia

lijnziekte

laxeermiddel

vreetbuien

erg dun

normaal gewicht

weinig eten

Geef de naam van onderdeel 6

1. tong
2. huig
3. strottenklepje
4. speekselklier

Geef de naam van onderdeel 3

1. slokdarm
2. luchtpijp
3. keel
4. stembanden

Geef de naam van onderdeel 3

1. tong
2. strottenklepje
3. huig
4. speekselklier

Je ziet hiernaast een afbeelding van het spijsverteringsstelsel. Welk orgaan is nummer 06?

1. dunne darm
2. twaalfvingerige darm
3. endeldarm
4. dikke darm

Je ziet hiernaast een afbeelding van het spijsverteringsstelsel. Welk orgaan is nummer 03?

1. maag
2. lever
3. alvleesklier
4. galblaas

Je ziet hiernaast een afbeelding van het spijsverteringsstelsel. Welk orgaan is nummer 11?

1. maag
2. lever
3. alvleesklier
4. galblaas

Je ziet hiernaast een afbeelding van het spijsverteringsstelsel. Welk orgaan is nummer 09?

1. schildklier
2. speekselklier
3. alvleesklier
4. galblaas

Welke taak hoort bij welk orgaan? Maak de juiste combinatie

eiwitvertering

koolhydraat-

vertering

galproductie

opname voedingsstoffen

Geef de naam van onderdeel C

1. de lever
2. de dunne darm
3. de alvleesklier
4. de maag

Een taak van de maag is ...

1. koolhydraatvertering (zetmeelvertering)
2. vetvertering
3. eiwitvertering
4. vitaminevertering

Geef de naam van onderdeel J
Tip: kijk goed!

1. de lever
2. de galblaas
3. de alvleesklier
4. de maag

Speeksel in de mond is belangrijk. Het zorgt er voor dat ...

1. eiwitten worden verteerd
2. koolhydraten worden verteerd
3. vetten worden verteerd
4. vitaminen worden verteerd

Brandstof

Bouwstof

Beschermende stof

Vetten

Water

Vitamines

Mineralen

Eiwitten

Mineralen

Vetten

Koolhydraten

Bij pasteuriseren gaan alle bacteriën en schimmels dood.

1. Juist
2. Onjuist

De lever maakt gal. Gal is belangrijk voor ...

1. eiwitvertering
2. vetvertering
3. koolhydraatvertering
4. vitaminevertering

Als de alvleesklier zijn werk niet goed doet ontstaan er problemen in de spijsvertering. Welke?

1. voeding wordt niet ontzuurd en verteerd
2. vetten worden niet verteerd
3. koolhydraten worden niet veteerd
4. eiwitten worden niet verteerd

Maagzuur is belangrijk om...

1. bacteriën te doden
2. vetten te verteren
3. koolhydraten te verteren
4. mineralen op te nemen

Hiernaast zie je een keten van kleurtjes. Dat stelt een voedingsstof voor. Je ziet ook een schaar die de keten opknipt. De schaar heeft de rol van:

1. Energie
2. Enzymen
3. Eiwit
4. Koolhydraat

Wat doen enzymen?

1. Enzymen verbranden voedingsstoffen
2. Enzymen versnellen reacties door voedingstoffen te breken.
3. Enzymen bevatten verteringssappen
4. Enzymen nemen voedingstoffen op in het bloed

Extra punten?

Wil je graag mega extra punten? Dan ga je een tekening maken.

• Teken de spijsvertering van mond tot endeldarm. (3p)
  
• Teken de belangrijkste organen bij, met naam.(2p)
• Je persoon gaat een pizza eten: een Pizza Hawaai (heeft kaas, ananas en ham). Beschrijf zoveel je wil waar de betrokken voedingsstoffen verteerd worden ( in tekening of tekst, 3p)
• Benoem waar uiteindelijk alles opgenomen wordt in het lichaam.(1p)
  
• Benoem zoveel bijhorende feitjes mogelijk tijdens het verteren. (.5 punt per thema 7 feit)

Succes.

Einde van de toets

Je bent nu klaar met de toets